32 472 EU-voorstel: Verordening voor de teelt van GGO-gewassen COM(2010) 375

Nr. 17 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 16 oktober 2013

Op 10 september jl. heeft de vaste commissie voor Economische Zaken van uw Kamer mij gevraagd om een reactie op een publicatie van Wageningen Universiteit in Plant Biotechnology inzake het verplicht gebruik van dierproeven voor de risicobeoordeling van genetisch gemodificeerde (GG) levensmiddelen en diervoeders1. In deze brief zal ik, mede namens de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), een reactie geven op uw verzoek.

Een (recent aangenomen) EU-verordening2 verplicht aanvragers om bij de beoordeling van voedselveiligheidsrisico’s voor de EU-markttoelating van nieuwe GG levensmiddelen en diervoeders standaard een 90 dagen dierproefstudie uit te voeren. In de Kabinetsreactie van 4 april 2012 op het toenmalige voorstel voor deze verordening3 is aangegeven waarom Nederland de verplichting voor het gebruik van dierproeven onnodig en onwenselijk vindt. Hiervoor heeft Nederland zich gebaseerd zowel op het oordeel van EFSA als op wetenschappers van Wageningen Universiteit. Dit was voor Nederland (en een aantal andere lidstaten) reden om op 25 februari jl. te stemmen tegen dit voorstel. Het voorstel is uiteindelijk aangenomen met gekwalificeerde meerderheid. In de verordening is opgenomen dat de Commissie deze verplichting uiterlijk 30 juni 2016 zal evalueren op basis van nieuwe wetenschappelijke informatie.

Wageningen Universiteit onderbouwt in haar publicatie dat het verplicht gebruik van dierproeven voor de beoordeling van voedselveiligheidsrisico’s van GG levensmiddelen en diervoeders niet wetenschappelijk gerechtvaardigd is.

Nederland acht een technisch-wetenschappelijke basis voor de risicobeoordeling van GG levensmiddelen en diervoeders essentieel. De inhoud en conclusie van deze wetenschappelijke publicatie zijn voor mij een bevestiging van het eerder ingenomen Nederlandse standpunt. Nederland zal de Commissie wijzen op deze wetenschappelijke publicatie, zodat deze kan worden benut voor de evaluatie in 2016 van de verordening inzake de verplichting tot het gebruik van dierproeven voor de beoordeling van voedselveiligheidsrisico’s van GG levensmiddelen en diervoeders.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma


X Noot
1

Kuiper, H.A., Kok, E.J., Davies, H.V. New EU legislation for risk assessment of GM food: no scientific justification for mandatory animal feeding trails. Plant Biotechnology Journal (2013) 11, pp. 781–784.

X Noot
2

Uitvoeringsverordening Nr. 503/2013 van de Commissie van 3 april 2013 betreffende vergunningaanvragen voor genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 641/2004 van de Commissie en (EG) nr. 1981/2006 van de Commissie.

X Noot
3

Kamerstuk 32 472, nr. 16.

Naar boven