Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 februari 2012
Hierbij geef ik u op hoofdlijnen aan welk traject gevolgd wordt wanneer de gewijzigde
versie van amendement 32 440, nr. 24 door mevrouw Schouten en de heer Ziengs wordt ingediend en vervolgens door uw Kamer
wordt aangenomen.
De Gids zal volgens het amendement bij algemene maatregel van bestuur (amvb) als richtsnoer
worden aangewezen. Om de Gids hanteerbaar te maken, moet in de Gids zelf per onderwerp
een norm uit de bestaande tekst worden gelicht, zodat aanbestedende diensten weten
waar ze precies aan moeten voldoen. De afwegingen die momenteel in de Gids staan zullen
daarbij blijven staan als afwegingen die relevant zijn om te komen tot goede uitvoering
van de norm. Zoals ik al aangaf zal het een redactionele slag zijn en geen inhoudelijke.
De formuleringen van de Gids zijn hierbij leidend en uitgangspunt hierbij is dat deze
enkel worden geconcretiseerd.
Wanneer ik de amvb waarin de gids als richtsnoer wordt aangewezen in concept gereed
heb en de Gids door de schrijfgroep is aangepast zodat deze voldoet aan de eisen,
zal ik de amvb samen met de Gids bij uw Kamer voorhangen.
Zoals aangegeven, zal ik de schrijfgroep vragen om de benodige redactionele slag te
maken, zodat het brede draagvlak voor de Gids behouden blijft. De onderwerpen in de
Gids waarbij uit de reeds bestaande tekst een norm moet worden gelicht, zijn:
Daar waar op onderwerpen een amendement wordt aangenomen zal de tekst van de amendementen
rechtstreeks als norm worden opgenomen.
Voorbeeld
Om u een indicatie te geven ten aanzien van de wijze waarop een dergelijke norm vorm
kan krijgen, kan de referentie-eis als voorbeeld dienen. Op dit moment bevat de Gids
een beschrijvende tekst over referentie-eisen en referentievoorwaarden. Daaruit kun
je de volgende norm lichten:
Per competentie wordt één referentie gevraagd. Bij het bepalen van de hoogte van de
waarde die een referentie moet vertegenwoordigen bij gestelde referentie-eisen geldt
dat deze afhankelijk van de grootte en het type opdracht wordt vastgesteld tussen
0 en 60% van de waarde van de opdracht. Het maximum van 60% is slechts aan de orde
bij complexe opdrachten.
Onder deze norm kan dan de huidige tekst, zoals opgenomen in de Gids blijven staan.
De minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,
M. J. M. Verhagen