32 439 Wijziging van de Wet maatschappelijke ondersteuning om te regelen dat eigen bijdragen voor maatschappelijke opvang en vrouwenopvang door gemeenten bij verordening worden geregeld, en vervolgens door of namens hen worden vastgesteld en geïnd

Nr. 4 NADER RAPPORT 1

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt, omdat het zonder meer instemmend luidt/uitsluitend opmerkingen van redactionele aard bevat (artikel 25a, vierde lid, onderdeel b, van de Wet op de Raad van State)

Hieronder is opgenomen het nader rapport d.d. 30 juni 2010, aangeboden aan de Koningin door de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 28 april 2010, no. 10.001206, machtigde Uwe Majesteit de Raad van State zijn advies inzake het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies, gedateerd 28 april 2010, no. W13.10.0160/I, bied ik u hierbij aan.

Het voorstel geeft de Raad van State geen aanleiding tot het maken van opmerkingen.

Na ontvangst van het advies van de Raad van State zijn het wetsvoorstel en de bijbehorende memorie van toelichting echter nog aangepast. Een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 19 april 2010 (LJN: BM0956) noopte daartoe. De redenen voor de desbetreffende wijzigingen zijn in de memorie van toelichting uiteengezet.

Voorts is van de gelegenheid gebruik gemaakt om in de memorie van toelichting nog op een aantal extra plaatsen aan te geven, dat slechts gemeenten die maatschappelijke opvang of vrouwenopvang financieren, eigen bijdragen mogen regelen, vaststellen en innen. Dit was in het aan de Raad ter advisering voorgelegde voorstel al zo, maar is nu nog consequenter aangegeven.

Ik moge U verzoeken het hierbij gevoegde, gewijzigde voorstel van wet en de gewijzigde memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink


XNoot
1

De oorspronkelijke tekst van het voorstel van wet en van de memorie van toelichting zoals voorgelegd aan de Raad van State is ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven