32 376 Wijziging van de Wet personenvervoer 2000 in verband met verordening (EG) nr. 1370/2007 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 23 oktober 2007 betreffende het openbaar personenvervoer per spoor en over de weg en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 1191/69 van de Raad en Verordening (EEG) nr. 1107/70 van de Raad (PbEU L 315)

Nr. 31 GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN DE LEDEN SLOB EN WIEGMAN-VAN MEPPELEN SCHEPPINK TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 21

Ontvangen 1 december 2011

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

In artikel I worden na onderdeel I twee onderdelen ingevoegd, luidende:

Ia

Artikel 27 wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan het eerste lid wordt een volzin toegevoegd, luidende: Tevens vraagt de concessieverlener, indien dit gedeputeerde staten betreft, advies aan de colleges van burgemeester en wethouders die het betreffen.

2. In het tweede lid wordt na «stelt de consumentenorganisaties» ingevoegd: en de colleges van burgemeester en wethouders, bedoeld in het eerste lid,.

3. In het vierde lid wordt na «De consumentenorganisaties» ingevoegd: en de colleges van burgemeester en wethouders, bedoeld in het eerste lid,.

Ib

In artikel 27a, eerste lid, wordt onder vervanging van de punt aan het einde van de zin door een komma een zinsnede toegevoegd, luidende: en aan gedeputeerde staten die het betreffen.

II

In artikel I wordt na onderdeel N een onderdeel ingevoegd, luidende:

Na

In artikel 44, derde lid, wordt na «gestelde voorwaarden» ingevoegd: en aan de colleges van burgemeester en wethouders die het betreffen indien gedeputeerde staten concessieverlener zijn, als bedoeld in artikel 20, tweede lid.

III

Na artikel I worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

ARTIKEL IA

1. Indien het bij koninklijke boodschap van 7 juni 2010 ingediende voorstel van wet, de Verzamelwet Verkeer en Waterstaat 2010 (Kamerstukken 32403), tot wet is of wordt verheven, en artikel II, onderdeel Ca, van die wet eerder in werking is getreden of treedt dan, onderscheidenlijk op dezelfde datum in werking treedt als artikel I, onderdeel Na, van deze wet, wordt aan artikel 66a van de Wet personenvervoer 2000 een lid toegevoegd, luidende:

  • 3. Voordat Onze Minister het programma van eisen vaststelt, vraagt hij advies over dit programma aan de provincies die het betreffen.

2. Indien het bij koninklijke boodschap van 7 juni 2010 ingediende voorstel van wet, de Verzamelwet Verkeer en Waterstaat 2010 (Kamerstukken 32403), tot wet is of wordt verheven, en artikel II, onderdeel Ca, van die wet later in werking treedt dan artikel I, onderdeel Na, van deze wet, wordt in artikel II, onderdeel Ca, aan artikel 66a van die wet een lid toegevoegd, luidende:

  • 3. Voordat Onze Minister het programma van eisen vaststelt, vraagt hij advies over dit programma aan de provincies die het betreffen.

ARTIKEL IB

Artikel 44, derde lid, van de Wet personenvervoer 2000 zoals dat luidde voor de inwerkingtreding van artikel I, onderdeel Na, van deze wet, blijft van toepassing op een programma van eisen dat is vastgesteld voor de inwerkingtreding van artikel I, onderdeel Na, van deze wet.

Toelichting

Dit amendement regelt dat naast consumentenorganisaties ook de gemeenten die het betreffen, dat wil zeggen de gemeenten van het grondgebied waarop de concessie van invloed is, adviesrecht krijgen op het programma van eisen voor concessies voor regionaal openbaar vervoer. Hiermee wordt de invloed op het openbaar vervoer van onderop versterkt. Juist in gemeenten is veel kennis aanwezig over de vraag naar en de beoordeling van de kwaliteit van het openbaar vervoer.

Tevens regelt dit amendement een adviesrecht voor provincies op het programma van eisen voor de concessie voor het hoofdrailnet. Regionale sprinters vormen steeds meer de ruggengraat van het regionale openbaar vervoersaanbod. Provincies zijn reeds opdrachtgever van enkele regionale sprinters op gedecentraliseerde spoorlijnen. De positie van de provincies dient ook ten aanzien van het hoofdrailnet te worden versterkt zodat er in deze concessie voldoende aandacht is voor het aanbod van regionale treinen. Het adviesrecht op het programma van eisen is een goed middel hiervoor.

Slob

Wiegman-Van Meppelen Scheppink

Naar boven