32 336 Dierproeven

Nr. 31 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 oktober 2014

Op 17 september jl. heeft uw Kamer mij verzocht om te reageren op het bericht «schokkende undercoverbeelden in toonaangevend apenlaboratorium blootgesteld» (Handelingen II 2014/15, nr. 2, item 7). U heeft mij tevens gevraagd deze brief voor de begrotingsbehandeling van Economische Zaken, onderdeel Landbouw en Natuur, te sturen.

Enkele weken geleden zijn filmopnames gepubliceerd die undercover zijn opgenomen in het Max-Planck-Institut in Tübingen, Duitsland. In het filmpje worden resusapen getoond die in een instelling worden gehouden waar dierproeven voor neurologisch onderzoek worden verricht. De opnames kunnen als zeer schokkend worden ervaren en zijn aanleiding geweest voor het Max-Planck-Geselschaft om de gang van zaken in de instelling door externe experts nauwkeurig te laten onderzoeken.

Uw Kamer heeft aan mij gevraagd of zulke activiteiten ook in Nederland plaatsvinden of met steun vanuit Nederland.

In Nederland vindt neurocognitie-onderzoek met resusapen plaats op het Nederlands Herseninstituut te Amsterdam en bij de Radboud Universiteit te Nijmegen. Beide kennisinstellingen maken deel uit van internationale netwerken voor fundamentele onderzoek over de functie van de hersenen. Er bestaat geen directe samenwerking tussen de Nederlandse instituten en het laboratorium in Duitsland.

De Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) concludeert in haar advies «Gebruik van niet-humane primaten als proefdier – nut en noodzaak?» (Kamerstuk 32 336, nr. 30 d.d. 19 september jl.) dat wetenschappelijk onderzoek met apen, mits goed beargumenteerd en getoetst, aanvaardbaar en vooralsnog onmisbaar is. Om vooruitgang in de neurowetenschappen te kunnen bereiken, is onderzoek met apen nu en in de nabije toekomst nog steeds nodig. Vanwege de gelijkenis met de mens is het onderzoek met apen cruciaal voor het verkrijgen van kennis over de werking van de hersenen om uiteindelijk tot behandeling te komen van hersenaandoeningen bij de mens.

Fundamenteel en toegepast onderzoek liggen daarbij in elkaars verlengde en kunnen niet zonder elkaar plaatsvinden. Fundamentele kennis is nodig om uiteindelijk tot toepassingen te komen die van groot belang zijn voor mensen met hersenaandoeningen zoals de ziekte van Parkinson, Alzheimer en multiple sclerose.

In 2013 waren er 9 resusapen aanwezig in de proefdierfaciliteit van de Radboud Universiteit en 14 resusapen op het Nederlands Herseninstituut. Alle dierproeven met deze apen zijn voorafgaand aan de proef beoordeeld door een erkende dierexperimentencommissie die in een ethische toets de afweging heeft gemaakt tussen het wetenschappelijke en maatschappelijke belang van de dierproef met apen en het ongerief dat aan het proefdier wordt berokkend. De dierexperimentencommissie dient daarbij eveneens de afweging te maken of het doel van de dierproef ook op een andere manier kan worden bereikt of met andere dieren dan apen of met minder dieren of met minder ongerief voor het proefdier.

De Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit (NVWA) voert regelmatig controle op de instellingen uit betreffende de huisvesting en het welzijn van de apen. Situaties zoals getoond in de film over het Max-Planck-Institut zijn niet geconstateerd tijdens de inspecties. De door de instituten opgestelde protocollen over de behandeling van de dieren in testsituatie en daarbuiten worden goed nageleefd. De dieren worden samen gehuisvest en er wordt zorg gedragen voor voldoende kooiverrijking. Tijdens de testsituatie vindt geen sedatie van de dieren plaats. De dieren worden getraind om mee te werken aan het onderzoek zodat het gebruik van bijvoorbeeld vangstokken zoveel mogelijk kan worden vermeden.

Hoewel het terugdringen van ongerief een belangrijk aspect bij de ethische afweging is kan het onderzoek voor de apen belastend zijn. Het is daarom van groot belang dat een goede verzorging en een respectvolle omgang met de dieren wordt gewaarborgd. De NVWA ziet hierop toe tijdens haar inspecties. Net als bij alle dierproeven wil ik ook bij dierproeven met apen toe naar een optimale verfijning, vermindering en vervanging. Hiervoor heeft de KNAW in haar advies een aantal handvatten aangereikt. Het opvolgen van de aanbevelingen van de KNAW moet er onder meer toe leiden dat de wetenschappelijke instellingen het onderzoek nog beter op elkaar afstemmen ten behoeve van de verdere verfijning van experimentele technieken, huisvesting en dierenwelzijn.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma

Naar boven