Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 november 2015
Met deze brief informeer ik u over de recente en komende stappen omtrent het besluitvormingsproces
rond de PNR-richtlijn (Passenger Name Record). De voortgang van de triloog tussen
het Europees Parlement (EP) en de Raad met de Europese Commissie (EC) staat als informatiepunt
op de agenda van de JBZ Raad van 3 en 4 december aanstaande.
In mijn brief van 24 augustus jl. berichtte ik u over de start van de triloog.1 Daarin constateerde ik dat het EP op verschillende elementen van de richtlijn wijzigingen
voorstelde. Alle voorstellen van het Europees Parlement zijn onderwerp van gesprek
in de triloog. Doel van de gesprekken is het bereiken van een compromis tussen het
EP en de Raad. Een aantal trilogen en technische bijeenkomsten heeft inmiddels plaatsgevonden.
De terugkoppeling daarvan wordt gedaan in het college van permanente vertegenwoordigers
(Coreper). Ook in de JBZ Raden staat de voortgang op de agenda. In de JBZ Raden worden
echter geen compromissen besproken, deze worden voorgelegd aan Coreper. Daar wordt
de reactie van de lidstaten gevraagd op de mogelijke compromissen. Het meest recente
stand van zaken document van het Luxemburgse voorzitterschap over de triloog onderhandelingen
dat aan Coreper is aangeboden heeft het documentnummer 14024/15 (18 november 2015)
en is beschikbaar via EU-extranet.
Gelet op het streven om de richtlijn voor het eind van het jaar af te ronden, zijn
in de trilogen de meest urgente elementen eerst besproken. Dit zijn de volgende elementen
1) de lijst van misdrijven waarvoor de richtlijn van toepassing is en een inperking
van de reikwijdte tot zware transnationale criminaliteit, 2) het al dan niet verzamelen van PNR-gegevens van vluchten binnen
de Europese Unie, zogenaamde intra-EU verkeer, en 3) de initiële bewaartermijn, 4)
de gegevensbescherming, en 5) het uitbreiden van de werkingssfeer van de verstrekking
van PNR-gegevens door uitsluitend luchtvaartmaatschappijen naar eveneens reisbureaus
en reisorganisatoren. Ten aanzien van de lijst van misdrijven en de inperking tot
zware transnationale criminaliteit geeft de voorzitter aan compromisruimte te zien
mogelijk door de lijst van strafbare feiten te beperken en het «transnationale» element
te schrappen. Voor wat betreft de initiële bewaartermijn lijkt een balans tussen de
uiterste voorstellen van het EP en de Raad gevonden te kunnen worden in een termijn
van twaalf maanden.
De lidstaten stellen zich constructief op ten einde de compromissen tussen EP en Raad
vast kunnen stellen.
Naar aanleiding van de aanslagen in Parijs werd op 20 november jl. een buitengewone
JBZ Raad gehouden. De PNR-richtlijn stond ook daar op de agenda. U ontving hiervan
eerder het verslag.2 De Raad concludeerde dat de PNR-richtlijn voor eind 2015 tot stand moet komen, met
opname van intra-EU vluchten, een voldoende lange initiële bewaartermijn en dat de
misdrijven waarop de richtlijn van toepassing is niet beperkt mogen zijn tot «transnationale»
misdrijven. Het voorzitterschap heeft voor 2 en 15 december vooralsnog trilogen met
het Europees Parlement en de Commissie voorzien. Nederland benadrukt in de verschillende
JBZ-gremia en richting het Luxemburgse voorzitterschap, zoals toegezegd aan uw Kamer,
steeds de noodzaak van sterke waarborgen van het recht op gegevensbescherming.3
Tijdens het algemeen overleg zal ik uw Kamer nader toelichten waar in het proces wij
nu staan. Zoals toegezegd zal ik uw Kamer blijven informeren over volgende stappen
in het besluitvormingsproces.
De Minister van Veiligheid en Justitie,
G.A. van der Steur