32 308 Structuurvisie Afsluitdijk

A/ nr. 7 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Ter griffie van de Eerste en van de Tweede Kamerder Staten- Generaal ontvangen op 27 december 2011.

De wens dat over de structuurvisie openbaar overleg gepleegdwordt kan door of namens een der Kamers te kennenworden gegeven, uiterlijk op 21 februari 2012.

Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 december 2011

Met deze brief bied ik uw Kamer de structuurvisie Toekomst Afsluitdijk aan1. De structuurvisie gaat vergezeld van een Nota van Antwoord1 die is opgesteld naar aanleiding van de inspraak die heeft plaatsgevonden. Tevens bied ik uw Kamer met deze brief de bestuursovereenkomst1 Toekomst Afsluitdijk aan.

Structuurvisie Toekomst Afsluitdijk

In het AO MIRT van 13 december 2010 heb ik een voorkeursbeslissing voor het project Toekomst Afsluitdijk toegezegd in 2011. Deze beslissing ligt er nu, in de vorm van de structuurvisie Toekomst Afsluitdijk. Deze voorkeursbeslissing is in overleg met de regio tot stand gekomen.

De voorkeursbeslissing gaat in op de maatregelen die nodig zijn om de veiligheid van het dijklichaam en de sluizen op orde te brengen. Hierbij gaat het om versterking van het dijklichaam volgens het principe van een overslagbestendige dijk met een groene uitstraling (vegetatie) en om renovatie van de kunstwerken (spui- en schutsluizen). De veiligheid is hiermee tot 2050 op orde. Rond die tijd zal worden bezien, afhankelijk van de zeespiegelrijzing en de veranderde belasting van de dijk, welke nieuwe maatregelen nodig zijn.

Het Rijk heeft ca. € 600 mln gereserveerd voor de maatregelen voor waterveiligheid van het dijklichaam en sluiscomplexen. Dit staat los van de ca. € 200 mln die gereserveerd staat voor extra spuicapaciteit Afsluitdijk. Het Rijk zal tevens de KRW-maatregelen (vispassages) op de dijk realiseren.

Naast de maatregelen op het gebied van waterveiligheid, spreekt het Kabinet met deze voorkeursbeslissing de wens uit om met de Afsluitdijk méér te doen. De structuurvisie biedt de mogelijkheid om (op termijn) ambities rond duurzame energie, natuur en recreatie te realiseren. De regionale overheden zijn aan zet om eigen middelen te vinden voor de realisatie van de ambities, waar onder het gedecentraliseerde Waddenfonds. De regio heeft hiervoor een Ambitie Agenda Afsluitdijk opgesteld met onderbouwing voor financiën. De regio en het Rijk trekken bij het realiseren van het integrale plan «schouder aan schouder» op en doen daar waar mogelijk beroep op bestaande subsidiemiddelen bij het Rijk.

In aansluiting op de motie Jacobi c.s. (TK 32 500 A, nr. 40) fungeert de integrale structuurvisie samen met de ondertekende bestuursovereenkomst als masterplan, waarmee aan de motie is voldaan. Op deze manier blijft er ruimte en tijd voor het doorontwikkelen van kansrijke ambities, in samenwerking tussen overheid, markt en kennisinstellingen en kunnen met deze voorkeursbeslissing de maatregelen voor het veilig maken van dijk en kunstwerken voortvarend opgepakt worden.

In de Structuurvisie is een integrale plankaart opgenomen waarop de maatregelen voor de waterveiligheid samen met de beleidskeuzen voor natuur, duurzaamheid en recreatie zijn opgenomen.

Nota van Antwoord Toekomst Afsluitdijk

Het ontwerp van de Structuurvisie heeft ter inzage gelegen. Hierop zijn 19 zienswijzen binnengekomen. Daarnaast heeft de commissie voor de MER een advies uitgebracht. De reactie van het Rijk hierop is vastgelegd in de Nota van Antwoord. De zienswijzen hebben geen wezenlijk nieuwe gezichtspunten opgeleverd en hebben daarmee geen aanleiding gegeven om de belangrijkste keuzen, zoals die waren verwoord in de ontwerp-structuurvisie, te herzien.

Bestuursovereenkomst Toekomst Afsluitdijk

De Structuurvisie is afgestemd met de regio maar bindt formeel alleen het Rijk. Daarom heb ik in de afgelopen maanden aanvullende afspraken gemaakt met de provincie Noord-Holland, provincie Fryslân, de gemeente Wieringen en de gemeente Súdwest Fryslân over regie, taken, organisatorische en financiële verantwoordelijkheden. Rijk en regio werken, ieder vanuit hun eigen verantwoordelijkheid, aan de toekomst van de Afsluitdijk. In de bestuursovereenkomst Toekomst Afsluitdijk, die op 23 december 2011 is ondertekend door Rijk en genoemde partijen, is het volgende afgesproken:

De Staat draagt zorg voor de uitwerking van:

  • de overslagbestendige dijk;

  • een groene uitstraling (vegetatie) van de dijk;

  • de renovatie van de kunstwerken;

  • fietspad(en) met zicht op beide zijden (verkenning samen met de regionale partijen);

  • mogelijke combinatie van de ambitie duurzaamheidscentrum (fase 2, eerste fysieke stap) met een informatiecentrum en/of projectbureau (verkenning samen met de regionale partijen);

  • het Beeldkwaliteitsplan, samen met de regionale partijen op te stellen.

De regionale partijen dragen zorg voor de uitwerking van de ambities:

  • natuurlijke land/waterovergangen bij de koppen;

  • vispasseerbaarheidsmaatregelen en zoetzoutovergangen anders dan KRW-maatregelen van het Rijk;

  • pilots duurzame energie (vervolgstappen voor blue energy en zonne-energie en pilot getijdenenergie);

  • zilte teelt;

  • duurzaamheidscentrum (fase 2, eerste fysieke stap);

  • recreatieve voorzieningen op de knopen.

Voor ambities waarvoor plannen uitgewerkt dienen te worden en waarvoor geldt dat er een afhankelijkheidsrelatie is met het weer veilig maken van de Afsluitdijk, zijn in de bestuursovereenkomst procedureafspraken opgenomen over de termijnen om te kunnen aanhaken bij het project van het Rijk. In navolging van de motie Holtackers en Van Tongeren (TK 33 000 XII, nr. 72) kunnen ook de mogelijkheden van het plaatsen van windmolens hier onder vallen. Het initiatief voor onderzoek, maken van plannen en financiering hiervan ligt bij de markt.Voor windenergie is een structuurvisie Wind op Land in voorbereiding. Vooruitlopend daarop zullen initiatieven volgens bestaande procedures worden beoordeeld.

Vervolgproces Toekomst Afsluitdijk

Middels deze brief is de structuurvisie Toekomst Afsluitdijk, conform artikel 2.4, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening, aan uw Kamer aangeboden. In de structuurvisie is de voorkeursbeslissing vastgelegd. Met de voorkeursbeslissing eindigt de verkenningsfase en start de planuitwerkingsfase en de voorbereiding van de realisatiefase. Gezien de gewenste snelheid om de veiligheid op orde te krijgen, neemt mijn ministerie de marktbenadering voor de planuitwerking en de voorbereiding van de realisatie voortvarend ter hand. Daarbij wordt tevens de samenhang met het project Extra Spuicapaciteit Afsluitdijk geadresseerd.

De staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,

J. J. Atsma


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven