32 144 Herziening Wet arbeid vreemdelingen

Nr. 27 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 juli 2016

Met deze brief informeer ik u over de wijziging van de Beleidsregel boeteoplegging Wet arbeid vreemdelingen, in vervolg op mijn brief van 29 oktober 2015 waarin ik u mijn reactie heb gegeven op de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 7 oktober 2015 over het boetebeleid van de Wet arbeid vreemdelingen (Wav)1. Ook ga ik in deze brief in op mijn toezegging om een waarschuwing in de Wav op te nemen naar aanleiding van de motie van de Kamerleden Pieter Heerma/Van Weyenberg2. Daarnaast maak ik van de gelegenheid gebruik u te informeren over het vervallen van de eerder voorgenomen introductie van leges bij het aanvragen van een tewerkstellingsvergunning.

Wijziging Beleidsregel boeteoplegging Wet arbeid vreemdelingen

De Afdeling heeft in haar uitspraak van 7 oktober 2015 geoordeeld dat het standaard opleggen van een boete van € 12.000 bij overtreding van de Wav op grond van het aangescherpte boetebeleid onredelijk is. De Afdeling kwam tot de slotsom dat tot een «fijnmaziger boetesysteem» zal moeten worden gekomen waarbij gedacht moet worden aan het opstellen van verschillende boetenormbedragen voor verschillende categorieën werkgevers en het opnemen van een waarschuwingsbevoegdheid.

De uitspraak heeft mij aanleiding gegeven de Beleidsregel boeteoplegging Wav op drie punten te wijzigen:

  • 1) Fijnmaziger differentiatie van de boetenormbedragen naar categorie werkgever;

  • 2) Invoering van boeteverhogende omstandigheden;

  • 3) Introductie van de waarschuwingsmogelijkheid.

Ad 1) Differentiatie boetenormbedragen naar categorie werkgever

De boetenormbedragen bij illegale tewerkstelling en het na vordering van de toezichthouder nalaten van het vaststellen van de identiteit van de persoon die arbeid verricht voor de werkgever en de toezichthouder daarvan te informeren, worden fijnmaziger gedifferentieerd naar categorie werkgever. Voorheen werd in de boetenormbedragen bij overtreding van de Wav alleen een onderscheid gemaakt tussen rechtspersonen (maximumboete € 8.000) en natuurlijke personen (maximumboete € 4.000). In de herziene beleidsregel wordt een onderscheid gemaakt tussen natuurlijke personen die een ander een huishoudelijke of persoonlijke dienst laten verrichten, natuurlijke personen die een ander in de uitoefening van ambt, beroep of bedrijf arbeid laat verrichten, stichtingen of verenigingen met algemeen nut beogende doelstellingen, feitelijk leidinggevenden en overige rechtspersonen. De boetenormbedragen lopen uiteen van € 2.000 tot € 8.000.

Ad 2) Boeteverhogende omstandigheden

Naast de differentiatie naar categorie werkgever, is een aantal boeteverhogende omstandigheden geformuleerd die uitdrukking geven aan de ernst van de overtreding of de malafiditeit van de werkgever. Als zich één van deze omstandigheden voordoet, wordt het boetenormbedrag met 50% verhoogd. Het gaat dan bijvoorbeeld om de omstandigheid dat de vreemdeling ten aanzien van wie de overtreding is geconstateerd geen rechtmatig verblijf in Nederland heeft. Dit betreft de illegale vreemdeling zonder verblijfsrecht in Nederland ten aanzien van wie het als des te ernstiger wordt beschouwd dat hij tewerk wordt gesteld. Vreemdelingen zonder verblijfsrecht zijn extra kwetsbaar en de overtreder houdt met een dergelijke handelwijze mede illegaal verblijf in stand. Ook kan het gaan om de situatie dat wordt geconstateerd dat de regelgeving bewust wordt ontdoken, bijvoorbeeld bij het aantreffen van vreemdelingen in verborgen schuilplaatsen, die worden gebruikt bij controles en dienen om het aantreffen van de vreemdelingen te voorkomen.

Ad 3) Waarschuwingsmogelijkheid

Er wordt een waarschuwingsmogelijkheid geïntroduceerd voor, kort gezegd, de volgende situaties:

  • De werkgever heeft aangetoond dat de reeds aangevraagde tewerkstellingsvergunning of gecombineerde vergunning voor verblijf en arbeid ten hoogste twee werkdagen nadat de arbeid is aangevangen, is ontvangen en is ingegaan.

  • Een student die incidenteel teveel heeft gewerkt.

  • De werkgever heeft zelf de illegale tewerkstelling beëindigd en gemeld bij de Inspectie SZW.

  • Marginale, incidentele arbeid in familieverband.

Bovendien dient het te gaan om een eerste overtreding van de Wav in een periode van vijf jaar direct voorafgaand aan de constatering van de overtreding. Ook mogen er geen andere overtredingen van de Wav zijn geconstateerd. Daarnaast mag bij de overtreding niet meer dan één vreemdeling zijn betrokken en mag geen sprake zijn van een boeteverhogende omstandigheid.

Met deze wijzigingen geef ik uitvoering aan de uitspraak van de Afdeling. Er wordt een fijnmaziger boetesysteem en een waarschuwingsmogelijkheid geïntroduceerd. Daarnaast kunnen hogere boetes worden opgelegd als sprake is van ernstiger overtredingen of uit de omstandigheden malafiditeit van de werkgever spreekt. Met de waarschuwing wordt beoogd dat op een effectieve en meer efficiënte wijze kan worden bereikt dat de overtreder zich na een eerste, lichte overtreding voortaan aan de wet houdt. Tegelijkertijd blijft met de mogelijkheid van boeteverhoging een strenge aanpak overeind die recht doet aan het belang van bescherming van werknemers tegen uitbuiting en het bestrijden van concurrentie op arbeidsvoorwaarden, in lijn met de uitgangspunten van de Wav.

De nieuwe beleidsregel boeteoplegging Wav treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin hij wordt geplaatst.

Leges aanvragen tewerkstellingsvergunning

In de kabinetsreactie op het SER-advies over arbeidsmigratie (Kamerstuk 29 861, nr. 38) is aangekondigd dat per 1 januari 2017 leges worden geïntroduceerd voor het aanvragen van de tewerkstellingsvergunning. Bij de uitwerking van de leges is echter gebleken dat de (structurele) netto opbrengst van de leges beperkt is en niet in verhouding staat tot de (incidentele) extra uitvoeringskosten voor het UWV. Bovendien leidt de maatregel tot langere doorlooptijden bij aanvragen van de tewerkstellingsvergunning. Daarom komt deze maatregel te vervallen.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher


X Noot
1

Kamerstuk 32 144, nr. 26

X Noot
2

Kamerstuk 17 050, nr. 477

Naar boven