nr. 122
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID WIEGMAN-VAN MEPPELEN SCHEPPINK
C.S. TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 28
Ontvangen 17 november 2009
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
De titel van afdeling 7 van hoofdstuk 2 komt als volgt te luiden:
AFDELING 7 VERSNELDE UITVOERING VAN LOKALE EN (BOVEN)REGIONALE
PROJECTEN MET NATIONALE BETEKENIS
II
In artikel 2.18 wordt het laatste deel van de volzin, luidende «,
aangewezen lokale projecten met nationale betekenis.» vervangen door:
, aangewezen lokale en (boven)regionale projecten met nationale betekenis.
III
In artikel 2.19, eerste lid, wordt «krachtens artikel 2.18 aangewezen
project» vervangen door: krachtens artikel 2.18 aangewezen lokaal project
met nationale betekenis
IV
Na artikel 2.19 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 2.19a
1. Ten aanzien van een krachtens artikel 2.18 aangewezen (boven)regionaal
project met nationale betekenis stellen provinciale staten een structuurvisie
als bedoeld in artikel 2.2, eerste of derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening
vast.
2. Op projecten als bedoeld in het eerste lid is deze afdeling van
overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat:
a. in de artikelen 2.19, tweede lid, onder b, onder 5°, en 2.21
in plaats van «de gemeentelijke coördinatieregeling,
bedoeld in paragraaf 3.6.1 van de Wet ruimtelijke ordening» wordt
gelezen: de provinciale coördinatieregeling, bedoeld in paragraaf 3.6.2
van de Wet ruimtelijke ordening;
b. in artikel 2.20, eerste lid, in plaats van «die diensten
van provincie en Rijk» wordt gelezen: die diensten van Rijk;
c. in artikel 2.20, derde lid, in plaats van «de eerstverantwoordelijke
gemeente» wordt gelezen: de eerstverantwoordelijke provincie;
d. in artikel 2.21 in plaats van «In afwijking van artikel
3.30, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening» wordt gelezen: In
afwijking van artikel 3.33, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening;
e. in artikel 2.22 in plaats van «een gemeentelijke verordening»
wordt gelezen: een provinciale of gemeentelijke verordening;
f. in artikel 2.23, eerste lid, in plaats van «artikel 3.10»
wordt gelezen «artikel 3.27», in plaats van «kan de gemeenteraad»
wordt gelezen «kunnen provinciale staten» en in plaats van «gemeentebestuur»
wordt gelezen «provinciebestuur».
Toelichting
In dit amendement wordt afdeling 7 verruimd met de categorie (boven)regionale
projecten met nationale betekenis. Aan de ene kant wordt hierdoor voorkomen
dat dergelijke projecten tussen wal en schip raken. Aan de andere kant komen
de extra mogelijkheden (ten opzichte van bestaande wettelijke bevoegdheden
voor provincies om medewerking van andere overheden te vorderen) die deze
afdeling biedt voor versnelde uitvoering van belangrijke provinciale projecten
binnen het bereik van provincies. In het wetsvoorstel is deze benadering al
gevolgd, waar afdeling 6 van hoofdstuk 2 tevens aan de provincies ter toepassing
beschikbaar is gesteld (nota van wijziging, artikel 2.10a).
Met deze toevoeging ontstaat een consistent geheel van provinciale bevoegdheden
met betrekking tot hoofdstuk 2: afdeling 1, 6 en 7, zoals dit ook voor gemeenten
geldt.
Wiegman-van Meppelen Scheppink
Koopmans
Samsom