Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 8 juni 2021
Met deze brief informeren we uw Kamer over het advies1 van de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) aan SURF en SIVON betreffende Google G Suite
for Education (thans: Google Workspace for Education) en de brievenrtk van de AP aan
de Minister van Onderwijs Cultuur en Wetenschap en de Minister voor Basis- en Voortgezet
Onderwijs en Media. Op 1 maart 2021 heeft het kabinet de Tweede Kamer geïnformeerd
over de uitkomsten van de Data Protection Impact Assessments (DPIA’s) op Google G
Suite Enterprise en G Suite for Education die in opdracht van het Ministerie van J&V,
de Hogeschool van Amsterdam en de Rijksuniversiteit Groningen zijn uitgevoerd.2 Uit deze DPIA’s blijkt dat bij het gebruik van deze producten van Google in het onderwijs
privacyrisico’s bestaan. Naar aanleiding van de DPIA’s is de AP als onafhankelijk
toezichthouder om een advies gevraagd door SURF en SIVON namens de individuele schoolbesturen.
Onlangs heeft de AP het advies over de DPIA op Google G Suite for Education aan SURF
en SIVON opgeleverd. De AP stelt dat de geconstateerde risico’s zien op fundamentele
beginselen die gelden voor elke verwerking van persoonsgegevens die valt onder de
AVG. Door de onduidelijkheid die bestaat over de verwerking van persoonsgegevens door
Google kan deze verwerking nu niet rechtmatig plaatsvinden. Dat vinden wij niet acceptabel.
Google heeft in een reactie laten weten dat ze zich committeren aan de AVG. Zij geven
daarbij aan tijdig mee te zullen werken aan het oplossen van de tekortkomingen en
de benodigde transparantie te betrachten zodat voldaan kan worden aan de AVG en het
Nederlandse onderwijs Google Workspace for Education kan blijven gebruiken. We gaan
er vanuit dat Google voor de start van het schooljaar 2021/2022 de geconstateerde
tekortkomingen heeft opgelost. SURF en SIVON zijn samen met Strategisch Leveranciersmanagement
Rijk (SLM Rijk) in gesprek met Google. Tevens verkennen zij wat de gevolgen zijn wanneer
Google de tekortkomingen niet tijdig heeft opgelost.
Wij zullen ook opvolging geven aan de punten van het advies van de AP aan ons beiden.
In het bijzonder geven we aandacht aan twee aspecten. Ten eerste het advies van de
AP om ook in Europees verband aandacht te vragen voor de positie van grote leveranciers
van digitale leermiddelen om de juiste waarborgen te treffen voor de privacy van leerlingen.
Ten tweede vraagt ook het advies van de AP over wat zij de stelselvertegenwoordiger
noemen, nog nadere doordenking. De verantwoordelijkheid voor privacy bij de inzet
van digitale middelen ligt immers thans geheel bij individuele schoolbesturen.
We zullen uw Kamer opnieuw informeren wanneer de voortgang daartoe aanleiding geeft.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
I.K. van Engelshoven
De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media,
A. Slob