32 013 Toekomst financiële sector

33 532 Nationalisatie SNS REAAL

Nr. 283 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 mei 2023

Op 22 februari 2023 heb ik uw Kamer geïnformeerd dat ik aan het einde van dit jaar een richtinggevend besluit wil nemen over de toekomst van de Volksbank.1 In het commissiedebat van 22 maart 2023 (Kamerstukken 32 013 en 32 813, nr. 282) over de toekomst van het bankenlandschap heb ik toegezegd om voor het commissiedebat Staatsdeelnemingen van 1 juni 2023 uw Kamer een procesvoorstel te sturen, zodat uw Kamer tijdig wordt betrokken en inbreng kan leveren voordat ik dit besluit neem.

Ik ben voornemens om de Tweede Kamer in twee stappen mee te nemen bij het richtinggevende besluit. De eerste stap zal een analyse zijn van eventueel onvoldoende geborgde publieke belangen in de financiële sector, de wijze waarop die belangen geborgd kunnen worden en een tussenconclusie of de Volksbank op basis van die analyse een rol kan hebben bij de borging van die belangen.

Ik zal vervolgens – mede op basis van de tussenconclusie – een nadere analyse van toekomstopties van de Volksbank uitvoeren, die zal worden afgesloten met een richtinggevend besluit. In dit besluit zal ik concluderen of enkele toekomstopties en/of governancemodellen kunnen worden weggestreept als realistisch toekomstscenario voor de Volksbank. In deze brief licht ik dit proces nader toe.

Identificatie eventueel onvoldoende geborgde publieke belangen financiële sector

In het debat van 22 maart 2023 heb ik aan uw Kamer toegezegd dat ik zal bekijken hoe eventueel onvoldoende geborgde publieke belangen in de financiële sector geborgd moeten worden en vervolgens of die borging mogelijk samenhangt met de Volksbank. Deze analyse bestaat uit de volgende onderdelen:

  • 1. Een identificatie van eventuele knelpunten in de financiële sector die als publieke belangen (moeten) worden aangemerkt maar (nog) niet voldoende worden geborgd;

  • 2. Een conclusie over de wijze waarop deze eventuele belangen kunnen worden geborgd, waarbij het uitgangspunt is borging door de sector zelf of via wet- en regelgeving en indien dat niet kan, of een individuele financiële instelling een rol moet hebben in de borging; en

  • 3. Een tussenconclusie of er op basis van deze analyse voor de Volksbank een mogelijke rol is weggelegd bij de borging van publieke belangen.2

Ik licht dit hieronder nader toe.

1. Analyse publieke belangen

In dit onderdeel beoordeel ik of er eventueel publieke belangen bestaan in de financiële sector die op dit moment onvoldoende worden geborgd. Ik zal mij in elk geval richten op de toegankelijkheid van de financiële dienstverlening (kantorennetwerk, cash, giraal betalingsverkeer en basisdiensten Caribisch Nederland), een publieke depositobank3, kredietverlening aan MKB en financiering van duurzame transities. Daarbij merk ik op dat deze belangen reeds onderdeel zijn van verschillende lopende onderzoekstrajecten en de ervaringen daaruit bij de analyse zullen worden betrokken.4 De opsomming van de bovenstaande potentiële belangen is niet limitatief. Uw Kamer kan uiteraard ook andere potentiële publieke belangen aandragen die ik vervolgens zal meenemen in mijn analyse.

2. Borging van de geïdentificeerde publieke belangen

Na de identificatie van eventuele publieke belangen die onvoldoende geborgd zijn, zal ik nader bekijken hoe die borging eventueel door overheidsingrijpen kan plaatsvinden, waarbij ik zoals gebruikelijk primair zal kijken of dit kan met sectorbrede oplossingen. Hierbij kan worden gedacht aan het stimuleren van zelfregulering, het maken van afspraken met de sector of door wet- en regelgeving. Het uitgangspunt is altijd dat publieke belangen in een concurrerende sector, zoals de financiële markten, het beste kunnen worden geborgd door middel van maatregelen voor de gehele sector. Dan zijn de «spelregels» voor alle financiële instellingen gelijk.

3. Tussenconclusie richtinggevende besluit

De uitkomst van deze analyse zal leiden tot een tussenconclusie van mijn richtinggevende besluit of de Volksbank een rol kan hebben bij de borging van de geïdentificeerde publieke belangen.

Mijn analyses kunnen grofweg tot één van de volgende tussenconclusies leiden:

  • 1. De publieke belangen in de financiële sector zijn voldoende geborgd, of er is uitzicht dat dit in de voorzienbare toekomst voldoende zal worden geborgd. In dit geval is additioneel overheidsingrijpen niet noodzakelijk.

  • 2. Een of meerdere publieke belangen worden nu en op termijn niet voldoende geborgd en het is wenselijk en haalbaar om deze belangen nader te borgen via sectorbrede instrumenten (wet- en regelgeving, zelfregulering of anderszins afspraken met de sector);

  • 3. Een of meerdere publieke belangen worden nu en op termijn niet voldoende geborgd en het is niet wenselijk en/of haalbaar om deze belangen nader te borgen via sectorbrede instrumenten. Pas dan zal een deelneming in een individuele financiële instelling een mogelijke wijze van borging door de overheid kunnen zijn en wordt bekeken of de Volksbank hierin een rol kan vervullen.

Ik ben voornemens uw Kamer in het najaar van 2023 te informeren over de afronding van mijn analyse en de tussenconclusie van mijn richtinggevende besluit. Hierover ga ik vervolgens graag met uw Kamer in gesprek.

Nadere analyse toekomstopties de Volksbank

Na afronding van de hierboven genoemde stappen zal ik een nadere analyse starten van welke enkele toekomstopties en/of governancemodellen geen realistisch toekomstscenario voor de Volksbank zijn. Bij deze analyse zal ik een algemene samenvatting van de in 2021 uitgevoerde verkenning naar de voor- en nadelen van de verschillende toekomstopties en governancemodellen voor de Volksbank5 met uw Kamer delen, conform mijn toezegging aan uw Kamer in het debat van 22 maart 2023.

Als uitgangspunt voor de nadere analyse neem ik de in de verkenning geïdentificeerde toekomstopties en governancemodellen.6 In de analyse betrek ik de volgende elementen:

  • De tussenconclusie van de identificatie van eventueel onvoldoende geborgde publieke belangen in de financiële sector.

  • Het perspectief van de toezichthouders. Zoals toegelicht in mijn brief van 22 februari 2023, kan het invoeren van een bepaalde toekomstoptie of governancemodel op gespannen voet staan met staatssteunregels van de Europese Commissie en overige toepasselijke toezichtrechtelijke kaders van DNB, ECB en ACM.

  • De objectieve criteria die in de verkenning reeds aan bod zijn gekomen: bijdrage aan een stabiele financiële sector7, bijdrage aan de diversiteit van de sector8 en de attractiviteit en duurzaamheid van het verdienmodel.9

  • De maatschappelijke identiteit van de Volksbank. Zoals toegelicht in de brief van 22 februari 2023, werkt de Volksbank momenteel aan het definiëren van haar maatschappelijke identiteit.10 De Volksbank zal de uitkomst hiervan vertrouwelijk delen met NLFI.

  • De eventuele (overige) aspecten. Hieronder kan onder meer worden verstaan de medewerking van andere betrokkenen en de duurzaamheid, de doeltreffendheid en de doelmatigheid van een gekozen model.

Zoals ik heb toegelicht in mijn brief van 22 februari 2023, zal NLFI mij adviseren in dit proces. NLFI zal mij een eigen appreciatie sturen van de toekomstopties en governancemodellen die geen realistisch toekomstscenario zijn voor de Volksbank, waarin NLFI bovenstaande elementen zal meenemen.

De nadere analyse zal ik naar verwachting in het voorjaar van 2024 met uw Kamer delen. Hierna ga ik wederom graag met uw Kamer in gesprek. Na dit gesprek zal ik een richtinggevend besluit over de toekomst van de Volksbank nemen. Dit besluit omvat zoals gezegd de conclusie of enkele toekomstopties en/of governancemodellen kunnen worden weggestreept als realistisch toekomstscenario voor de Volksbank.

Het uitgangspunt blijft dat een definitieve keuze pas kan worden gemaakt, nadat NLFI heeft vastgesteld dat de bank klaar is voor een besluit over haar toekomst. Als de bank klaar is voor dit besluit, dan zal NLFI mij adviseren over de vervolgstappen. NLFI zal mij dan wederom adviseren over een definitieve toekomstoptie, en zal daarbij het richtinggevende besluit van het kabinet als startpunt en kader nemen.

De Minister van Financiën, S.A.M. Kaag


X Noot
1

Kamerstuk 33 532, nr. 93.

X Noot
2

Deze analyse zal in lijn zijn met het Integraal afwegingskader voor beleid en regelgeving (IAK) en in het verlengde de deelvragen genoemd in het afwegingskader voor het aangaan en afstoten van een deelneming, zoals opgenomen in de Nota Deelnemingenbeleid 2022 (Bijlage bij Kamerstuk 28 165, nr. 370).

X Noot
3

In lijn met de motie van de leden Grinwis en Slootweg, zie Kamerstuk 32 013, nr. 265.

X Noot
4

Zie ook mijn beleidsagenda financiële sector voor doelen en acties op deze beleidsterreinen; Kamerstuk 32 013, nr 258.

X Noot
5

Kamerstuk 33 532, nr. 91.

X Noot
6

In lijn met de motie van de leden Slootweg en Grinwis met Kamerstuk 32 013, nr. 266, zal de mogelijkheid van de Volksbank als coöperatieve bank in dit verband als één van de toekomstopties worden verkend.

X Noot
7

Hetgeen is geconcretiseerd als: a) duurzame toegang tot diverse financieringsbronnen; b) een stabiele groep aandeelhouders die duurzaam is verbonden aan de vennootschap; en c) efficiënte en effectieve besluitvorming binnen de onderneming.

X Noot
8

Hetgeen is geconcretiseerd als: a) het vermogen de maatschappelijke profilering van de Volksbank te continueren, waarbij van belang is in hoeverre de belangen van stakeholders bij de koers en besluitvorming worden meegewogen; en b) het aantal spelers in de sector.

X Noot
9

Een attractief en duurzaam verdienmodel is een randvoorwaarde om zelfstandig te kunnen blijven functioneren en kan daarmee een bijdrage leveren aan de mogelijkheid om als de Volksbank zelfstandig de strategie te kunnen blijven ontwikkelen en uit te voeren. Een attractief, duurzaam en robuust verdienmodel is tevens van belang voor de weerbaarheid van de bank en draagt bij aan aantrekkelijkheid voor potentiële kopers en kapitaalverschaffers.

X Noot
10

In lijn met de motie van de leden Slootweg en Grinwis met Kamerstuk 32 013, nr. 269, verwacht ik dat de Volksbank voor deze definiëring zowel de karakteristieken van de bank, waaronder het centraal stellen van de menselijke maat en het aanbieden van eenvoudige financiële spaar- en hypotheekproducten via bereikbare bankfilialen als de mening van haar klanten als belangrijke stakeholders zal meewegen.

Naar boven