31 985 Buitenlands beleid en handelspolitiek

Nr. 60 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 1 februari 2019

Op vrijdag 18 januari 2019 publiceerde de Europese Commissie twee voorstellen voor een mandaat om met de Verenigde Staten te onderhandelen. Het gaat om een (1) concept-mandaat voor onderhandelingen over een handelsakkoord beperkt tot tariefverlaging voor industriële goederen, inclusief visserij, en een (2) concept-mandaat voor onderhandelingen over een akkoord over erkenning van elkaars conformiteitsbeoordeling.1 Met deze concept-mandaten geeft de Commissie vervolg aan de verklaring tussen president Trump en voorzitter van de Europese Commissie Juncker van 25 juli 2018.2 De Commissie poogt met onderhandelingen met de VS de economische en politieke banden met de VS te versterken. Ook zijn deze onderhandelingen een middel om verdere escalatie van het handelsconflict te voorkomen.

Het Roemeense voorzitterschap voorziet een snelle behandeling door de Raad en een eerste politieke bespreking tijdens de informele Raad Buitenlandse Zaken Handel van 22 februari 2019. Om uw Kamer zo snel mogelijk te informeren en om in Brussel een door het Nederlandse parlement gedragen positie te kunnen innemen, heeft het kabinet ervoor gekozen om uw Kamer ditmaal met een reguliere Kamerbrief te informeren over beide mandaten in plaats van met het gebruikelijke BNC-fiche. In deze Kamerbrief geef ik een korte appreciatie van de mandaten met de voorgestelde Nederlandse inzet. Ik geef uw Kamer in overweging om deze Kamerbrief te agenderen op het Algemeen Overleg van 5 februari 2019.

1. Aanbeveling voor een besluit van de Raad houdende machtiging tot het openen van onderhandelingen over een handelsakkoord met de VS met als doel eliminatie van tarieven voor industriële goederen

Doel van het eerste concept-mandaat voor onderhandelingen met de VS over een handelsakkoord is de afschaffing van tarieven op industriële goederen, inclusief visserij. Zowel import- en exporttarieven, als andere kwantitatieve restricties vallen onder de reikwijdte van dit mandaat. Het concept-mandaat laat de ruimte om rekening te houden met gevoelige producten aan Amerikaanse zijde, zoals auto’s en auto-onderdelen.

In het concept-mandaat staat dat de EU de onderhandelingen met de VS zal stopzetten als de VS besluit om extra tarieven op EU-export in te stellen. Ook wordt in het concept-mandaat gesteld dat de huidige Amerikaanse tarieven op staal- en aluminiumproducten uit de EU ingetrokken moeten zijn voordat de onderhandelingen afgerond worden. Tot slot, staat in het concept-mandaat dat de verplichtingen van de EU onder een toekomstig tarievenakkoord komen te vervallen als de VS tarieven instelt op producten uit de EU op basis van section 232 uit de Trade Expansion Act, section 301 (Trade Act, 1974) of op basis van vergelijkbare Amerikaanse wetten.

2. Aanbeveling voor een besluit van de Raad houdende machtiging tot het openen van onderhandelingen over akkoord met de VS over conformiteitsbeoordeling

Doel van dit tweede concept-mandaat voor onderhandelingen met de VS over een akkoord is om de wederzijdse handel te bevorderen door uitkomsten van elkaars conformiteitsbeoordeling te erkennen. Met een akkoord over wederzijdse erkenning van conformiteitsbeoordelingen kan een conformiteitsbeoordelingsinstantie in de EU ook op wettelijke eisen van de VS testen, en andersom. Op dit moment leiden verschillende procedures in de EU en de VS tot extra kosten en hoge administratieve lasten voor exporteurs. Afspraken over conformiteitsbeoordelingen maken het makkelijker voor met name het mkb om naar de VS te exporteren. In het concept-mandaat staat duidelijk dat de hoge beschermingsniveaus in de EU en de VS gewaarborgd moeten blijven.

Nederlandse inzet

Nederland kijkt met een positieve en constructieve blik naar beide mandaten. Nederland is voorstander van brede en ambitieuze EU-handelsakkoorden die tarifaire en non-tarifaire handelsbarrières beslechten en bijdragen aan inclusieve, duurzame en klimaat-neutrale economische groei. De voorliggende concept-mandaten leiden tot akkoorden die minder ambitieus zijn dan Nederland graag zou zien. Deze inzet is op dit moment echter het maximaal haalbare gezien de uiteenlopende standpunten van de EU en de VS.

Het kabinet ziet nog steeds de voordelen van een ambitieus en gebalanceerd handelsakkoord tussen de EU en de VS. In een dergelijk akkoord dienen ook afspraken te komen over duurzame ontwikkeling, klimaat en arbeid. Het kabinet blijft graag op een constructieve wijze met de VS samenwerken, ook op handelspolitiek gebied. De VS heeft het afgelopen half jaar een aantal handelspolitieke maatregelen genomen die het multilaterale handelssysteem ondermijnen en de handelsrelatie met de EU schaden. De tarieven op staal- en aluminiumimport zijn hier een voorbeeld van (Kamerstuk 33 625, nr. 259). We hebben een eeuwenoud partnerschap met de VS; daar hoort bij dat meningsverschillen besproken worden (Kamerstuk 31 985, nr. 57). Daarom is het van groot belang met de VS in dialoog te blijven en waar mogelijk de relatie te versterken. De bredere trans-Atlantische relatie is voor Nederland onverminderd van grote strategische waarde, en handelspolitiek is hier een wezenlijk onderdeel van. We blijven dan ook met de VS optrekken om gedeelde zorgen, zoals de wereldwijde overcapaciteit op de staal- en aluminiummarkt, aan te pakken.

Zoals eerder aangegeven, lopen de ambities tussen de EU en de VS op dit moment te ver uiteen om tot een breed en ambitieus akkoord te komen (Kamerstuk 35 000 XVII, C). Daarom kan Nederland deze beperkte benadering in dit geval steunen. Nederland deelt de opvatting van de Commissie dat het van belang is de handelsrelatie met de VS te versterken en te de-escaleren.

Onderhandelingen over een beperkt tarievenakkoord en een akkoord over conformiteitsbeoordelingen zijn een gepast middel om op korte termijn met de VS tot een positieve handelsagenda te komen.

Hoewel het economisch voordelig is om tarifaire en non-tarifaire handelsbelemmeringen zoveel mogelijk weg te nemen, mag er geen afbreuk worden gedaan aan het Europese beschermingsniveau. Nederland houdt daarom vast aan het uitgangspunt dat de toekomstige akkoorden geen afbreuk mogen doen aan de Europese beschermingsniveaus ten aanzien van mens, dier, plant en milieu en dat reguliere democratische besluitvormingsprocedures worden geëerbiedigd.

Transparantie en draagvlak zijn essentieel voor de uitvoering en verbetering van het gemeenschappelijk handelsbeleid. Nederland zal zich ervoor inzetten dat de onderhandelingen zo transparant mogelijk verlopen. Nederland verwelkomt de publicatie van de concept-onderhandelingsmandaten door de Europese Commissie en is voorstander van het publiceren van de uiteindelijke onderhandelingsmandaten zoals vastgesteld door de Raad. Om zo transparant mogelijk te opereren is een impactstudie naar de effecten van het akkoord op de handel, werkgelegenheid, gender en duurzame ontwikkeling van belang. Deze is op dit moment nog niet verricht gezien de beperkte omvang van de mogelijke akkoord. Nederland zal de Commissie vragen een dergelijke studie uit te voeren, zodra de onderhandelingen aanvangen.

Het EU-Hof heeft in Advies 2/15 over het EU-handelsakkoord met Singapore bepaald dat afspraken over indirecte investeringen en over het mechanisme voor de beslechting van geschillen tussen investeerders en staten buiten de exclusieve EU-bevoegdheden vallen. De Europese Commissie heeft deze onderwerpen niet opgenomen in de concept-mandaten voor de onderhandelingen met de Verenigde Staten. De Commissie stelt hiermee een zogenaamd «EU-only» handelsakkoord voor. Nederland steunt deze inzet.

«EU-only» handelsakkoorden worden niet aan nationale parlementen van de lidstaten voorgelegd voor ratificatie. Het kabinet hecht aan goede betrokkenheid van uw Kamer bij het handelspolitieke beleid. Daarom zal het kabinet uw Kamer voorafgaand aan de RBZ Handel van 22 februari en gedurende toekomstige onderhandelingen nauwgezet informeren.

Vermoedelijk zal het Europees parlement op afzienbare termijn ook een resolutie opstellen om de onderhandelingen te sturen. Voorafgaand aan de sluiting van het uiteindelijke akkoord is goedkeuring van het Europees parlement vereist. De Commissie zal derhalve nadrukkelijk rekening houden met deze resolutie gedurende het onderhandelingsproces.

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, S.A.M. Kaag


X Noot
1

http://europa.eu/rapid/press-release_IP-19-502_en.htm. Het betreft Commissiedocumenten COM(2019) 16, COM (2019) 16 – Annex 1, COM (2019) 15, COM(2019) 15 – Annex 1.

Naar boven