31 865 Verbetering verantwoording en begroting

Nr. 151 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 juli 2019

In uw brief van 22 mei 2019 doet u mij het verzoek om in de verantwoording over het begrotingsjaar 2019 de focus op de onderbouwing van ramingen voort te zetten en daarbij specifiek aandacht te besteden aan «de onderschrijdingen ten opzichte van het geraamde uitgavenkader». Ook in het Wetgevingsoverleg van 26 juni werd hier aandacht voor gevraagd. Graag doe ik in deze brief een voorstel hoe ik dit vorm wil geven in het FJR 2019.

De kwaliteit, betrouwbaarheid en onderbouwing van ramingen hebben continu de aandacht. Het belang dat de Kamer hecht aan dit onderwerp binnen de verantwoordingscyclus onderschrijf ik dan ook.

In het FJR 2018 (Kamerstuk 35 200, nrs. 1 en 8 is aandacht besteed aan de rol en plaats van ramingen in het begrotingsproces en de onderbouwing en beoordeling van ramingen. Dit werd geïllustreerd middels een vijftal casussen. Voor de verantwoording over 2019 stel ik voor om specifiek aandacht te besteden aan hoe onderuitputting en plafondonderschrijdingen zich verhouden tot de ramings- en begrotingssystematiek. Daarbij zal ook aandacht zijn voor de grootste over- en onderschrijdingen in 2019 en eerdere jaren.

Ik hoop daarmee tegemoet te komen aan uw verzoek om deze onderwerpen centraal te stellen tijdens de verantwoording over het begrotingsjaar 2019.

De Minister van Financiën, W.B. Hoekstra

Naar boven