31 838 (R1874) Goedkeuring van het op 28 januari 2003 te Straatsburg totstandgekomen Aanvullend Protocol bij het Verdrag inzake de bestrijding van strafbare feiten verbonden met elektronische netwerken, betreffende de strafbaarstelling van handelingen van racistische en xenofobische aard verricht via computersystemen (Trb. 2003, 60 en Trb. 2005, 46)

G VOORLOPIG VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR JUSTITIE1

Vastgesteld 13 april 2010

Het voorbereidend onderzoek heeft de commissie aanleiding gegeven de volgende vragen en opmerkingen aan de regering voor te leggen.

1. Inleiding

De leden van de VVD-fractie bedanken de Minister van Justitie voor de beantwoording van de vragen van de Kamer, zoals verwoord in de brief op stuknummer 31.838 (R 1864), D herdruk, maar houden nog enkele vragen over.

2. Voorbehouden

De leden van de VVD-fractie hebben met instemming kennis genomen van het voorbehoud ten aanzien van artikel 6 van het Aanvullend Protocol, zoals dat bij de nota van wijziging in het wetsvoorstel is opgenomen. Deze leden vragen zich echter af waarom er alleen een voorbehoud ten aanzien van artikel 6 is opgenomen, en niet ook ten aanzien van de artikelen 3 en 5 van het Aanvullend Protocol. Deze leden vragen zich tevens af wat de materieelrechtelijke gevolgen zijn voor het Nederlandse strafrecht als deze voorbehouden niet worden gemaakt. Met andere woorden, op welke wijze beïnvloedt het niet maken van deze voorbehouden de ruimte die een Nederlandse strafrechter heeft bij de toepassing en uitleg van het Nederlandse strafrecht, die tevens conform het Aanvullend Protocol moet zijn?

3. Wijzigingen van het Verdrag

Welke materieelrechtelijke bepalingen uit het Verdrag inzake de bestrijding van strafbare feiten verbonden met elektronische netwerken, betreffende de strafbaarstelling van handelingen van racistische en xenofobische aard verricht via computersystemen, worden aangepast door dit aanvullend Protocol en in welke zin gebeurt dit? Een antwoord op deze vraag hebben de leden van de VVD-fractie in de nota naar aanleiding van het verslag van de Tweede Kamer niet kunnen ontdekken.

De leden van de vaste commissie voor Justitie zien de reactie van de regering met belangstelling tegemoet.

De voorzitter van de vaste commissie voor Justitie,

Van de Beeten

De voorzitter van de vaste commissie voor Justitie,

Kim van Dooren


XNoot
1

Samenstelling:

Holdijk (SGP), Dölle (CDA), Tan (PvdA), Van de Beeten (CDA) voorzitter, Broekers-Knol (VVD), De Graaf (VVD), Kneppers-Heynert (VVD), Kox (SP), Westerveld (PvdA) vicevoorzitter, Doek (CDA), Engels (D66), Franken (CDA), Peters (SP), Quik-Schuijt (SP), Haubrich-Gooskens (PvdA), Ten Horn (SP), Janse de Jonge (CDA), Koffeman (PvdD), Böhler (GL), Van Bijsterveld (CDA), Strik (GL), Lagerwerf-Vergunst (CU), De Vries (PvdA), Duthler (VVD) en Yildirim (Fractie-Yildirim).

Naar boven