Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 april 2023
In het plenair debat over COP27 op 13 oktober jl. hebben het lid Bouke c.s. een motie1 ingediend waarin de regering wordt verzocht om de VN-jongerenvertegenwoordigers te
steunen in hun oproep voor een internationaal VN-onderzoek naar klimaatrechtvaardigheid.
Deze motie is aangehouden tot de tekst van de resolutie waarin hierop wordt ingegaan
bekend was. Mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister voor Buitenlandse
Handel en Ontwikkelingssamenwerking informeer ik u hierbij over het standpunt van
het kabinet.
Met een groep van 18 landen heeft Vanuatu op 30 november jl. de concept-resolutietekst
gepresenteerd. In de concept-resolutie wordt het Internationaal Gerechtshof verzocht
om advies uit te brengen. Dit advies, dat niet-bindend is, zal betrekking hebben op
de verantwoordelijkheden die landen onder internationaal recht hebben op het gebied
van klimaat ten aanzien van huidige en toekomstige generaties, ten aanzien van small island developing states en andere landen die in het bijzonder kwetsbaar zijn voor de gevolgen van klimaatverandering.
Alle VN-leden hebben de afgelopen periode de mogelijkheid gehad om deel te nemen aan
de onderhandelingen over de concept-resolutietekst. 20 februari jl. is de definitieve
tekst gepubliceerd2
Het kabinet is co-sponsor van de resolutie. De resolutie is tijdens de Algemene Vergadering
van de Verenigde Naties van 29 maart jl aangenomen. Hiermee beschouw ik de motie als
afgedaan.
Tijdens ditzelfde debat heeft het lid Kröger c.s. een motie3 ingediend waarin ze de regering verzoekt zich in te zetten voor een verhoging van
de Europese inzet richting COP27. Tijdens COP27 heeft executive vice-president Frans
Timmermans aangegeven dat de EU het Europese NDC voor 2030 zal updaten naar aanleiding
van de uitkomsten van de Ff55 onderhandelingen. De inmiddels bereikte (voorlopige)
akkoorden op het ETS, de ESR en de LULUCF zorgen er voor dat de EU bij volledige implementatie
op een netto reductie van 57% in 2030 kan uitkomen4. Daarnaast heeft de EU ook een belangrijke rol gespeeld bij de totstandkoming van
het besluit om een fonds voor schade en verlies op te richten. Ik beschouw de motie
hiermee als afgedaan maar zal me in EU blijven inzetten als aanjager van meer ambitie
op de doelen van het Parijs Akkoord.
De leden Kröger en Boucke hebben een motie5 ingediend die de regering verzoekt om er bij gastheer Egypte op aan te dringen om
ngo’s en klimaatdemonstranten toegang te verschaffen tot COP27. Voorafgaand en tijdens
de COP is via verschillende kanalen met Egypte gesproken over de mensenrechtensituatie,
toegang tot de COP voor NGO’s en maatschappelijk middenveld en inclusiviteit in het
algemeen. Dit blijven belangrijke uitgangspunten voor het Kabinet waar we ons bij
toekomstige klimaattoppen voor zullen inzetten. Ook deze motie beschouw ik als afgedaan.
De leden Erkens en Bontenbal hebben een motie6 ingediend die de regering verzoekt om tijdens de COP bilaterale win-winafspraken
te maken die de strategische autonomie van Nederland op energiegebied vergroten. Tijdens
COP27 heeft Nederland een MoU op waterstof ondertekend met Oman, daarnaast hebben
de Minister-President en ik met Finland, Noorwegen, Algerije, Frankrijk, Duitsland,
België, Namibië en Australië gesproken over de productie van energie en waterstof.
Ik zal uw Kamer nader informeren zodra daar aanleiding voor is en beschouw deze motie
voor nu als afgedaan.
De Minister voor Klimaat en Energie, R.A.A. Jetten