Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2015-2016 | 31793 nr. 118 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2015-2016 | 31793 nr. 118 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 september 2015
Graag bied ik u hierbij aan, met verwijzing naar het verzoek van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken, het verslag van mijn recente bezoek aan het Arctisch gebied.
Het bezoek viel uiteen in twee delen: een bilateraal bezoek aan Spitsbergen, gevolgd door een deelname aan de GLACIER klimaatconferentie in Anchorage, Alaska.
Bezoek Spitsbergen
Op uitnodiging van de Noorse Minister van Buitenlandse Zaken Børge Brende en naar aanleiding van de grootste Nederlandse Noordpoolexpeditie ooit, de zogenaamde SEES-expeditie, bracht ik op 28 en 29 augustus een bezoek aan het Noorse eiland Spitsbergen, door de Noren Svalbard genoemd. Het «Hoge Noorden» heeft de hoogste prioriteit binnen het Noorse beleid en recentelijk hebben ook de Franse Minister van Buitenlandse Zaken, de secretaris-generaal van de VN en de Amerikaanse senator McCain een bezoek aan Spitsbergen gebracht.
De doelstellingen van de reis waren de volgende.
• De Nederlandse betrokkenheid bij het Noordpoolgebied onderstrepen door meerjarige overheidsfinanciering van wetenschappelijk poolonderzoek aan te kondigen, als onderdeel van de nieuwe polaire strategie 2016–2020.
• Het belang dat Nederland hecht aan duurzaam beheer, bestuur en ontwikkeling van het Arctisch gebied te benadrukken.
• De klimaat- en ecologische ontwikkelingen in het Noordpoolgebied met eigen ogen te aanschouwen, in aanloop naar de klimaatonderhandelingen in Parijs in december dit jaar. Spitsbergen wordt gezien als front row seat to climate change.
De SEES-expeditie (www.sees.nl) bestond uit ca. 55 Nederlandse wetenschappers, een vijftal journalisten (NOS, VARA, NRC), voormalig dichter des vaderlands Ramsey Nasr, het Tweede Kamerlid Stientje van Veldhoven (D»66), de voorzitter van de Nederlandse Poolcommissie Monique de Vries en weerman Peter Kuipers Munneke (NOS). Het doel van de expeditie was om van 18 tot 28 augustus data te verzamelen op en rond het eiland Edgeøya, onder meer om de invloed van klimaatverandering in kaart te brengen. Niet eerder ging een Nederlandse expeditie van een dergelijke omvang en samenstelling naar het Noordpoolgebied, en daarmee was deze een duidelijke illustratie van de toegenomen brede maatschappelijke belangstelling voor het Arctisch gebied.
De expeditieleden onderzoeken en meten kwikniveaus, walvissterfte, trekvogel-populaties, de effecten van olie op krill, en houden zich bezig met glaciologie en archeologie. Hoewel het nog te vroeg was voor onderzoeksuitkomsten, besprak ik met de organisatoren en enkele vooraanstaande expeditieleden hun ervaringen. Zij noemden als opvallende zaken de veranderende vegetatie, de grijze neerslag op gletsjers als gevolg van wereldwijde emissies en het snel terugtrekkende ijs, waardoor zee- en ijskaarten van een jaar geleden niet meer actueel waren. Een andere bevinding was de grote meerwaarde van het multidisciplinaire en brede maatschappelijke karakter van de expeditie. Biologen kwamen bij het bestuderen van vegetatie tot nieuwe inzichten door met geologen te praten, de aanwezige toeristen aan boord werden al snel «science supporters» en hielpen mee met het verzamelen van monsters, en de journalisten zorgden voor de nodige media-aandacht. Tot slot legden zij nadruk op het belang van onderzoek en feitenkennis, gemeten over een langere periode, om de gevolgen van menselijke activiteiten voor het kwetsbare Noordpoolgebied goed te begrijpen zodat beleidsmakers geïnformeerde beleidsopties kunnen ontwikkelen.
In mijn reactie heb ik het belang hiervan erkend en mede daarom een hogere bijdrage aan het polaire onderzoeksprogramma vanuit mijn departement toegezegd (van EUR 250.000 per jaar naar EUR 600.000). Een bijkomend argument voor deze verhoging is dat Nederland dankzij de kwaliteit en continuïteit van het onderzoek een goede reputatie heeft bij de Arctische staten en de Arctische Raad. Nu het Arctisch gebied meer toegankelijk wordt en nieuwe landen zich mengen in de Arctic scramble 1, doet Nederland er goed aan om zijn positie te consolideren en waar mogelijk te verstevigen. Hiermee zijn zeker niet alleen belangen van het Ministerie van Buitenlandse Zaken gemoeid.
Vervolgens vond in de universiteit van Longyearbyen een wetenschappelijk symposium plaats, waarvoor waren uitgenodigd hoge vertegenwoordigers van het Noorse Ministerie van Buitenlandse Zaken, het Noorse Poolinstituut, de gouverneur van Spitsbergen, deelnemers aan de SEES-expeditie en Nederlandse media. Tijdens dit symposium werd door de sprekers (Maarten Loonen van het Arctisch Centrum Groningen en Kim Holmen, directeur van het Noorse Poolinstituut) benadrukt dat klimaatverandering in het Arctisch gebied een realiteit is en niet iets van de toekomst. Data liegen niet, de temperaturen lopen op en als de huidige trend zich doorzet is de gemiddelde temperatuur in het Arctisch gebied aan het einde van deze eeuw met 5–7 graden gestegen. Een stijging twee keer sneller dan elders op de wereld door het zogenaamde Albedo-effect. De gevolgen van die temperatuurstijging beperken zich niet tot het Arctisch gebied maar raken de hele planeet. Hierbij valt te denken aan zeespiegelstijging, extreme weerpatronen, meer broeikasgassen (methaan) door het ontdooien van de permafrost en gevolgen voor Arctische inheemse gemeenschappen, diersoorten, biodiversiteit en vegetatie. Het voortdurend volgen van ontwikkelingen is dus van cruciaal belang, zo besloten de wetenschappers.
In mijn interventie bij het symposium heb ik de historische en hedendaagse betrokkenheid van Nederland bij het Arctisch gebied benadrukt en een verbinding gelegd met de aanstaande klimaatonderhandelingen in Parijs. Spitsbergen fungeert als canary in the coal mine voor de wereld: de eerste waarschuwingssignalen voor de gevolgen van klimaatverandering zijn hier zichtbaar. Ook blikte ik vooruit op de GLACIER klimaatconferentie (zie verderop in deze brief) en het belang daarvan in de aanloop naar de klimaat-onderhandelingen. Ik heb daarbij benadrukt dat Nederland in Parijs inzet op een ambitieus akkoord, in het belang van de poolgebieden en de rest van de wereld. Daarnaast onderstreepte ik het belang van onderzoek en feitenkennis, internationale samenwerking, duurzaam beheer van het Arctisch gebied en de positie van de inheemse bevolking. Dit zijn tevens uitgangspunten voor Nederland bij de invulling van zijn waarnemersrol bij de Arctische Raad.
Aansluitend aan het symposium had ik een formeel bilateraal gesprek met Minister Brende, dat tijdens het diner werd voortgezet. We bespraken de volgende onderwerpen: het Arctisch gebied, de klimaatonderhandelingen in Parijs, de Balkan, Rusland/Oekraïne, migratie, Libië, Mali, Zuid-Soedan, Cuba, Colombia en het Midden-Oosten.
Ook wisselde ik nog kort van gedachten met enkele Nederlandse studenten aan The University Center of Svalbard (UNIS).
Op dag twee van het bezoek bracht ik vanuit Longyearbyen een bezoek aan Ny-Ålesund, het meest noordelijke dorp ter wereld, waar een Nederlands onderzoeksstation staat. Maarten Loonen gaf een toelichting bij de activiteiten van dit bescheiden station, dat veel te danken heeft aan de samenwerking met Duitse en Franse onderzoekers. Vanuit Ny-Ålesund ging het in kleine bootjes richting een smeltende gletsjer. Minister Brende die het gezelschap begeleidde gaf aan dat deze gletsjer met honderden meters per jaar krimpt.
GLACIER klimaatconferentie, Anchorage, Alaska, 30-31 augustus
De Amerikaanse Secretary of State John Kerry organiseerde op 30 en 31 augustus de GLACIER klimaatconferentie (Global Leadership in the Artic: Cooperation, Innovation, Engagement and Resilience) over de gevolgen van de wereldwijde klimaatveranderingen voor het Arctisch gebied en de gevolgen van veranderingen in het Arctisch gebied voor de rest van de wereld. Deze conferentie vond nadrukkelijk niet plaats onder auspiciën van de Arctische Raad, maar was bedoeld als aanvulling op het werk van de Raad. Aanwezig waren alle Scandinavische en de Koreaanse ministers van Buitenlandse Zaken, en EU-commissaris Vella (Milieu, Maritieme Zaken en Visserij). De Russische Minister van Buitenlandse Zaken Lavrov, die wel was uitgenodigd, was afwezig. Rusland werd vertegenwoordigd door zijn ambassadeur in Washington.
Nederland heeft als waarnemer bij de Arctische Raad geen spreekrecht. Deelname aan GLACIER bood een uitgelezen kans om op ministersniveau de Nederlandse betrokkenheid bij het Arctisch gebied te benadrukken. De aanwezigheid van Nederland op ministerniveau werd door de VS, huidig voorzitter van de Arctische Raad, dan ook zeer gewaardeerd.
Inhoudelijk werd gesproken over de veranderingen in het gebied: ecologisch (bedreigde soorten, zeespiegelstijging, ontdooiende permafrost), economisch (kansen voor toerisme, visserij, olie & gas industrie, scheepvaartroutes, havenontwikkeling, mijnbouw) en geopolitiek (o.a. relatie met Rusland, verreweg de grootste Arctische staat). Ook stonden in verschillende sessies op de agenda het beheer van de (Arctische) oceaan, milieubescherming en steun aan inheemse bevolkingen. De belangrijkste uitkomst van de bijeenkomst was het Joint Statement (bijlage) en het signaal dat de aanwezige bewindspersonen daarmee afgeven in de aanloop naar COP21. Daarnaast had de conferentie een duidelijke Amerikaanse binnenlandspolitieke dimensie: er was veel aandacht voor bedreigingen én kansen die klimaatontwikkelingen voor Alaska meebrengen (bosbranden, druk op traditionele inheemse levenswijzen, bedreigde infrastructuur door oprukkende dooi, maar ook kansen voor bedrijfsleven, nieuwe duurzame technologieën en werkgelegenheid).
Tijdens mijn interventie meldde ik het bezoek aan Spitsbergen en de succesfactoren van de SEES-expeditie en ging in op mogelijke geopolitieke gevolgen van klimaatverandering. De mate waarin fragiele landen of samenlevingen geraakt worden kan internationale gevolgen hebben (droogte, migratie, binnenlandse conflicten). In dit verband kondigde ik twee concrete Nederlandse initiatieven aan: de Planetary Security Conference (november 2015) en de Adaptation Futures Conference (mei 2016) waarmee Nederland concrete opvolging wil gaan geven aan de gevolgen van klimaatverandering en de uitkomsten van COP21. Tot slot heb ik aangegeven Shell te zullen vragen om deel te nemen aan het Climate and Clean Air Coalition's Oil and Gas Methane Partnership. De bedrijven die hieraan deelnemen rapporteren op transparante wijze over hun emissies.
In zijn inspirerende afsluitende toespraak riep president Obama alle landen op om actie te nemen tegen de uitstoot van broeikasgassen, in het belang van het Arctisch gebied en de wereld. President Obama wil de lat in Parijs hoog leggen en vroeg de aanwezige bewindspersonen hem daarin te volgen. De volledige toespraak is terug te vinden op Youtube.
En marge van de conferentie sprak ik met John Kerry, de nieuwe Deense Minister van Buitenlandse Zaken Kristian Jensen en met EU-commissaris Vella. Met John Kerry is o.a. gesproken over MH17, Syrië en het Midden-Oosten. Er was extra interesse van de VS in de Nederlandse rol en positie gezien aanstaand EU-voorzitterschap en spin-off MH17.
Concluderend
Het bezoek heeft mij als coördinerend Minister voor het Nederlandse polaire beleid in staat gesteld in korte tijd een brede blik op (klimaat)ontwikkelingen in het Arctisch gebied te verkrijgen. Tegelijkertijd bood het mij de gelegenheid de Nederlandse betrokkenheid bij het Arctisch gebied nu en in de toekomst zichtbaar te maken, zowel vanuit oogpunt van klimaatverandering en milieubescherming als vanuit een economisch perspectief. Daarmee is invulling gegeven aan de AIV-aanbeveling dat NL een intensiever Arctisch beleid moet voeren en de bilaterale relatie met Arctische staten zou moeten verstevigen.
Tot slot geven het Nederlandse waarnemerschap bij de Arctische Raad en het Nederlandse poolonderzoek vanuit Spitsbergen Nederland een bevoorrechte positie aan tafel met een beperkte club landen op een veranderend Arctisch toneel, met geopolitieke gevolgen en van directe invloed op de Nederlandse veiligheid.
De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders
Term is ontleend aan het AIV-advies: «De toekomst van de Arctische regio: samenwerking of confrontatie?».
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31793-118.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.