31 510 Energierapport

Nr. 67 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 juni 2017

In januari van dit jaar heb ik in mijn beantwoording van de vragen van de vaste commissie voor Economische Zaken (Kamerstuk 30 196, nr. 507) aangegeven dat de initiatiefnemers naar verwachting in 2017 een investeringsbeslissing zullen nemen over het Rotterdam Opslag en Afvang Demonstratieproject (ROAD). ROAD is een initiatief van ENGIE en Uniper en beoogt om bij de MPP3-centrale van Uniper op de Maasvlakte een grootschalig demonstratieproject voor de afvang en opslag van CO₂(carbon capture and storage, CCS) onder zee te realiseren. Hierbij informeer ik uw Kamer over de laatste stand van zaken.

ROAD had in 2015 operationeel moeten zijn, maar heeft eerder al forse vertraging opgelopen. Alle bij dit project betrokken partijen hebben in de afgelopen jaren intensief samengewerkt om ROAD doorgang te laten vinden. Ik ben door ENGIE en Uniper geïnformeerd dat zij onlangs het principebesluit hebben genomen zich terug te trekken uit dit project. De initiatiefnemers hebben daarbij aangegeven een verdere investering in dit project niet meer te kunnen rechtvaardigen. Dit besluit zal per 15 september 2017 worden geëffectueerd.

Ik betreur dit besluit van ENGIE en Uniper. Zoals aangegeven in de Energieagenda (Kamerstuk 31 510, nr. 64) ziet het kabinet CCS als een belangrijke technologie om CO₂-emissiereductie binnen industriële sectoren en mogelijk de elektriciteitssector te realiseren, daar waar er geen CO₂-arme alternatieven beschikbaar zijn. Het kabinet acht CCS onmisbaar voor het realiseren van de klimaatdoelen. Het is daarom van belang de ontwikkeling van CCS te blijven stimuleren en brede toepassing ervan te bevorderen.

De inspanningen rond het ontwikkelen van CCS gaan dan ook onverminderd door. Deze inspanningen zijn gericht op het investeren in onderzoek en innovatie (ook in Europees verband), het realiseren van één of meerdere grootschalige demonstratieprojecten en het treffen van voorbereidingen om tot grootschalige uitrol van CCS te komen. Tevens worden stappen gezet voor de ontwikkeling van de in de Energieagenda aangekondigde CCS Routekaart, om samen met betrokkenen uit het bedrijfsleven, onderzoeksinstellingen en industrie vast te stellen welke risico’s en barrières er zijn voor investeren in CCS en hoe het transitiepad er uit ziet. Ik ben in dat kader dan ook blij met de toezegging die ENGIE en Uniper hebben gedaan om de kennis die is opgedaan in het ROAD-project beschikbaar te stellen voor de ontwikkeling van toekomstige CCS-projecten.

De komende periode zal worden gebruikt om de gevolgen van het besluit van ENGIE en Uniper te onderzoeken en de mogelijkheden voor de ontwikkeling van andere CCS-projecten te inventariseren. Ik ben daarover in gesprek met partijen uit de sector. Deze gesprekken bevinden zich in een verkennende fase. Het is in dit stadium dan ook nog niet mogelijk om aan te geven of, en zo ja waar en wanneer een alternatief grootschalig CCS-demonstratieproject kan worden gerealiseerd. Wanneer hier meer duidelijkheid over is, zal ik uw Kamer daarover informeren.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp