31 409 Zee- en binnenvaart

Nr. 335 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 juli 2021

Op donderdag 8 juli 2021 is de gewijzigde motie van de leden TJeerd de Groot en Rudmer Heerema (Kamerstuk 31 409, nr. 333), die de regering verzoekt er alles aan te doen om starters en erkende replica’s in aanmerking te laten komen voor de Tijdelijke subsidieregeling continuïteit bruine vloot, aangenomen door de Kamer. Middels deze brief informeer ik de Kamer op welke wijze uitvoering is gegeven aan deze motie.

Replica’s

Vanwege het belang dat het kabinet hecht aan het behouden van de historische bruine vlootsector heeft het Kabinet, in aanvulling op de steun die het generieke steun- en herstelpakket biedt, de Tijdelijke subsidieregeling continuïteit bruine vloot opgesteld. Deze regeling richt zich op het ondersteunen van eigenaren van historische zeilschepen van 50 jaar of ouder, die met passagiers rondvaren, in een deel van de vaste en variabele lasten. Hiermee kunnen bijvoorbeeld onderhoud en noodzakelijke keuringen die samenhangen met het behouden van deze historische schepen voor onze cultuur worden betaald.

Het kabinet vindt het behouden van deze schepen van belang vanwege de link die deze schepen hebben met de rijke maritieme historie die ons land heeft. Onze voorouders hebben de hele wereld over gezeild. Niet alleen overzees, maar ook op de voormalige Zuiderzee en de Waddenzee was het zeilschip een ideale manier om goederen en mensen te vervoeren. Ook in deze tijd worden deze schepen nog ingezet, met name in recreatieve en educatieve zin. De passagiers ervaren tijdens de dag- of meerdaagse tochten hoe het is om te leven en te varen op een traditioneel zeilschip. Het beleven van het zeeleven en onze geschiedenis vanaf het water op een vaartuig dat in het verleden zeilde maakt dit beeld compleet. De schippers leveren daarmee een bijdrage aan het levend houden van een belangrijk deel van onze geschiedenis als onderdeel van onze cultuur.

De motie van de leden Tjeerd de Groot en Rudmer Heerema verzoekt de regering te bezien of ook zeilschepen jonger dan 50 jaar (replica’s) toegang geboden zou kunnen worden tot de regeling. De Tijdelijke subsidieregeling continuïteit bruine vloot richt zich bewust op bruine vloot ondernemers met een historisch schip van 50 jaar en ouder vanwege het belang van het behoud van juist deze schepen. Ondernemers met een moderner zeilschip, zoals een replica van minder dan 50 jaar oud, kunnen uiteraard een beroep doen op het generieke steun- en herstelpakket. Met het steun- en herstelpakket biedt het kabinet goede steun aan ondernemers die vanwege de gevolgen van de coronamaatregelen niet of slechts zeer beperkt kunnen ondernemen. De regelingen in dit pakket zijn de afgelopen periode verlengd en verruimd. Een voorbeeld hiervan is de Regeling subsidie vaste lasten financiering COVID-19 (hierna: TVL), waarmee ondernemers met meer dan 30% omzetverlies subsidie kunnen krijgen, in het tweede kwartaal inmiddels voor 100% van het vastgestelde aandeel vaste lasten. In combinatie met de versoepelingen van de coronamaatregelen van 5 juni en 26 juni jl. bieden de regelingen uit het steun- en herstelpakket deze ondernemers hulp en perspectief, vergelijkbaar met vele andere ondernemers die geraakt zijn door de coronamaatregelen.

Het is dus niet zo dat ondernemers met modernere zeilschepen zoals de replica’s jonger dan 50 jaar geen steun ontvangen, maar deze ondernemers behoren niet tot de doelgroep van de Tijdelijke subsidieregeling continuïteit bruine vloot.

Starters

Er is mij meerdere malen aandacht gevraagd voor de positie van startende bruine vloot ondernemers en daarom zijn in de regeling hier ook voorzieningen voor getroffen. Een voorbeeld hiervan is de startende bruine vloot onderneming waarvoor met gebruikmaking van de standaard referentiesystematiek geen reële referentieomzet te bepalen is. Startende ondernemers die begonnen zijn na 31 maart 2019 en uiterlijk op 31 januari 2020 kunnen gebruik maken van de bruine vlootregeling, doordat voor deze ondernemingen een alternatieve referentieperiode is opgenomen in de regeling. En aan de bruine vloot onderneming die gestart is tussen 31 januari 2020 en 15 maart 2020 wordt het minimum subsidiebedrag van € 1.000 verleend.

Daarnaast kunnen startende bruine vloot ondernemers (die voor het eerst zijn ingeschreven in het handelsregister in de periode van 1 oktober 2019 tot en met 30 juni 2020) voor het eerste kwartaal van 2021 eveneens gebruik maken van de Regeling subsidie financiering vaste lasten startende MKB-ondernemingen COVID-19 (hierna: Startersregeling). Vanaf het tweede kwartaal van 2021 is de startersregeling geïntegreerd in de reguliere TVL (zie daarvoor Stcrt. 2021, nr. 33221). Aanvullende maatregelen voor startende bruine vlootondernemers acht ik derhalve niet noodzakelijk.

Verder wordt in de motie van de leden Tjeerd de Groot en Rudmer Heerema gevraagd om gebruik te maken van de omzetgegevens van de vorige eigenaar. Dit is helaas niet haalbaar. Bij een overname verandert vaak de bedrijfsstructuur. Een bedrijf wordt bijvoorbeeld gesplitst, verkleind of gaat op in verschillende andere ondernemingen. Het volledige omzetverlies is dus niet altijd te herleiden tot één onderneming. Het is lastig vast te stellen wanneer een overname wel 1 op 1 plaatsvindt. Dit is arbitrair en daarmee niet te beoordelen.

Conclusie

Het kabinet is van mening dat met de Tijdelijke subsidieregeling continuïteit bruine vloot, bruine vlootondernemers waar mogelijk worden ondersteund. De regeling zal niet worden uitgebreid met zeilschepen nieuwer dan 50 jaar zoals replica’s.

Daarnaast kunnen ondernemers een beroep doen op het generieke steun- en herstelpakket. Startende bruine vlootondernemers kunnen gebruik maken van de bruine vlootregeling, de Startersregeling en de TVL. Hiermee ondersteunt het kabinet ook bruine vlootondernemers die in 2020 met hun onderneming zijn gestart.

Aangezien het kabinet de afgelopen 1,5 maand de coronamaatregelen verder heeft verruimd, hebben ondernemers gelukkig weer ruimte om te ondernemen. Ik hoop dat ook deze maatregelen deze ondernemers de komende periode weer perspectief bieden.

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer

Naar boven