31 289 Voortgezet Onderwijs

Nr. 569 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR PRIMAIR EN VOORTGEZET ONDERWIJS

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 maart 2024

Hierbij ontvangt u de reactie op het verzoek van de Vaste Kamercommissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap met betrekking tot de brieven die de commissie heeft ontvangen naar aanleiding van het (voorgenomen) sluiten van een aantal scholen van Persoonlijk voortgezet onderwijs (hierna: Pvo) met het kenmerk 2024D04726. Het merendeel van de brieven gaan specifiek over de sluiting van de Isaac Beeckman Academie (hierna: IBA) in Kapelle.

Reactie op de brieven over IBA in Kapelle

Onlangs, op respectievelijk 18 januari en 4 maart, is uw Kamer geïnformeerd over Pvo.¹ In de brieven waar uw Kamer reactie op vraagt, worden voornamelijk vragen gesteld en zorgen geuit over IBA. Daar wordt eerst op ingegaan.

Voor alle scholen in Nederland, en daarmee dus ook voor IBA, geldt dat een school sluit op het moment dat er drie jaar op rij te weinig leerlingen zijn. In bijzondere gevallen kan op grond van de Wet op het voortgezet onderwijs 2020, op aanvraag van het bevoegd gezag, een uitzondering worden gemaakt op deze opheffingsnorm.² Op het moment dat duidelijk was dat IBA op 1 oktober 2023 voor het derde jaar niet aan de opheffingsnorm zou voldoen waardoor IBA per 1 augustus zou moeten sluiten, heeft het bestuur mij gevraagd een uitzondering te maken.

Op 16 oktober 2023 is daarom besloten om de bekostiging niet per 1 augustus 2024 te beëindigen als IBA aan een aantal voorwaarden zou voldoen. Een van deze voorwaarden was dat de Inspectie van het Onderwijs (hierna: inspectie) bij het eerstvolgende onderzoek de kwaliteit van het onderwijs zou beoordelen als voldoende. Het is namelijk niet wenselijk om voor een school met het oordeel zeer zwak of onvoldoende een uitzondering te maken op de opheffingsnorm. Leerlingen hebben immers recht op onderwijs dat van voldoende kwaliteit is. Aan deze voorwaarde is niet voldaan.

Ten aanzien van de vragen over het proces dat is gevolgd, geldt dat de inspectie op 18 oktober 2022 het oordeel zeer zwak heeft vastgesteld en vervolgens op 30 en 31 oktober 2023 een herstelonderzoek heeft uitgevoerd. De inspectie heeft mij op 30 november 2023 geïnformeerd over de concept-oordelen. Het rapport met de oordelen is vervolgens op 2 januari 2024 vastgesteld en op 18 januari gepubliceerd. Het publiceren van vastgestelde rapporten moet binnen drie weken plaatsvinden, dat is een wettelijke termijn.

De inspectie geeft in haar rapporten bij het onderdeel «vervolgtoezicht» aan wat de school moet verbeteren of herstellen en de termijn waarbinnen de tekortkomingen moeten zijn hersteld. Dit is een standaard onderdeel van het rapport en betreft geen advies om de school open te houden. In een van de brieven staat dat de inspectie heeft aangegeven dat IBA moet sluiten. Pvo en daarmee ook IBA zit echter al geruime tijd in fase E van de escalatieladder. Dat betekent dat de inspectie de regie heeft overgedragen aan het departement. Het kabinet heeft dan ook besloten de bekostiging van de IBA te beëindigen, dat besluit is op 18 januari 2024 aan het bestuur verzonden.

Het sluiten van een school die drie jaar onder de opheffingsnorm zit en van onvoldoende kwaliteit is, gebeurt in het belang van de leerlingen maar heeft natuurlijk een weerslag op hen. In de brieven delen ouders hun persoonlijke verhalen en uiten hun zorgen over de consequenties van de sluiting. Ik kan me die zorgen heel goed voorstellen. Er wordt met de grootst mogelijke zorg gekeken naar een passende oplossing. Ambtenaren van mijn ministerie zijn op dit moment in gesprek met verschillende partijen, zoals andere schoolbesturen in de regio, betrokken samenwerkingsverbanden en gemeenten. Ook is er een plaatsingscoördinator aangesteld die zal helpen bij het zoeken van een passende plek voor de leerlingen van IBA. Mijn ministerie volgt het proces nauwgezet en heeft daarover zeer regelmatig contact met het bestuur van Pvo.

Reactie op brief van oprichter en oud-bestuurder

Oprichter en oud-bestuurder van Scholen voor Persoonlijk Onderwijs (hierna: SvPO) deelt in zijn brief inzichten voor het onderwijs en beleid. Deze worden ter kennisgeving aangenomen. In de brief worden ook kanttekeningen geplaatst bij de onderzoekskaders van de inspectie.

De inspectie houdt toezicht op de naleving van eisen die de onderwijswetgeving aan scholen en besturen stelt. Er wordt daarbij geen onderscheid gemaakt in concepten die scholen hanteren. De onderzoekskaders van de inspectie beschrijven hoe het toezicht is ingericht: ze bevatten de werkwijze en het waarderingskader dat de inspectie bij haar onderzoeken gebruikt. De kaders bevatten dus geen eigen eisen van de inspectie, maar zijn een operationalisering van de eisen die in de onderwijswetgeving worden gesteld. Voorafgaand aan de voordracht van de kaders aan beide Ministers van OCW voert de inspectie overleg met het georganiseerde onderwijsveld over de onderzoekskaders.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, M.L.J. Paul

---

1 Kamerstuk II, 2023/24, 31 289, nr. 566 en Kamerstuk II, 2023/24, 31 289, nr. 568.

2 Artikel 4.25, vierde lid, Wet voortgezet onderwijs 2020.