31 289 Voortgezet Onderwijs

Nr. 514 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR PRIMAIR EN VOORTGEZET ONDERWIJS

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 februari 2022

Mijn voorganger heeft u op 11 oktober 2021 geïnformeerd over ontwikkelingen rond de Stichting Islamitisch Onderwijs (SIO); het bevoegd gezag van het Cornelius Haga Lyceum (CHL) (Kamerstuk 31 289, nr. 496). Met deze brief informeer ik u over het meest recente inspectieonderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs bij het CHL.

Kwaliteit CHL zeer zwak

Vandaag heb ik met veel zorgen en irritatie kennisgenomen van een rapport van de Inspectie van het Onderwijs (inspectie) naar aanleiding van een onderzoek naar de onderwijskwaliteit bij het CHL. Met opnieuw schadelijke gevolgen voor de kwaliteit van onderwijs voor vele leerlingen. Een verzoek van SIO om een voorlopige voorziening met het doel de publicatie tegen te houden is gisteren door de rechtbank afgewezen.

In dit onderzoek heeft de inspectie vastgesteld dat de onderwijskwaliteit op de drie afdelingen (mavo, havo en vwo) van het CHL zeer zwak is. Volgend uit artikel 11, lid 4, van de Wet op het onderwijstoezicht heeft een school maximaal een jaar de tijd om de kwaliteit na dit ernstige oordeel substantieel te verbeteren. De inspectie zal onderzoeken of aan de herstelopdrachten uit het rapport is voldaan; als dat niet gebeurt, zullen forse bekostigingssancties volgen.

Vervolg

Ik maak me samen met de inspectie en vele anderen grote zorgen over het CHL. Het onderwijs op de school is door de inspectie gekenmerkt als zeer zwak. Dat het CHL niet in staat is beter onderwijs te bieden is allereerst verschrikkelijk nieuws voor de leerlingen; dit gaat ten koste van hun ontwikkeling. Mijn geduld hierop kent een einde, we kunnen een jarenlange zorgwekkende situatie niet van onze kant laten gaan.

Ik doe daarom in de eerste plaats uiteraard een klemmend beroep op SIO om serieus werk te maken van de herstelopdrachten van de inspectie. Tot op heden gaat helaas veel aandacht van het bestuur naar juridische procedures, terwijl juist alle tijd en energie naar leerlingen moet gaan. En daarnaast zal ik spoedig in overleg treden met de inspectie en mij beraden op andere stappen.

Zo verwacht ik ook nog publicatie van enkele andere rapporten van de inspectie over SIO. Ik zal u dan ook zo spoedig mogelijk nader informeren.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, A.D. Wiersma

Naar boven