31 289 Voortgezet Onderwijs

Nr. 392 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BASIS- EN VOORTGEZET ONDERWIJS EN MEDIA

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 januari 2019

Hierbij zend ik u de beleidsreactie op het onderzoek «Terecht overstaprecht? Doorstroom havo-vwo».

Doorstroom havo-vwo

Gediplomeerde havisten hebben de mogelijkheid om over te stappen naar het vwo, net zoals leerlingen van vmbo-gl/tl kunnen overstappen naar havo. Het bevoegd gezag van een school voor voortgezet onderwijs beslist dan over de toelating en de toelatingseisen van deze leerlingen tot het vwo. De toelatingseisen kunnen daarom verschillen. In het kader van gelijke kansen zou iedere leerling met potentie een eerlijke en gelijke kans moeten krijgen om een ander niveau te proberen.

OCW heeft Oberon opdracht gegeven om een onderzoek uit te voeren naar de toelatingseisen van vwo-scholen. Dit rapport vindt u in de bijlage1. Uit eerder onderzoek2 bleek dat havo-scholen verschillende toelatingscriteria hanteerden voor leerlingen die de overstap van vmbo-gl/tl naar havo wilden maken. Om dit proces eerlijker en meer uniform te laten verlopen is destijds de Toelatingscode overstap vmbo-havo opgesteld. Omdat dit niet de gewenste effecten had, heeft mijn voorganger aangekondigd dat er een wettelijk doorstroomrecht voor vmbo-gl/tl naar havo uitgewerkt wordt.3 Het onderzoek naar toelatingseisen van vwo-scholen geeft aanleiding om analoog hieraan een doorstroomrecht voor havo-vwo uit te werken. Hieronder volgt een samenvatting van het rapport en vervolgens een toelichting en een beleidsreactie.

Onderzoek doorstroom havo-vwo

Oberon heeft het onderwerp op drie manieren benaderd, door te kijken naar de huidige situatie, het toelatingsbeleid en de toekomst.

De huidige situatie

Er zijn verschillen tussen de exameneisen voor het behalen van een diploma voor het havo en voor het vwo. Zo doen vwo’ers in een vak meer examen dan op het havo (op het vwo doet een leerling in 8 vakken examen, is een tweede moderne vreemde taal verplicht en is voor alle profielen wiskunde verplicht). Een klein deel van de scholen (10%) en ouders (7%) ervaart de aansluiting havo-vwo als onvoldoende, met name omdat de voorbereiding onvoldoende is, maar ook vanwege verschillen tussen havo en vwo. Scholen rapporteren dat de grootste knelpunten zitten in de afstemming tussen profielen en vakkenpakketten en de moeilijkheidsgraad. Ouders benoemen de aansluiting tussen moderne vreemde talen en toelatingseisen vaker als knelpunten dan scholen.

Een meerderheid van de bevraagde scholen (89%), ouders (88%) en leerlingen (76%) benoemen activiteiten die scholen organiseren om de overgang voor gediplomeerde havisten te ondersteunen. Het gaat hier vooral om voorlichtingsactiviteiten. Ook stimuleren bijna alle havo-scholen leerlingen die naar het vwo willen overstappen om alvast een extra vak te volgen op het havo.

Het toelatingsbeleid

Bijna alle vwo-scholen stellen toelatingseisen aan doorstromende havisten. Ouders en leerlingen zijn hier regelmatig niet van op de hoogte (54% van de ouders en 66% van de leerlingen). De meest voorkomende toelatingseisen zijn een positief advies vanuit het havo, een cijfereis en/of een motivatie-eis. 42% van de vwo-scholen geven aan dat havisten slechts af en toe niet toegelaten worden, maar bij 13% van de scholen gebeurt het (zeer) regelmatig, vaak door een te laag eindexamencijfer.

Ouders (57%) en leerlingen (75%) zijn overwegend tevreden met de informatievoorziening. De communicatie over de toelatingseisen geschiedt meestal via voorlichtingsbijeenkomsten of op aanvraag. Uit deskresearch bleek dat slechts 50% van de scholen het toelatingsbeleid op de website of in de schoolgids plaatsen. Scholen geven aan dat informatie over doorstroom en toelating meestal pas in het vijfde leerjaar gegeven wordt en/of op aanvraag, slechts soms eerder. Ouders en leerlingen zijn nog minder optimistisch; zij geven aan dat voorlichting zelfs in het vijfde jaar nauwelijks plaatsvindt.

De toekomst

Zowel scholen, ouders als leerlingen vinden dat er meer maatwerk nodig is voor een soepele overgang van havo naar vwo en dat leerlingen beter begeleid moeten worden. Scholen vinden dat een doorstroomrecht niet nodig en onwenselijk is, terwijl ouders en leerlingen daar juist wel het nut van inzien. Scholen vrezen dat te veel havisten hierdoor niet op het juiste niveau terecht komen. Indien een doorstroomrecht wordt ingevoerd is het voor een goede aansluiting volgens scholen nodig dat leerlingen extra lessen of vakken kunnen volgen, leerlingen vakken op een hoger niveau kunnen volgen, scholen goede voorlichting geven, er doorstroomprogramma’s komen en dat de Inspectie van het Onderwijs rekening houdt met de gevolgen voor het rendement. Als voordelen van een doorstroomrecht worden genoemd: kansengelijkheid, uitstellen van vervolgopleiding en meer duidelijkheid voor de ouders en leerlingen. Als risico’s worden vooral genoemd dat een ongeschikte havist op het vwo terecht komt en hogere uitval op het vwo.

Aanbevelingen

Hoewel er geen grote knelpunten worden ervaren rond de aansluiting en doorstroom van havo-5 naar 5-vwo is er wel ruimte voor verbetering. Vooral in het voortraject, bij de begeleiding en voorlichting kunnen scholen ervoor zorgen dat de overstap soepeler verloopt en dat er een betere voorbereiding voor leerlingen is die van plan zijn om over te stappen. Ouders en leerlingen zijn van mening dat een doorstroomrecht hier mogelijk aan kan bijdragen.

Uitwerking doorstroomrecht

Een belangrijke reden om een doorstroomrecht uit te werken voor de overstap van vmbo-gl/tl naar havo was de verscheidenheid aan (hoge) toelatingseisen die havo-scholen stelden. Bij havisten blijken dezelfde problemen te spelen. Havisten verdienen eveneens een eerlijke kans om na het behalen van hun havodiploma over te stappen naar het vwo.

Analoog aan het wetstraject voor de overstap van vmbo-gl/tl naar havo wil ik een wetsvoorstel uitwerken voor gediplomeerde havisten die de overstap naar het vwo willen maken. Ik streef er hierbij naar om de wetgeving voor beide soorten overgangen zo veel mogelijk te laten corresponderen, maar ik moet ook rekening houden met de verschillen tussen beide soorten overgangen.

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
2

Monitor toelatingscode vmbo-gl/tl-havo. 3e meting in opdracht van de VO-raad, Oberon, 28-10-2016 (bijlage bij Kamerstukken 30 079 en 31 289, nr. 69).

X Noot
3

Brief van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 11 januari 2017, Kamerstukken 30 0179 en 31 289, nr. 69.

Naar boven