31 089 Urgentieprogramma Randstad

Nr. 109 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 maart 2014

Hierbij bied ik u, mede namens de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu en de Staatssecretaris van Economische Zaken, de Zesde Voortgangsrapportage van het Groot Project RRAAM (Rijk-Regioprogramma Amsterdam – Almere – Markermeer) aan1.

Op 13 november 2013 heb ik tijdens het bestuurlijk overleg MIRT Noord-Holland – Utrecht – Flevoland, mede namens de Staatssecretarissen van IenM en van EZ, de Rijksstructuurvisie Amsterdam – Almere – Markermeer vastgesteld. Ook zijn de Bestuursovereenkomst RRAAM en de Uitvoeringsovereenkomst Almere 2.0 behorende bij deze Rijksstructuurvisie ondertekend op respectievelijk 13 en 20 november 2013. Deze documenten zijn op 20 november 2013 aan de Tweede Kamer aangeboden2. Met het uitkomen van de Rijksstructuurvisie en de getekende overeenkomsten is het programma RRAAM (2010 – 2013) beëindigd. Het Groot Project zoals gedefinieerd in de Basisrapportage van april 20113 is in zijn geheel uitgevoerd.

De Tweede Kamer heeft aangeven ook voor de vervolgfase de status van Groot Project te willen handhaven. Aan rapporteur mevrouw Jacobi is gevraagd om in februari 2014 een voorstel te doen voor de herziening van de afspraken met mij over de informatievoorziening over het Groot Project in de vervolgfase. De rapporteur heeft nu reeds voorgesteld de rapportagefrequentie te beperken tot één maal per jaar. Naar aanleiding van de (nieuwe) uitgangspuntennotitie van de Tweede Kamer zal er door mij een (nieuwe) Basisrapportage voor het vervolg worden uitgebracht.

Deze zesde Voortgangsrapportage is de laatste Voortgangsrapportage die met betrekking tot het afgelopen programma RRAAM wordt uitgebracht. De structuur van de Voortgangsrapportage is daarom iets aangepast ten opzichte van de voorgaande vijf Voortgangsrapportages. Deze rapportage bestaat uit twee delen:

  • 1. In deel A is ingegaan op de inhoud en het proces tijdens de laatste periode van het afgelopen programma RRAAM (periode 1 juli – 31 december 2013);

  • 2. In deel B is de evaluatie van het afgelopen programma RRAAM opgenomen. De evaluatie is opgezet conform de aanwijzingen in artikel 16 van de Regeling Grote Projecten. De evaluatie is, conform de Regeling Grote Projecten, een verklarende analyse van de verschillen tussen de uitgangspunten uit de Basisrapportage en de actuele stand van zaken van het project.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

X Noot
2

Kamerstuk 31 089, nr. 108 HERDRUK en Kamerstuk 31 089 nr. A, Den Haag 2013.

X Noot
3

Kamerstuk 31 089, nr. 83, Den Haag 2011

Naar boven