31 066 Belastingdienst

Nr. 677 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 juni 2020

Hierbij informeer ik u over het voornemen per 1 januari 2021 regelgeving in te voeren op basis waarvan bepaalde administratieplichtigen gegevens over uitbetalingen voor werkzaamheden en diensten inclusief het burgerservicenummer (bsn) moeten aanleveren1.

Waarom een regeling

De renseigneringsverplichting vervangt deels het bestaande proces van het formulier IB-47. Hiermee vraagt de Belastingdienst informatie op over uitbetalingen die doorgaans zullen behoren tot het belastbare resultaat uit overige werkzaamheden zoals inkomsten van freelancers, auteurs of sprekers. Tot begin 2018 werd hierbij gebruikgemaakt van het bsn.2 Hiervoor bleek echter geen solide wettelijke basis, waardoor de uitvraag hiervan is stopgezet. Met de regeling ontstaat een toereikende wettelijke basis voor het mede aanleveren van het bsn, de naam, het adres en de geboortedatum van degene die de betaling ontvangt. Deze gegevens zijn nodig voor identificatie en verificatie, om ze aan de juiste belastingplichtige te koppelen. Dit is belangrijk voor een goede uitvoering door de Belastingdienst en van belang voor de vooringevulde aangifte. Hiermee worden belastingplichtigen geholpen juist aangifte te doen.

Voor wie gaat de regeling gelden

De renseigneringsverplichting gaat allereerst gelden voor inhoudingsplichtigen: bedrijven die personeel in loondienst hebben, een loonadministratie voeren en derhalve bekend zijn met verwerking van persoonsgegevens en hun administratie hierop hebben ingericht. Daarnaast betreft het rechtenorganisaties die de tussenschakel zijn tussen een (licentie)rechtgever (bijvoorbeeld een componist, auteur of muzikant) en een (licentie)rechtnemer (de gebruiker van bijvoorbeeld de muziek of het boek). Naast veelal een loonadministratie, houden zij doorgaans een uitgebreide ledenadministratie bij waarvan ook persoonsgegevens deel uitmaken.

Voor welke gegevens

Inhoudingsplichtigen moeten straks gegevens verstrekken over de betalingen die zij hebben gedaan aan een natuurlijk persoon. Rechtenorganisaties verstrekken gegevens over de betalingen die zij als tussenschakel doen aan (licentie)rechtgevers. Werkzaamheden en diensten die worden verricht als werknemer, artiest, beroepssporter, lid van een buitenlands gezelschap of vrijwilliger vallen niet onder de nieuwe verplichting.3 Ook werkzaamheden en diensten waarvoor een factuur met omzetbelasting is uitgereikt vallen niet onder de nieuwe verplichting. Voornoemde belastingplichtigen zijn reeds bekend bij de Belastingdienst en gegevensverstrekking via de nieuwe bepaling is daarom niet nodig.

Beoogde proces van invoering

De Belastingdienst start binnenkort voorbereidende gesprekken met marktpartijen4 over de renseigneringsverplichting. De regeling wordt de komende tijd nader uitgewerkt en in het najaar ter voorhang aan beide Kamers van de Staten-Generaal gezonden.5 Door uw Kamer nu te informeren kunnen eventuele reacties nog mee worden genomen bij de definitieve uitwerking.

De haalbaarheid van inwerkingtreding per 1 januari 2021 blijft mede afhankelijk van de capaciteit en prioritering binnen het portfolio van de Belastingdienst6.

De Staatssecretaris van Financiën, J.A. Vijlbrief


X Noot
1

De nieuwe renseigneringsstroom zal feitelijk voor het eerst per 1 januari 2022 gaan plaatsvinden, omdat de gegevens over 2021 na afloop van het kalenderjaar en uiterlijk op 31 januari 2022 moeten worden aangeleverd.

X Noot
2

Zie de 21e halfjaarsrapportage van de Belastingdienst van 16 april 2018, Bijlage bij Kamerstuk 31 066, nr. 401, p. 10–11.

X Noot
3

De aanduidingen zijn steeds bedoeld in de zin van de Wet op de loonbelasting 1964.

X Noot
4

Zoals softwareontwikkelaars en koepelorganisaties.

X Noot
5

Er geldt een voorhangprocedure op grond van artikel 10.8, tweede lid, Wet IB 2001.

X Noot
6

Deze kan mede onder invloed van actualiteiten zoals de coronamaatregelen wijzigen.

Naar boven