31 066 Belastingdienst

Nr. 147 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 oktober 2012

Bij het ordedebat van dinsdag 23 oktober 2012 heeft uw Kamer mij verzocht (Handelingen II 2012/13, nr. 13, Regeling van Werkzaamheden) om een brief waarin een toelichting wordt gegeven op de afhandeling van de definitieve toekenning kinderopvangtoeslag van de afgelopen drie jaren.

De kinderopvangtoeslag wordt uitgekeerd conform de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen (Awir). Dat betekent dat de burger een aanvraag doet op basis van geschat inkomen en geschat aantal af te nemen opvanguren. De toeslag wordt maandelijks uitgekeerd als voorschot.

Burgers moeten lopende het toeslagjaar relevante wijzigingen zelf doorgeven aan de Belastingdienst. Het kan dan gaan om kinderen die meer of minder uren kinderopvang genieten of het inkomen dat stijgt. Na afloop van het toeslagjaar en nadat de aangifte inkomstenbelasting is ingediend wordt gestart met de vaststelling van de definitieve toekenning van de kinderopvangtoeslag.

Ten aanzien van het definitief toekennen van de kinderopvangtoeslag speelt nog het volgende. Bij de start van het proces definitief toekennen voor de kinderopvangtoeslag 2007 is bij een representatieve steekproef gebleken dat de urenopgaaf van de ouders in meer dan 50% van de gevallen afwijkt van de urenopgave van de kinderopvanginstellingen. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt doordat ouders nauwelijks wijzigingen insturen. Hieruit is geconcludeerd dat het definitief toekennen voor de kinderopvangtoeslag een andere aanpak vereist.1

Daarom worden – om de afgenomen uren te kunnen controleren – ook jaaropgaven van kinderopvanginstellingen uitgevraagd. Bij de kinderopvangtoeslag is derhalve sprake van meerdere controles die moeten worden uitgevoerd voordat een toeslag definitief kan worden toegekend. Dit neemt tijd in beslag.

Na afloop van een toeslagjaar worden daarnaast ook bij de aanvrager, de jaaropgaven van de afgenomen kinderopvanguren opgevraagd. Aanvragers zijn verplicht op deze uitvraag te reageren. Als na twee herhaalde verzoeken om het insturen van de jaaropgaven ouders niet reageren, wordt het recht op kinderopvangtoeslag op nihil gesteld en worden de uitbetaalde voorschotten teruggevorderd. Aanvragers kunnen tegen deze terugvordering van hun voorschot bezwaar aantekenen. Veel aanvragers doen dit ook – zij leveren dan alsnog de gewenste informatie – waardoor het proces evenwel langer duurt.

Daarbij zijn in de afgelopen jaren fraudegevallen geconstateerd met de kinderopvangtoeslag. Gezien de bedragen – een kinderopvangtoeslag van tienduizenden euro’s is niet ongewoon – heeft dit kabinet stevig ingezet op de aanpak van fraude.2 Dat betekent dat met ingang van toeslagjaar 2010 nauwgezet wordt gecontroleerd. Deze controles ten behoeve van de kinderopvangtoeslag kunnen complex zijn omdat aanvragers bijvoorbeeld halverwege een toeslagjaar kunnen gaan samenwonen, kunnen gaan scheiden, kinderen bij verschillende instellingen hebben ondergebracht, bij meerdere kinderen voor elk kind gebruik maken van een andere kinderopvanginstelling, een combinatie van kinderopvang hebben waarbij diensten worden afgenomen van een gastouderbureau en een kinderopvanginstelling.

Verder geldt dat over de jaren waar de Kamer nu naar vraagt nog wordt gewerkt met de oude ICT-toeslagsystemen. Zoals bekend verloopt het toeslagenproces als gevolg van deze oude systemen niet altijd even soepel. En dit heeft ook een vertragend effect op de afhandeling van de definitieve toekenning. Daarom is de Belastingdienst vanaf toeslagjaar 2012 met het nieuwe toeslagensysteem NTS gaan werken. Evenwel moeten de toeslagjaren vóór toeslagjaar 2012 nog met de oude systemen afgewikkeld worden. De Belastingdienst streeft met het nieuwe toeslagensysteem, waarmee vanaf het toeslagenjaar 2012 wordt gewerkt, zoveel mogelijk naar procesoptimalisatie, waardoor sneller een definitieve toekenning kan worden opgelegd. Maar toezicht – zoals hierboven beschreven – zal altijd nodig blijven en dat heeft een effect op de doorlooptijd.

Ten aanzien van de voortgang van het definitief toekennen van de kinderopvangtoeslag kan ik u melden dat toeslagjaar 2009 in 94% van de gevallen definitief is toegekend. Voor het toeslagjaar 2010 staat dat percentage op 65%. Tenslotte is het proces voor toeslagjaar 2011 recent gestart. Op dit moment is 25% van de aanvragers definitief toegekend. Gezien het verscherpte toezicht is een exacte doorlooptijd niet te geven omdat de Belastingdienst meerdere controles moet uitvoeren en afhankelijk is van informatie van derden.

Tenslotte begrijp ik dat u klachten heeft ontvangen van burgers. Ik zou u willen verzoeken om deze aan de Belastingdienst door te geven zodat deze klachten direct behandeld en beoordeeld kunnen worden. Deze klachten kunnen mogelijk ook bijdragen om het proces van de Belastingdienst te verbeteren.

Over de voortgang van de afhandeling van deze klachten zal de Belastingdienst in de komende halfjaarsrapportage verslag uitbrengen.

De staatssecretaris van Financiën, F. H. H. Weekers


X Noot
1

Kamerstukken II, TK 2008–2009 31 066, nr 65

X Noot
2

Kamerstukken II, TK 2008–2009, 31 066, nr. 146

Naar boven