Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2023-2024 | 31066 nr. 1420 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2023-2024 | 31066 nr. 1420 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 juli 2024
Ouders die geraakt zijn door de kinderopvangtoeslagaffaire, moeten zo spoedig en goed mogelijk geholpen worden in hun herstel. Dat bestaat onder meer uit het terugbetalen van de onterecht teruggevorderde toeslagbedragen, het bieden van brede ondersteuning door gemeenten en een schuldenaanpak. Een belangrijk onderdeel dat daar ook bij hoort is het vergoeden van de schade die de onterechte terugvorderingen veroorzaakt hebben.
Het vorige kabinet constateerde in 2023 dat het vergoeden van schade die is ontstaan door de toeslagenproblematiek niet leidde tot het gewenste resultaat. De bejegening van ouders was onvoldoende, wachtrijen waren te lang en het proces via de Commissie Werkelijke Schade (CWS) duurde te lang.1 In het afgelopen jaar is daarom geëxperimenteerd met een alternatieve schaderoute via Stichting (Gelijk)waardig Herstel (SGH).
Uw Kamer heeft opgeroepen op zo kort mogelijke termijn – nog voor het zomerreces – een dienstverleningsovereenkomst (DVO) te sluiten met SGH, op een wijze die focus aanbrengt in de doelgroep voor de SGH-route.2 Middels deze brief informeer ik uw Kamer dat aan deze motie is voldaan.
SGH biedt ouders de mogelijkheid om op hun eigen tempo aan een luisterend schrijver hun verhaal te vertellen (het «Feitenrelaas»). Op basis van dit Feitenrelaas stellen schadeanalisten aan de hand van forfaitaire bedragen een schadestaat op, die de ouder als vaststellingsovereenkomst (VSO) aanbiedt aan de Staat. De route is – met veel ruimte voor het verhaal van de ouder – gericht op ouders die hun schade op grofmazige wijze berekend willen hebben. Deze alternatieve route is in september 2023 gestart in pilotvorm en inmiddels afgerond en geëvalueerd. Op 31 mei jl. is uw Kamer geïnformeerd over de voorwaarden die het kabinet stelt aan opschaling van de schadevergoedingsroute via SGH.3
In diezelfde brief is ook aangegeven dat het gesprek met SGH over de invulling van de te maken afspraken in een nieuwe DVO nog liep. Onder het vorige kabinet is hard gewerkt zo snel mogelijk overeenstemming te bereiken met SGH over de inhoud van de DVO. Inmiddels heeft ook een externe validatie op het door SGH gehanteerde schadekader plaatsgevonden. Hedenochtend is de DVO getekend door zowel SGH als door de Staat. De inhoud van de DVO en bijlagen voldoen aan de door het kabinet gestelde voorwaarden en doen recht aan de conclusies van de pilotevaluatie. Inwerkingtreding van de overeengekomen DVO leidt tot een budgettair beslag dat naar verwachting binnen de kaders past van de nota van wijziging van 26 juni jl. op de 1ste suppletoire begroting van Financiën.
De externe validatie heeft uitgewezen dat het schadekader in lijn is met de eisen van het civiele schadevergoedingsrecht. Ook is extern gevalideerd dat het schadekader voldoende ruimhartig en uitlegbaar is, mede in het licht van de bestaande schaderoutes binnen de hersteloperatie toeslagen. Met de afspraken die zijn opgenomen in de DVO wordt beoogd dat het schadekader in de praktijk zal worden toegepast op een wijze die uitlegbaar en ruimhartig is. Waarnemingen uit de pilotevaluatie, zoals het gegeven dat schade werd vergoed van voor de start van de toeslagenaffaire, worden door deze afspraken gemitigeerd. Op zo kort mogelijke termijn zal een derde partij worden gevraagd de door SGH opgeleverde schadestaten te toetsen op rechtmatigheid en uitlegbaarheid. Tot dit geregeld is, zal het ministerie deze rol zelf op zich nemen zodat de operatie zo snel mogelijk kan herstarten.
Daarnaast is focus aangebracht in de doelgroep van SGH. In deze fase is afgesproken dat alleen de ouders voor volledige afronding in aanmerking komen die in de integrale beoordeling recht hebben op meer compensatie dan in de Catshuisregeling van € 30.000,- toegekend. Daarnaast kan deze groep niet alleen gedupeerd zijn op basis van de toekenning Opzet/Grove Schuld (O/GS) en niet eerder een (be)schikking of rechterlijke uitspraak over hun schade hebben ontvangen. Ook ex-toeslagpartners komen in deze fase niet in aanmerking voor de SGH-route. Dubbele aanvragers kunnen de SGH-route volledig doorlopen, zolang zij samen één VSO afsluiten.
Vanzelfsprekend gaat het kabinet aan de slag met het vinden van een passende oplossing voor groepen ouders die nu niet in aanmerking komen voor een financiële afronding via de SGH-route, waarbij het ook in overleg treedt met SGH. Voor het opstellen van hun Feitenrelaas kunnen ouders zich blijven melden bij SGH.
Over een aantal zaken wordt nog doorgesproken met SGH, vanuit een gedeelde wens van de route een succes te maken. Dat geldt bijvoorbeeld voor het opschalingsplan. Op dit moment schat het kabinet dat de SGH-route benut zal worden door tussen de 9.000 en 20.000 ouders, afhankelijk van hoe het huidige aanmeldpercentage van 25% zich verder ontwikkelt. Over de afspraken die nog worden gemaakt, zal de Kamer gelijktijdig met de volgende voortgangsrapportage (VGR) worden geïnformeerd.
Met het afsluiten van een DVO met SGH is een belangrijke stap gezet in het vormgeven aan een uitlegbare, schaalbare en robuuste schadevergoedingsmethode. De SGH-route zal nu zo snel mogelijk stapsgewijs worden gestart, met het oog op het nog vast te stellen opschalingsplan.
Ouders die zich al in de pilotfase hadden aangemeld, kunnen daardoor snel verder met hun herstel. Het versnellen en verbeteren van de hersteloperatie blijft de inzet van dit kabinet.
De Staatssecretaris van Financiën, N. Achahbar
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31066-1420.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.