31 066 Belastingdienst

Nr. 1299 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 oktober 2023

In deze brief ga ik in op vragen die zijn gesteld over het wetsvoorstel Wet compensatie wegens selectie aan de poort, de stand van zaken van herstel, tegemoetkoming en vergoeding van schade wegens FSV en motie van het lid Alkaya (Kamerstuk 31 066, nr. 1106).

Wetsvoorstel Wet compensatie wegens selectie aan de poort

Tijdens de behandeling van het Belastingplan 2024 zijn door diverse leden van uw Kamer vragen gesteld over het wetsvoorstel Wet compensatie wegens selectie aan de poort (Kamerstuk 36 424, nr. 6). Op die vragen ga ik in bij de nota naar aanleiding van het verslag dat op 13 oktober jl. naar uw Kamer is gestuurd (Kamerstuk 36 424). Voorts zijn vragen gesteld over de ervaringen met het «Meldpunt gegevensverstrekking FSV» en het verstrekken van FSV-informatie. De antwoorden op de betreffende vragen zijn niet in de nota naar aanleiding van het verslag beantwoord, maar bij deze brief gevoegd. Daarmee zijn de vragen voor het eerste wetgevingsoverleg beantwoord.

Indien het wetsvoorstel wordt aangenomen, kan in 2024 worden gestart met het bieden van compensatie aan personen waarvan niet uitgesloten kan worden dat grondrechten zijn geschonden bij de selectie van hun aangifte inkomensheffing in het jaar 2012 tot en met 2019. Dit onderdeel van herstel wordt naar huidige inzichten in het eerste kwartaal van 2024 afgerond.

Stand van zaken andere activiteiten

In bijlage 2 is de rapportage «Uitvoering herstel FSV» opgenomen. Daarin treft u een overzicht van de stand van zaken van activiteiten waarmee herstel, tegemoetkoming of vergoeding van schade wordt geboden wegens een registratie in FSV of tekortkomingen die zich bij de Belastingdienst voordeden ten tijde van FSV.

Uit de bijlage blijkt dat het informeren van personen over hun registratie in FSV (motie van het lid Marijnissen, Kamerstuk 35 510, nr. 21) en de reden van opname in FSV (motie van het lid Marijnissen, Kamerstuk 28 362, nr. 41) is afgerond. Het informeren van personen over het effect van hun registratie in FSV (motie van het lid Snels, Kamerstuk 31 066, nr. 776) is nagenoeg afgerond.

Circa 5.700 personen die recht hebben op een immateriële schadevergoeding wegens schending van de AVG hebben een uitbetaling ontvangen. De afhandeling van personen die menen schade te hebben wegens hun registratie in FSV wordt in het vierde kwartaal van 2023 gestart. Van beide activiteiten wordt voorzien dat die afgerond zijn in het eerste kwartaal van 2024.

Verder wordt in de bijlage aandacht besteed aan de contacten met de burgers, afhandeling van bezwaren en het meldpunt gegevensverstrekking FSV.

Tot slot wordt gewerkt aan het bieden van herstel en tegemoetkoming aan personen die onterecht niet of te laat zijn toegelaten tot een traject voor een buitengerechtelijke schuldregeling (MSNP) of wettelijke schuldsanering (WSNP). Hiervoor is wetgeving nodig. De planning is om die wetgeving in de tweede helft van 2024 aan uw Kamer aan te kunnen bieden, waarna de uitvoering vanaf 2025 kan plaatsvinden. Indien gewenst, kunnen mijn ambtenaren een technische briefing over dit onderwerp geven aan de commissie Financiën.

Motie Alkaya: juridische bijstand aan kwetsbare groepen

Met motie van het lid Alkaya1 wordt de regering verzocht eenieder die in FSV geregistreerd stond persoonlijk op de hoogte te stellen van de tegemoetkomingsregeling en te onderzoeken hoe, waar nodig, juridische bijstand verleend kan worden aan kwetsbare groepen bij het aantonen van de geleden schade, die materieel en immaterieel kan zijn.

Het informeren van personen over hun FSV-registratie en over op het schade-, herstel- en tegemoetkomingsbeleid dat op hen van toepassing is, is reeds afgerond.

Aan de juridische ondersteuning die in deze motie wordt genoemd, besteedde ik in eerdere brieven aandacht en voor de laatste maal bij mijn brief van 16 mei 20232. In die laatste brief noemde ik een verruiming van de inkomens- en vermogensgrensgrenzen of het verlagen van de eigen bijdrage interessant en dat een dergelijke maatregel zorgvuldig afgewogen moet worden in het licht van de uitvoerbaarheid voor de Raad voor Rechtsbijstand (RvR) en de Belastingdienst. Ik heb hierover gesproken met de Minister voor Rechtsbescherming, daaruit volgt dat het hanteren van andere inkomens- en vermogensgrenzen door de RvR niet uitvoerbaar is. Het enige alternatief is het in zijn geheel niet hanteren van dergelijke grenzen, wat leidt tot een onwenselijke oprekking van de Wet op de rechtsbijstand. Daarnaast is de inschatting dat voor de groep personen als geheel met een FSV-registratie geen sprake is van een zodanig uitzonderlijke situatie dat deze aanleiding zou moeten geven tot een (veel) gunstigere behandeling met betrekking tot de inkomens- en vermogensgrenzen en eigen bijdrage dan voor kwetsbare groepen die op andere terreinen een juridisch geschil met de overheid hebben.

Met de RvR is afgesproken dat herstel- en tegemoetkomingsregelingen aan hen worden voorgelegd. Daarnaast blijft de inzet erop gericht om de onterechte gevolgen van de FSV-registratie zo veel mogelijk via het schade-, herstel- en tegemoetkomingsbeleid weg te nemen. Ik beschouw hiermee motie Alkaya als afgedaan.

De Staatssecretaris van Financiën, M.L.A. van Rij

BIJLAGE 1

Vragen lid Omtzigt in het verslag naar aanleiding van het wetsvoorstel Wet compensatie wegens selectie aan de poort.

Vraag 1.

Met wie zijn de gegevens uit FSV gedeeld?

Antwoord 1.

In mijn brief van 16 mei 20233 meldde ik het volgende: «PwC en de Belastingdienst hebben onderzoek gedaan naar gegevensverstrekking uit of over FSV aan derden. Uit de drie onderzoeken volgt de conclusie dat totaal 300 verstrekkingen uit e-mailboxen hebben plaatsgevonden met informatie uit of over FSV, waarin 510 personen voorkomen. Organisaties die een dergelijke verstrekking hebben ontvangen hebben onderzocht of zij hieraan gevolgen hebben verbonden voor de personen die in deze verstrekkingen voorkwamen. Zij hebben geen gevolgen kunnen vaststellen.»

Hieronder volgt een overzicht van de organisaties die voorkomen in 300 verstrekkingen vanuit de onderzochte e-mailboxen. In de meeste verstrekkingen staat enkel FSV in de verstrekking vermeld, zonder dat er informatie uit de FSV is verstrekt. Daarnaast is geconstateerd dat het overgrote deel van de verstrekkingen plaatsvond op basis van een informatieverzoek en dat de verstrekte informatie niet uit de FSV komt.

Organisaties in gegevensverstrekkingen

Arag

Gemeente Heerhugowaard

Inspectie Leefomgeving & Transport

BAR-Organisatie

Gemeente Het Hoge Land

Kansspelautoriteit

De IJsselgemeenten

Gemeente Krimpenerwaard

Liander

Dienst Uitvoering Onderwijs

Gemeente Leiden

Logius

Fermwerk

Gemeente Midden Delfland

Ministerie Justitie & Veiligheid

Gemeente Alkmaar

Gemeente Nieuwegein

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Gemeente Almere

Gemeente Nissewaard

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit

Gemeente Amsterdam

Gemeente Rheden

Omgevingsdienst de Vallei

Gemeente Bergen op Zoom

Gemeente Rijswijk

Openbaar Ministerie

Gemeente Den Haag

Gemeente Rotterdam

Politie

Gemeente Deventer

Gemeente Utrecht

Regionale Informatie- en Expertise Centra

Gemeente Drechtsteden

Gemeente Velsen

Sociale Verzekeringsbank

Gemeente Eindhoven

Gemeente Zaanstad

Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen

Gemeente Geldermalsen

Gemeente Zwolle

Wil-Lekstroom

Gemeente Haarlem

Haltewerk

Woningbouwvereniging Velsen

Vraag 2.

Kunt u een verslag geven van de casussen die opgelost worden door de helpdesk die sinds een aantal maanden actief is? Zijn daar nog vermoedens bij gekomen van ander misbruik en oneigenlijk gebruik van FSV.

Antwoord 2.

In de periode 1 juni 2023 tot en met 2 oktober 2023 zijn er 197 meldingen ontvangen bij het Meldpunt gegevensverstrekking FSV, waarbij een melder organisaties noemt waarvan de melder vermoedt dat FSV-gegevens aan verstrekt zijn. Van de genoemde organisaties betreft ruim 75% een publieke organisatie en worden gemeenten en UWV het meest genoemd, dit betreft circa 45% van alle genoemde instanties. 80% van de burgers vermoedt dat hun FSV-registratie is verstrekt aan één tot drie organisaties.

Er is contact geweest tussen de melder en de Belastingdienst en – met hulp van de Belastingdienst – heeft de melder een inzageverzoek ingediend bij de organisatie waar de melder gegevensverstrekking vermoedt. Dit proces loopt nog. Indien de Belastingdienst zes weken nadien nog geen terugkoppeling van de melder heeft ontvangen, wordt deze gebeld om te vragen naar de status van het inzageverzoek. Op dit moment zijn er 131 melders gebeld.

De Belastingdienst heeft tot nu toe van twee melders een terugkoppeling ontvangen over hun inzageverzoek, waaruit geen gegevensverstrekking van FSV-informatie is gebleken. De vervolgstap is een gesprek tussen melder, organisatie en de Belastingdienst om de burger duidelijkheid te verschaffen over wat dan wel de verklaring is voor de door de burger vermoedde gebeurtenissen. Op dit moment worden deze gesprekken gepland.


X Noot
1

Kamerstuk 31 066, nr. 1106

X Noot
2

Kamerstuk 31 066, nr. 1231

X Noot
3

Kamerstuk 31 066, nr. 1231

Naar boven