31 066 Belastingdienst

31 839 Jeugdzorg

Nr. 1137 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 november 2022

Met deze brief informeer ik u mede namens de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de Staatssecretaris van Financiën – Toeslagen en Douane over de uitkomsten van de tweede vervolganalyse van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) van het aantal uithuisplaatsingen bij gezinnen dat gedupeerd is in de kinderopvangtoeslagenaffaire. De uitkomsten van deze analyse zijn vandaag gepubliceerd op www.cbs.nl.

Kortgezegd laat deze vervolganalyse in samenhang met de eerdere analyses zien dat een toename van het aantal minderjarige kinderen van gedupeerde ouders (door een toename van het aantal aanmeldingen als gedupeerde) een naar rato toename van het aantal uithuisplaatsingen en lopende uithuisplaatsingen oplevert.

Eerdere analyses

Op 11 mei heb ik uw Kamer geïnformeerd over de eerste actualisatie (ten opzichte van de initiële analyse van 21 oktober 20211) van het CBS naar het aantal kinderen van gedupeerde ouders waarbij sprake is (geweest) van een uithuisplaatsing in het kader van een jeugdbeschermingsmaatregel.2 Het CBS toetste hiervoor op samenloop met jeugdbescherming3 en jeugdhulp met verblijf.4

De analyse van 11 mei had betrekking op 59.805 minderjarige kinderen van gedupeerde ouders die op 1 april 2022 bekend waren bij de UHT. De analyse wees uit dat er in de periode 2015 tot en met 2021 1.675 kinderen uit huis geplaatst zijn. Op peildatum 30 december 2021 waren er nog 555 lopende uithuisplaatsingen.

Huidige vervolganalyse

De huidige vervolganalyse heeft betrekking op 68.165 minderjarige kinderen van gedupeerde ouders van de kinderopvangtoeslagenaffaire die in oktober 2022 bekend waren bij de UHT. De analyse wijst uit dat er in de periode 2015 tot en met 30 juni 2022 2.090 kinderen uit huis geplaatst zijn. Op peildatum 30 juni 2022 waren er nog 645 lopende uithuisplaatsingen.

Deze vervolganalyse geeft een actueel beeld van het aantal uithuisplaatsingen onder kinderen van gedupeerde ouders naar de stand van 30 juni 2022. Ten opzichte van de eerdere analyse van 11 mei jl. hebben zich tussen oktober 2021 en juni 2022 meer ouders als gedupeerde gemeld waardoor meer kinderen van gedupeerden in beeld zijn bij de UHT. Ook zijn in deze analyse de uithuisplaatsingen tot 30 juni 2022 (in plaats van tot 30 december 2021) toegevoegd. Dit kunnen zowel uithuisplaatsingen in 2022 zijn bij gedupeerde gezinnen die in oktober 2021 al in beeld waren bij de UHT, als uithuisplaatsingen in 2022 bij gedupeerde gezinnen die na december 2021 in beeld zijn gekomen bij de UHT.

De CBS-cijfers geven geen volledig beeld van het totaal aantal uithuisplaatsingen onder kinderen van gedupeerde ouders. Het CBS beschikt niet over jeugdhulpcijfers van vóór 2015 en beschikt ook niet over betrouwbare en volledige gegevens over de uithuisplaatsingen in vrijwillig kader of in het zogenoemde «drangkader». In mijn brief d.d. 9 mei 2022 heb ik dit nader toegelicht.5

Breder beeld

Het cijfermatige beeld dat de drie opvolgende analyses geven, is dat een toename van het aantal minderjarige kinderen van gedupeerde ouders een naar rato toename van het aantal uithuisplaatsingen en lopende uithuisplaatsingen oplevert. Deze actuele cijfers doen niet af aan de recente conclusie van de Inspectie Justitie en Veiligheid (op basis van een CBS-onderzoek naar de kwantitatieve samenhang tussen de toeslagaffaire en kinderbeschermingsmaatregelen) dat de kinderopvangtoeslagenaffaire de kans om een kinderbeschermingsmaatregel opgelegd te krijgen niet heeft vergroot.6

Tot besluit

Voor de gedupeerde ouders en kinderen die te maken hebben (gehad) met een uithuisplaatsing zal dit geen verschil gaan maken. Voor hen zet ik in op de best mogelijke ondersteuning, zodat zij zich gezien en gehoord voelen en vooral geholpen worden.

De Minister voor Rechtsbescherming, F.M. Weerwind


X Noot
1

Kamerstuk 31 066, nr. 907.

X Noot
2

Kamerstuk 31 066, nr. 1017.

X Noot
3

Onder jeugdbescherming wordt verstaan: (reguliere en voorlopige) ondertoezichtstelling of (reguliere en voorlopige) voogdij.

X Noot
4

Jeugdhulp met verblijf valt uiteen in de categorieën pleegzorg, gezinsgerichte jeugdhulp met verblijf, gesloten plaatsingen en overige jeugdhulp met verblijf.

X Noot
5

Kamerstuk 31 066, nr. 1015.

X Noot
6

Kamerstukken 31 839 en 31 066, nr. 909.

Naar boven