31 066 Belastingdienst

Nr. 1134 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 november 2022

Op 27 juni jongstleden heeft de vaste commissie voor Financiën twee e-mails van de heer Y.V. te N. met mij gedeeld. De commissie heeft mij verzocht de behandeling van deze mails over te nemen en haar te zijner tijd over de uitkomst te informeren. Hieronder geef ik mijn reactie.

De heer V. stelt schade te hebben geleden door het handelen van de Belastingdienst en betrekt hierbij de Fraudesignaleringsvoorziening (FSV). Mijn voorganger en ik hebben op respectievelijk 3 december 2021 en 8 juni jl. een reactie gegeven op eerdere verzoeken van uw Kamer betreffende deze casus. Daarbij gaven wij aan dat de privacy ons ervan weerhield langs openbare weg in te gaan op persoonlijke details.

Wel gaf ik in mijn brief van 8 juni jl. aan dat de heer V. reeds een vaste contactpersoon heeft bij het Stellateam van de Belastingdienst, dat mensen in complexe situaties helpt. Deze heeft regelmatig contact met hem, zowel voor als na het verzoek van de commissie om de behandeling van de e-mails over te nemen. Evenwel staat het de heer V. uiteraard vrij om daarnaast contact met uw Kamer te zoeken.

Ten slotte kan ik in algemene zin aangeven dat de ontwikkeling van een tegemoetkomingsbeleid voor onterechte gevolgen van FSV-registraties vordert. Op 24 juni1 jl. heb ik mijn denkrichting voor een regeling met uw Kamer gedeeld. Hierover hebben wij op 13 september jl. het debat gevoerd (Handelingen II 2021/22, nr. 107, item 23). Op 4 november jl.2 heb ik mijn voorgenomen beleid nader uiteengezet. Nadat de regeling in samenspraak met uw Kamer is vastgesteld, kan worden bepaald wie in aanmerking komt voor welke tegemoetkoming. Ik vertrouw erop u hiermee voldoende geïnformeerd te hebben.

De Staatssecretaris van Financiën, M.L.A. van Rij


X Noot
1

Kamerstuk 31 066, nr. 1065.

X Noot
2

Kamerstuk 31 066, nr. 1131.

Naar boven