Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 september 2022
Tijdens het commissiedebat Belastingdienst van 7 september jl. deed ik de toezegging
om voor maandag 12 september informatie te verstrekken over het onderzoek naar gegevensverstrekking
uit FSV. Hierbij ontvangt u de gevraagde informatie.
1) Onderzoek PwC gegevensdeling met derden
In het onderzoek van PwC naar gegevensdeling met derden uit januari 2022 wordt aangegeven
dat er in 536 gevallen FSV-informatie is gedeeld met derde partijen. Dit valt uiteen
in exports, informatie over FSV-registraties en separate signalen. Vier van deze e-mails
aan derden bevatten exports van delen van FSV van in totaal 11.211 burgerservicenummers.
In de resterende 532 e-mails is sprake van het verstrekken van FSV-informatie aan
derden zoals gemeenten, UWV of politie. Dit betrof 851 burgers.
Door PwC zijn 18 functionele mailboxen onderzocht. Dit zijn de mailboxen met het hoogste
risico op het verstrekken van FSV-informatie. Ook is geconstateerd dat er nog circa
80 mailboxen zijn die nader onderzocht dienen te worden.
Ik heb u dit onderzoek met mijn brief van 25 januari 20221 toegestuurd. In die brief heb ik gezegd dat PwC erop wijst dat mogelijk meer informatie
uit FSV extern is gedeeld dan uit het onderzoek blijkt. Er zijn aanvullende e-mailboxen
geïdentificeerd van waaruit mogelijk ook gegevens uit FSV zijn gedeeld.
2) Nader onderzoek Belastingdienst naar gegevensverstrekking
Ik vind het belangrijk dat burgers een zo volledig mogelijk beeld krijgen van met
wie hun gegevens zijn gedeeld. De betreffende door PwC geïdentificeerde 18 postbussen
worden nader onderzocht2. In dat kader wordt ook nader bezien in hoeverre voor de geconstateerde gegevensdelingen
een voldoende rechtsgrondslag bestond. De Belastingdienst treedt in overleg met de
organisaties waarmee gegevens zijn uitgewisseld.3
De Belastingdienst is gestart met het bovengenoemde onderzoek, waarbij het ondersteund
wordt met expertise vanuit PwC. De Belastingdienst analyseert hiervoor de bevindingen
van PwC naar de al onderzochte 18 mailboxen.
Daarnaast worden de 80 nader geïdentificeerde mailboxen onderzocht. Het onderzoeksplan
hiervoor treft u aan als bijlage bij deze brief. De uitvoering van het onderzoek bevindt
zich in stap 4: met behulp van verwerkingssoftware worden mailboxen tekstueel doorzoekbaar
gemaakt.
Het risico op verstrekking van FSV-informatie uit deze 80 mailboxen ligt normaliter
lager dan bij de reeds geanalyseerde 18 mailboxen, omdat het niet aannemelijk is dat
deze nieuw te onderzoeken mailboxen ook exports (bulk verstrekkingen) vanuit FSV bevatten.
Indien dezelfde verhouding tussen mailboxen waaruit informatie is gedeeld in het PwC
onderzoek «gegevensdeling met derden» wordt toegepast op het onderhavige onderzoek,
dan betreft het circa 4.000 burgers waarvan informatie is gedeeld met derden.
3) Informeren van burgers over gevolgen FSV
Ik ben voornemens om burgers duidelijkheid te geven over de gevolgen van hun FSV registratie
en dat zich geen of verklaarbare gevolgen hebben voorgedaan bij de Belastingdienst.
Dit betreffen 220.000 burgers die ik per brief wil informeren.
Mogelijk blijkt uit het nadere onderzoek van de Belastingdienst dat gegevens uit FSV
verstrekt zijn aan derden. Zoals hiervoor genoemd, is dit risico naar verwachting
beperkt tot circa 4.000 burgers. Indien ik het nadere onderzoek afwacht, vertraagt
het informeren van de 220.000 burgers met circa 13 weken en moeten zij dus langer
wachten op duidelijkheid. Mocht in het nadere onderzoek van de Belastingdienst naar
voren komen dat gegevens gedeeld zijn van een burger die al is geïnformeerd dat zich
geen of verklaarbare gevolgen hebben voorgedaan, dan informeer ik de burger daar vanzelfsprekend
over.
De Staatssecretaris van Financiën,
M.L.A. van Rij