31 066 Belastingdienst

Nr. 1097 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 juni 2022

Tijdens de stemmingen op 17 mei jl. (Handelingen II 2021/22, nr. 80, item 7) verzocht uw Kamer mij een toelichting te geven op de aangenomen moties ingediend tijdens het tweeminutendebat over de ministeriële regeling Inspectie Belastingen Toeslagen en Douane (IBTD) (Handelingen II 2021/22, nr. 77, item 32). Uw Kamer heeft eveneens verzocht geïnformeerd te worden over het verdere proces rondom de ministeriële regeling. In deze brief ga ik in op deze verzoeken.

De gewijzigde motie van het lid Van der Lee c.s. (Kamerstuk 31 066, nr. 1018) verzoekt om de mogelijkheid te geven aan de IBTD om naar aanleiding van individuele meldingen onderzoek te starten. Deze mogelijkheid heeft de IBTD. De IBTD zal individuele meldingen gebruiken om structurele knelpunten te signaleren en te onderzoeken.

De motie van het lid Eerdmans c.s. verzoekt om ook voor de domeinen toeslagen en douane een wettelijke basis te creëren voor ontheffing van de geldende geheimhoudingsplicht (Kamerstuk 31 066, nr. 1010). Het voornemen is om dit in het Belastingplan 2023 op te nemen zodat per 1 januari 2023 de benodigde wettelijke basis bestaat. Zoals in de beantwoording van het schriftelijk overleg over de conceptregeling vermeld (Kamerstuk 31 066, nr. 973), is artikel 8 en de bijbehorende toelichting van de regeling op dit punt aangevuld. Aan artikel 8, waarin de verplichting tot medewerking en informatieverstrekking is neergelegd, is een tweede lid toegevoegd dat uitdrukkelijk bepaalt dat de te verstrekken informatie, voordat deze met de IBTD wordt gedeeld, moet worden ontdaan van informatie waarop een voor de betrokken dienst geldende geheimhoudingsplicht rust. Voor eventuele onderzoeken waarin de IBTD dergelijke informatie toch nodig heeft, kan ik op het domein belastingen1 een ontheffing verlenen van de voor dat domein geldende geheimhoudingsplicht. Voor de domeinen toeslagen en douane is een dergelijke mogelijkheid er nog niet en zal een formeel wettelijke basis worden gecreëerd om in die gevallen verstrekking van gegevens aan de IBTD mogelijk te maken.

Twee moties zien meer algemeen op de verhouding tussen inspecties en ministeries. De motie van het lid Eerdmans c.s. verzoekt de regering om een inspecteur-generaal vrij te stellen van toestemming van een bewindspersoon voor een uitnodiging van de Kamer (Kamerstuk 31 066, nr. 1009). Dit is voor de inspecteur-generaal van de IBTD opgenomen in de ministeriële regeling. Daarbij is opgenomen dat hij niet alleen feitelijke informatie kan verstrekken, maar ook zijn oordelen op basis van onderzoeken van de IBTD kan bespreken. De motie van het lid Romke de Jong betreft de autonome bevoegdheid voor specifieke rijksinspecties om rapporten uit eigen naam naar de Kamer te sturen (Kamerstuk 31 066, nr. 1014). Deze beide moties worden door de Minister van BZK betrokken bij de uitwerking van de wet op de Rijksinspecties.

De motie van het lid Van der Lee c.s. gaat over wettelijke verankering van de formeel onafhankelijke positie van de IBTD (Kamerstuk 31 066, nr. 1013). De Minister van BZK werkt aan een wet op de Rijksinspecties om de onafhankelijke positie van de IBTD en andere inspecties wettelijk te borgen. Deze borging vind dus plaats in een breder kader. In een later stadium van de voorbereiding van dit wetsvoorstel wordt u nader geïnformeerd hoe dat er uit gaat zien.

Voor de overzichtelijkheid zijn de moties en de (geplande) opvolging opgenomen.

Motie

Opvolging

Motie van het lid Eerdmans c.s. over de mogelijkheid om een inspecteur-generaal uit te nodigen zonder toestemming van een bewindspersoon

Voor wat betreft de inspecteur-generaal van de IBTD is dit geregeld in de ministeriële regeling. Deze motie zal tevens door de Minister van BZK worden betrokken bij de uitwerking van de wet op de Rijksinspecties.

   

Motie van het lid Eerdmans c.s. over ook voor de domeinen toeslagen en douane een wettelijke basis creëren voor ontheffing van de geldende geheimhoudingsplicht

Dit zal zo spoedig mogelijk worden uitgewerkt in de wet.

   

Motie van het lid Van der Lee c.s. over wettelijke verankering van de formeel onafhankelijke positie van de IBTD

Deze borging vind plaats in het bredere kader van de wet op de rijksinspecties.

   

Motie van het lid Romke de Jong over de autonome bevoegdheid voor specifieke rijksinspecties om rapporten uit eigen naam naar de Kamer te sturen

Deze motie zal door de Minister van BZK worden betrokken bij de uitwerking van de wet op de Rijksinspecties.

   

Gewijzigde motie van het lid Van der Lee c.s. over de mogelijkheid voor de IBTD om onderzoek te starten naar aanleiding van individuele meldingen.

Deze mogelijkheid heeft de IBTD. De inspectie zal individuele meldingen gebruiken om structurele knelpunten te signaleren en te onderzoeken

Daarnaast heb ik tijdens het tweeminutendebat met uw Kamer gesproken over sanctionerende bevoegdheden en over de mogelijkheden tot interveniëren anders dan sancties in de traditionele zin van het woord. De IBTD zal experimenteren met verschillende vormen van interventies. Denk bijvoorbeeld aan discussiestukken, studies of bijeenkomsten, workshops, podcasts of interviews. De IBTD wil ook een vaste systematiek opzetten om periodiek de voortgang van verbeteringen op de onderzochte thema’s te monitoren, om de effecten te volgen. Dit kan leiden tot openbare beoordelingen van de opvolging van de aanbevelingen van de IBTD. De komende jaren zal de IBTD al doende leren welke interventies het meeste effect sorteren.

De Regeling taakuitoefening en bevoegdheden IBTD, die u ter informatie aantreft, wordt gepubliceerd in de Staatscourant en zal terugwerken tot 1 januari 2022. Naast de eerdergenoemde aanvulling wat betreft de geheimhoudingsplicht, is, ten opzichte van het concept dat eerder met uw Kamer is gedeeld, de tekst over de wederhoorprocedure aangepast. In de toelichting is naar aanleiding van het schriftelijk overleg verduidelijkt dat in de wederhoortabel, die als bijlage bij het rapport wordt opgenomen, wordt weergegeven welke aanpassingen naar aanleiding van de wederhoorprocedure in het rapport zijn gedaan.

De Minister van Financiën, S.A.M. Kaag


X Noot
1

Inclusief accijnzen en belastingen die in het binnenland worden geheven, op basis van de Wet op de accijnzen en de Wet verbruiksbelasting op alcoholvrije dranken.

Naar boven