31 016 Ziekenhuiszorg

Nr. 114 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 31 oktober 2018

Dinsdagavond 30 oktober heeft u mij gevraagd u een reactie toe te sturen op het factsheet van het Zilveren Kruis over het faillissement MC Slotervaart en MC IJselmeerziekenhuizen. Bij deze voldoe ik aan dat verzoek.

Voordat ik inhoudelijk op het factsheet reageer, eerst het volgende. Een concept van dit factsheet heeft VWS dinsdagmiddag tijdens het vragenuur bereikt. De definitieve versie van deze notitie is per mail rond half zeven in de avond binnengekomen bij VWS.

Dan de inhoud van het factsheet. Deze inhoud kent voor mij in essentie geen nieuwe feiten. Ik verwijs daarvoor ook naar mijn brieven van 23 en 25 oktober (Kamerstuk 31 016, nrs. 110 en 112) en naar mijn feitenrelaas in de brief van 30 oktober (Kamerstuk 31 016, nr. 113).

Wat betreft de aanleiding en achtergrond van het faillissement het volgende. Ik heb in mijn brief van 30 oktober aangegeven dat, ook mij, eerder bekend was dat de ziekenhuizen er financieel niet rooskleurig voorstonden. Ook heb ik in het vragenuur aangegeven dat er problemen met de kwaliteit waren en dat die hebben bijgedragen aan het faillissement (Handelingen II 2018/19, nr. 16, mondelinge vragen van het lid Agema over het faillissement van de IJsselmeerziekenhuizen en het Slotervaart ziekenhuis). In het interview in de NRC zegt het Zilveren Kruis op de vraag wat dan wel de reden voor het faillissement was ook dat de ziekenhuizen al jaren kampen met financiële problemen, een dalende omzet en patiënten die naar andere ziekenhuizen in de regio gingen. Er was volgens het Zilveren Kruis sprake van achterstallig onderhoud en de inzet van steeds meer tijdelijk personeel. De kwaliteit stond onder druk. In het factsheet haalt Zilveren Kruis ook aan dat het niet langer kunnen garanderen van de kwaliteit, veiligheid en continuïteit van zorg heeft bijgedragen aan het feit dat de surseance van betaling en het faillissement elkaar zo snel opvolgden. De verslagen van het onderzoek dat de curatoren zullen instellen naar het faillissement, zullen naar ik verwacht meer duidelijk maken over de precieze oorzaken van het faillissement.

In de factsheet van Zilveren Kruis wordt ook gerefereerd aan het al dan niet beschikbaar zijn van een noodplan voor de gefailleerde ziekenhuizen. Daarover nog het volgende. De NZa ziet erop toe hoe zorgverzekeraars borgen dat patiënten tijdig de juiste zorg krijgen als een zorginstelling de zorg niet kan continueren.

De NZa heeft met Zilveren Kruis enkele dagen voorafgaand aan het aanvragen van de surséance van betaling gesproken over de wijze waarop Zilveren Kruis dacht te kunnen voldoen aan haar zorgplicht op het moment dat sprake zou zijn van een faillissement van het Slotervaart en de IJsselmeerziekenhuizen. Zilveren Kruis heeft aan de NZa ook verschillende analyses overlegd, waaruit blijkt hoe de zorgvraag opgevangen kan worden door andere ziekenhuizen in de regio. Deze analyses bevatten op dat moment niet de feitelijke weergave van de mogelijkheden om zorg in de regio op te vangen, omdat Zilveren Kruis, vanwege de vertrouwelijkheid van de financiële situatie van beide ziekenhuizen, zich nog niet vrij voelde om na te gaan bij omringende ziekenhuizen wat de actuele overcapaciteit (klinisch en poliklinisch) was.

Tot slot. Ik benadruk nogmaals dat het faillissement van deze ziekenhuizen een slechte zaak is. Voor de patiënten, voor de zorgverleners, voor de betreffende regio’s en voor de zorg als geheel. Het is zuur voor alle betrokkenen. Ik voel mij verantwoordelijk voor de continuïteit van zorg en ik zie dat velen er hard aan werken om dat ook te realiseren. Ook dat blijkt uit het factsheet van Zilveren Kruis. Ik zie het als mijn taak er op te letten dat iedereen zijn verantwoordelijkheid ook neemt en waar dat niet gebeurt zal ik doen wat nodig is.

De Minister voor Medische Zorg, B.J. Bruins

Naar boven