31 015 Kindermishandeling

Nr. 69 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT EN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 november 2011

Hierbij bieden wij u, mede namens de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, het Actieplan aanpak kindermishandeling «Kinderen Veilig» 2012–2016 aan.1 Dit actieplan volgt een toezegging aan Uw Kamer voor het einde van het jaar met een nieuw actieplan aanpak kindermishandeling te komen (TK, 2011–2012, 31 015, nr. 66). «Kinderen Veilig» is het vervolg op het eerdere Actieplan «Kinderen Veilig Thuis».

Met het actieplan geven wij tegelijkertijd gehoor aan uw verzoek om een reactie op de brief van de Kinderombudsman. Zoals u weet, staat een daadkrachtige aanpak van kindermishandeling hoog op de agenda van het kabinet. Wij delen met de Kinderombudsman het gevoel van urgentie die hij in zijn brief benadrukt. Het nieuwe actieplan onderschrijft dit. Wij bespreken het actieplan graag tijdens het Algemeen Overleg Kindermishandeling dat gepland staat voor 15 december aanstaande.

In de afgelopen jaren is vanuit het actieplan «Kinderen Veilig Thuis» door de overheden en de professionals in het veld hard gewerkt aan een structurele aanpak van kindermishandeling. Met resultaat. Er is grote vooruitgang geboekt met de implementatie van de regionale aanpak van kindermishandeling en stevig ingezet op het signaleren van mishandeling. Veel professionals, en ook burgers, weten kindermishandeling beter te herkennen en wat zij vervolgens aan acties kunnen ondernemen. Dit heeft ertoe geleid dat de professionals en burgers de weg naar het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) beter weten te vinden. En die lijn moet zich voortzetten. Hoe meer meldingen bij het AMK, des te zichtbaarder de problematiek, en des te krachtiger we de gevolgen van kindermishandeling kunnen terugdringen.

De toegenomen aandacht voor kindermishandeling in de afgelopen jaren heeft geleid tot een toename in het aantal meldingen, maar nog niet tot een merkbare daling in het aantal slachtoffers. Dit is de conclusie van de Tweede Nationale Prevalentiestudie Mishandeling van Kinderen en Jeugdigen. Dit onderzoek is 30 september jl. aan uw Kamer aangeboden (TK, 2011–2012, 31 015, nr. 67). Ook de Kinderombudsman besteedt hier in zijn rapport veel aandacht aan. Er werden in Nederland in 2010 naar schatting 119 000 kinderen mishandeld; 34 op de 1000 kinderen. Dit zijn er natuurlijk veel te veel. Dit aantal moet omlaag door meer aandacht te besteden aan preventie.

Het voorliggende actieplan is, net als in «Kinderen Veilig Thuis», gericht op het voorkomen, signaleren, stoppen en beperken van de schadelijke gevolgen van kindermishandeling. Hierbinnen hebben we een drietal accenten gelegd. We verleggen de eerdere nadruk op signaleren naar preventie en zetten hierbij in op het verstevigen van opvoedondersteuning zowel in algemene zin als gericht op gezinnen waar een verhoogd risico op kindermishandeling bestaat. We gaan gemeenten en opvoedondersteuners gericht ondersteunen bij hun groeiende rol op dit terrein. Hiernaast gaan we veelbelovende initiatieven in de aanpak van kindermishandeling, zoals de multidisciplinaire aanpak, met kennis en expertise ondersteunen en volgen. Tot slot gaan we fysieke mishandeling en seksueel geweld daadkrachtig aanpakken. Verschillende onderzoeken geven de urgentie hiertoe aan.

Een andere belangrijke vernieuwing in «Kinderen Veilig» is dat we de aanpak van kindermishandeling plaatsen binnen het bredere kader van geweld in afhankelijkheidsrelaties. Dit bredere kader bestaat uit drie pijlers:

  • 1. Het versterken van de positie van (potentiële) slachtoffers via preventie, signaleren en waar nodig bieden van opvang en nazorg;

  • 2. Het gericht opsporen en aanpakken van de daders;

  • 3. Het doorbreken van de intergenerationele overdracht van geweld.

Voor dit actieplan hebben we met veel professionals gesproken. Veel goede ideeën uit het veld zijn in het plan opgenomen. Zo is het actieplan stevig geworteld in de praktijk. Dit is belangrijk. Want voor een effectieve, krachtige aanpak van kindermishandeling is de betrokkenheid en de inzet van alle partijen en professionals onmisbaar en noodzakelijk. De inzet van een ieder is onontbeerlijk om kindermishandeling een halt toe te roepen!

De staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

M. L. L. E. Veldhuijzen van Zanten-Hyllner

De minister van Veiligheid en Justitie,

I. W. Opstelten


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven