30 985 Beleidsdoorlichting Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Nr. 21 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 16 september 2016

In het kader van de Regeling Periodiek Evaluatieonderzoek 20141 van het Ministerie van Financiën wordt het beleid dat onder de beleidsartikelen in de begroting valt periodiek geëvalueerd. Mijn departement licht in 2017 Artikel 6.4 «Burgerschap» van hoofdstuk VII van de Rijksbegroting door. Met deze brief geef ik uitvoering aan de motie Harbers2, waarin is opgenomen dat uw Kamer vooraf bij de opzet en vraagstelling van een beleidsdoorlichting wordt betrokken.

De vorige beleidsdoorlichting ten aanzien van dit beleidsonderwerp is in mei 2012 naar de Kamer gestuurd (Kamerstuk 30 985, nr. 7). Het betrof een onderzoek naar doelmatigheid en doeltreffendheid van het toenmalige artikel 31.2 van hoofdstuk VII van de Rijksbegroting over de periode 2007–2011. Het Huis voor Democratie en Rechtsstaat en het bevorderen van burgerparticipatie zijn onderwerpen die onder dit artikel vielen. Deze onderwerpen worden wederom doorgelicht in de beleidsdoorlichting van Artikel 6.4.

De beleidsdoorlichting van Artikel 6.4 «Burgerschap» zal uiterlijk eind 2017 naar de Kamer worden gestuurd en beslaat de periode 2012 tot en met 2016. Het Artikel omvat 3 onderdelen: burgerschap, stichting Comité 4/5 mei en stichting Prodemos.

Het eerste onderdeel, burgerschap, heeft invulling gekregen in de «doe-democatie». Deze is gericht op activiteiten die de deelname van burgers aan maatschappelijke activiteiten stimuleren. De versnellingsagenda van de doe-democratie omvatte de initiatieven van het kabinet op twee fronten: (1) het in positie brengen van burgers en bedrijven en (2) het vergroten van het aansluitingsvermogen van de overheid. Op deze twee fronten zijn de activiteiten uitgevoerd. Voorbeelden hiervan zijn:

  • het initiatief Kracht in Nederland, dat de sociaal-economische vernieuwing zichtbaar maakt en het proces van de doe-democratie versnelt door de spelers in het veld met elkaar te verbinden;

  • het organiseren van leerkringen om ervaringen uit te wisselen, zodat de overheid beter kan inspelen op ideeën en denkkracht van inwoners;

  • kennisontwikkeling, die zich richt op het borgen van bestaande kennis, het identificeren van ontbrekende kennis en het verbinden van kennis met de huidige en toekomstige praktijk.

Het tweede onderdeel is een subsidiëring aan de stichting Comité 4/5 mei. Deze middelen worden aangewend voor herdenkingen en vieringen die het comité organiseert en voor de uitvoering van educatie- en erfgoedprojecten.

Het derde onderdeel omvat een subsidiëring aan de stichting ProDemos. Deze middelen worden ingezet om de kennis en het debat over democratie en burgerschap te bevorderen.

Aan deze drie onderdelen van Artikel 6.4 is in de periode van 2012–2016 een bedrag van € 27,648 miljoen besteed. De bedragen in de tabel zijn gebaseerd op de gerealiseerde bedragen in de jaarverslagen 2012 tot en met 2015 en de begrootte bedragen voor 2016 tot en met 2020.

Jaar

2012

2013

2014

2015

2016

2017

2018

2019

2020

Budget Artikel 6.4

(x 1000)

5136

6324

5813

5581

4794

4794

4794

4794

4794

De hoofdvraag van de doorlichting is of de ingezette middelen doeltreffend en doelmatig zijn ingezet en of de beleidsdoelstellingen zijn behaald. Ik zal de omvangrijke activiteiten en initiatieven die vanuit het onderdeel burgerschap zijn gesteund en de onderdelen stichting Comité 4/5 mei en stichting ProDemos meenemen in de beleidsdoorlichting. Het aantal initiatieven waaraan in het kader van het onderdeel burgerschap middelen zijn besteed, is dermate groot dat de keuze is gemaakt een selectie van de activiteiten en initiatieven te selecteren waaraan de meeste financiële middelen zijn uitgegeven.

Over de opzet van de beleidsdoorlichting kan ik uw Kamer het volgende meedelen. In de beleidsdoorlichting worden de vragen behandeld, zoals opgenomen in de Regeling Periodiek Evaluatieonderzoek 20143. De vraag over de 20% besparingsvariant(en) zal worden gebaseerd op bovenstaande budgettaire reeks. Van de drie onderwerpen die het Artikel omvat, te weten burgerschap, stichting Comité 4/5 mei en stichting Prodemos, vinden momenteel evaluaties plaats, waarbij de doeltreffendheid en de doelmatigheid van het beleid worden getoetst. Op basis van deze evaluaties zal de beleidsdoorlichting plaatsvinden en zullen de vragen worden beantwoord. De onderzoeksmethodiek van deze evaluaties omvat documentanalyses en interviews met beleidsontwikkelaars en -uitvoerders.

In november 2016 zijn deze evaluaties afgerond. Begin 2017 zal de beleidsdoorlichting starten, waarbij de doeltreffendheid en doelmatigheid van het gevoerde beleid worden getoetst.

Prof. dr. Wim Voermans, hoogleraar staats- en bestuursrecht bij de Universiteit Leiden, is als deskundige betrokken bij de opzet en inhoud van de doorlichting. Zijn onafhankelijke oordeel is onderdeel van de beleidsdoorlichting die naar verwachting eind 2017 aan uw Kamer wordt aangeboden.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk

Naar boven