Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 5 april 2022
Bij deze bied ik uw Kamer de rapportage van RWS betreffende de monitoring van drankverpakkingen
in het zwerfafval aan1. Met deze monitor worden ieder half jaar de ontwikkelingen van blikjes en kleine
plastic flessen in het zwerfafval in kaart gebracht. Bij de start van deze monitor
in 2018, is ervoor gekozen om de periode 2016/2017 als nulmeting te nemen. De bijgevoegde
rapportage betreft de tweede helft van 2021 en bevat daarmee de eerste monitoringresultaten
na het invoeren van statiegeld op kleine plastic flessen.
Resultaten
Uit de zwerfafvalmonitor blijkt dat het gemiddeld aantal kleine plastic flessen (<1
liter) in het zwerfafval na de invoering van statiegeld is afgenomen. In de tweede
helft van 2021 werden 41% minder kleine flessen geteld ten opzichte van de tweede
helft van 2020. Ik ben blij met deze verbetering, die laat zien dat de invoering van
het statiegeldsysteem reeds vruchten afwerpt en dat het aantal kleine plastic flessen
in het zwerfafval afneemt. De verwachting is dat deze trend zich in de volgende monitoringperiode
verder door zal zetten2.
Voor blikjes blijkt uit de zwerfafvalmonitor dat in 2021 het aantal blikjes gestegen
is: het aantal blikjes is 21% hoger dan in de jaren 2016/2017. Dit sterkt mij in de
overtuiging dat het goed is dat er statiegeld op blik komt per 31 december 2022, om
de hoeveelheid blikjes in het zwerfafval terug te dringen.
Verbreding monitoring
Nu de invoering van statiegeld op kleine plastic flessen en blikjes en de implementatie
van de Europese wegwerpplastics richtlijn3 afgerond zijn, is het goed de aandacht in de monitoring te verbreden naar alle vormen
van zwerfafval. Het is de verwachting dat er met de genoemde maatregelen de komende
jaren verschuivingen zullen plaats vinden in de hoeveelheid en samenstelling van het
zwerfafval. Het is van belang deze ontwikkelingen te volgen en in kaart te brengen.
Ook zijn deze cijfers over de samenstelling van het zwerfafval noodzakelijk voor het
vaststellen van de bijdragen die producenten vanaf 2023 gaan betalen voor het opruimen
van het zwerfafval, in het kader van de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid
voor zwerfafval die wordt ingevoerd als onderdeel van de wegwerpplastics maatregelen4. Ik blijf uw Kamer halfjaarlijks informeren over de ontwikkelingen van kleine plastic
flessen en blikjes in het zwerfafval, maar zal aanvullend hierop eens per jaar ook
de bredere monitoringresultaten van het zwerfafval meesturen. De monitoringsrapportage
van al het zwerfafval voor het jaar 2021 is als bijlage bij deze brief gevoegd5.
Campagne zwerfafval
Met de invoering van statiegeld en de regelgeving voor wegwerpplastics worden belangrijke
stappen gezet in het terugdringen van de hoeveelheid zwerfafval in het milieu. De
aanpak van zwerfafval vraagt echter niet alleen veranderingen in de regelgeving, maar
ook in het gedrag van mensen, bedrijven en organisaties. In 2020 heeft mijn voorganger
daartoe aan u toegezegd een zwerfafvalcampagne te starten. Door de voorrang die communicatie
over de coronapandemie kreeg in de overheidscommunicatie, is deze campagne destijds
uitgesteld. De verwachting is dat deze rond de zomer gelanceerd kan worden. De campagne
richt zich op actieve deelname van de burger. De campagne zal in ieder geval uitgevoerd
worden door het Rijk. Daarnaast worden lokale overheden, bedrijven en andere partijen
benaderd om deze boodschap te versterken en wordt hen een kosteloze communicatietoolkit
aangeboden. Verwacht wordt dat deze campagne een positieve bijdrage zal leveren aan
het verder terugdringen van het zwerfafval in Nederland.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
V.L.W.A. Heijnen