30 825 Ecologische hoofdstructuur

Nr. 179 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 juni 2012

In het Wetgevingsoverleg Natuur van 8 november 2010 (Tweede Kamer, vergaderjaar 2010–2011, 32 500 XIII, nr. 68) heb ik u toegezegd te komen met een grondnota. In mijn brief van 1 juni 2011 (Tweede Kamer, vergaderjaar 2010–2011, 29 659, nr. 69) heb ik u geïnformeerd over de verkoop van gronden van Bureau Beheer Landbouwgronden (BBL) en van gronden buiten de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) van Staatsbosbeheer.

Voor deze rijksopgave zijn respectievelijk gronden uit het BBL bezit gereserveerd en worden Staatsbosbeheer gronden buiten de EHS verkocht. Onderhavige nota zal hier nader op ingaan.

Daarnaast is er op 20 september 2011 met de provincies overeenstemming bereikt over de decentralisatie van het natuurbeleid. In het decentralisatieakkoord natuur zijn afspraken gemaakt over een verwervingsopgave/functieverandering van 17 000 hectare en voor een inrichtingsopgave van 40 000 hectare. In de uitvoeringsafspraken bij het decentralisatieakkoord natuur zijn nadere afspraken gemaakt over de inzet van het grond-voor-grond-principe om deze opgaves te realiseren.

De provincies zijn verantwoordelijk voor het afronden van de herijkte EHS middels het grond-voor-grond-principe. De provincies hebben dan ook de regie over de inzet van beschikbare gronden van BBL ten behoeve van de herijkte EHS.

Gezien de demissionaire status van het kabinet beperk ik mij in deze brief tot de concrete uitvoering van de genoemde verkooptaakstellingen BBL (2011–2015) en Staatsbosbeheer (2013–2017). Ook ga ik in op het beleid ten aanzien van de doorlevering van grond aan eindbeheerders dat is aangepast aan marktwerking en gelijkberechtiging. Tenslotte ga ik in op de feitelijke grondposities «Recreatie om de Stad»(RODS) en Oostvaarderswold.

Naast deze onderwerpen heeft uw Kamer ook gevraagd naar nadere informatie over de nadere duiding en werkwijze van de grond-voor-grondafspraken bij het decentralisatie akkoord natuur. De grond-voor-grond-afspraken worden komende tijd samen met de provincies nader uitgewerkt.

Tenslotte heb ik met uw Kamer ook herhaaldelijk gesproken over de Staatsbosbeheergronden binnen de EHS, waaronder de waterwingebieden. Eventuele standpuntvorming over dit onderwerp laat ik over aan het nieuwe kabinet.

Bureau Beheer Landbouwgronden (BBL)

Verkooptaakstelling gronden uit de BBL-voorraad

Voor de realisatie van de financiële taakstelling van 115 miljoen euro (2011–2015) wordt (landbouw)grond uit de voorraad van BBL verkocht. Dit vindt plaats uit de BBL-gronden, waarvan de verwerving is gefinancierd door het Rijk (de zogenaamde ILG-oud gronden). De taakstelling van BBL betreft de verkoop van BBL-gronden conform het volgende ritme:

2011

2012

2013

2014

2015

15 miljoen

20 miljoen

25 miljoen

30 miljoen

25 miljoen

In 2011 zijn de eerste inkomsten ad 15 miljoen euro uit de verkoop van BBL-gronden gerealiseerd. Hiertoe is 385 hectare verkocht.

Uitgangspunten bij verkoop

Voor de verkoop gelden de volgende uitgangspunten:

  • De verkoop mag niet de tussen het Rijk en de provincies afgesproken ontwikkelopgave beïnvloeden. De verkoop vindt niet plaats uit de 6000 hectare BBL oud-gronden die volgens het decentralisatieakkoord tot 2016 ter beschikking worden gesteld aan de provincies en ook niet uit de resterende 8000 hectare BBL oud-gronden.

  • De verkoop van gronden zal voor de jaren 2012–2015 na overleg met de provincies plaatsvinden. Gronden die de provincies nodig hebben voor realisatie van de herijkte EHS zullen niet worden verkocht ten behoeve van het behalen van de realisatie van de financiële taakstelling

  • Gronden die op korte termijn nodig zijn voor de realisatie van overheidsprojecten (bijvoorbeeld wegtracés, waterveiligheid) zullen eerst ter verkoop worden aangeboden aan de betreffende overheid.

  • De gronden zullen gedoseerd op de markt worden gebracht; er zal geen sprake zijn van dumping.

  • De gronden worden openbaar verkocht, er wordt geen voorkeur gehanteerd bij de verkoop. De kopers van de gronden kunnen ondermeer boeren en particulieren zijn.

Staatsbosbeheer

Financiële taakstelling Staatsbosbeheer

Voor de realisatie van de financiële taakstelling van 100 miljoen euro (2013–2017) wordt (natuur)grond buiten de Ecologische Hoofdstructuur verkocht. Dit past binnen de doelstelling om particulieren meer ruimte te geven om natuur te beheren. De taakstelling van Staatsbosbeheer betreft het volgende ritme:

2013

2014

2015

2016

2017

10 miljoen

10 miljoen

20 miljoen

30 miljoen

30 miljoen

Uitgangspunten bij verkoop

Staatsbosbeheer hanteert bij verkoop van haar gronden de volgende uitgangspunten:

  • De gronden worden openbaar verkocht, er wordt geen voorkeur gehanteerd bij de verkoop. De kopers van de gronden kunnen ondermeer boeren en particulieren zijn.

  • Ik ga er vanuit dat deze gronden in het algemeen natuur blijven, conform de bestemmingsplannen. Er rust geen rijksdoel op. De bestemming is de verantwoordelijkheid van de gemeenten/provincies.

  • Gronden die op korte termijn nodig zijn voor de realisatie van overheidsprojecten (bijvoorbeeld wegtracés, waterveiligheid) zullen eerst door Staatsbosbeheer ter verkoop worden aangeboden aan de betreffende overheid.

  • De Minister van Financiën doet bij verkoop een prijstoets. Met het oog op de hoeveelheid te verkopen percelen wordt bezien of de procedure rond de prijstoets kan worden vereenvoudigd.

  • Staatsbosbeheer hanteert voor het samenstellen van verkooppakketten enkele algemene criteria:

    • o Het verdienvermogen van Staatsbosbeheer wordt in stand gehouden. Staatsbosbeheer moet niet blijven zitten met alleen de duur te beheren gronden;

    • o Er wordt geen korte-termijn-winst nagestreefd;

    • o De beheerbaarheid van de resterende terreinen wordt niet aangetast.

De manier van verkoop

De verkoop van BBL-gronden wordt uitgevoerd door Dienst Landelijk Gebied (DLG/BBL) als organisatie met grote expertise inzake de grondmarkt in het landelijk gebied.

Verkoop vindt plaats op basis van openbare verkoop c.q. openbare inschrijving in een regionale setting. Europese regelgeving inzake staatssteun worden uiteraard gevolgd.

De verkopen vinden gedoseerd plaats; er wordt geen grond gedumpt. Om speculatie te voorkomen zullen de te verkopen gronden niet nu al voor de periode tot en met 2015 vooraf worden aangewezen. Indien daar aanleiding toe bestaat zal een meerwaardeclausule worden opgenomen.

Afhankelijk van de verkoopprijs wordt naar schatting 3000 à 3500 hectare BBL-grond verkocht.

Om de totale meerjarige financiële taakstelling voor BBL-gronden te halen wordt met het Groenfonds verkend of via een voorfinancieringsconstructie door geïnteresseerde particuliere investeerders het benodigde bedrag kan worden opgebracht. De voordelen van een dergelijke constructie zijn tweeledig. Enerzijds biedt een voorfinancieringsconstructie de zekerheid dat de financiële taakstelling komende jaren wordt gehaald. Anderzijds kan een dergelijke constructie er toe bijdragen dat de grondprijzen niet worden beïnvloed.

Over de precieze manier van verkoop van Staatsbosbeheer-gronden vindt overleg plaats tussen Staatsbosbeheer en DLG. Hierover zullen afspraken worden gemaakt. Op dit moment wordt gedacht aan enkele regionale pilots om de marktvraag voor dit soort objecten te verkennen. Daarbij zullen de te verkopen objecten openbaar op de markt worden gezet. De daarmee opgedane ervaringen worden ingezet bij de uitwerking van het grond-voor-grond-principe door de provincies.

Ook voor de Staatsbosbeheergronden geldt dat de verkoop plaats vindt op basis van openbare verkoop c.q. openbare inschrijving in een regionale setting. Europese regelgeving inzake staatssteun worden gevolgd.

Nieuwe grondaankopen EHS en doorlevering

In de Verklaring van Linschoten, ondertekend door de Federatie Particulier Grondbezit, Stichting Beheer Natuur en Landelijk Gebied, Natuurlijk Platteland Nederland, Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer, de 12 Landschappen en het Groenfonds is ondermeer afgesproken, dat particulieren gelijke mogelijkheden krijgen om natuur te beheren als TBO’s.1 Het Rijk gaat bij de realisatie van het natuurbeleid uit van gelijkberechtiging van alle natuurbeheerders en van marktwerking. Dit heeft tot gevolg dat gronden alleen conform EU staatssteunkaders aan particuliere TBO’s en Staatsbosbeheer worden doorgeleverd door het Rijk of in opdracht van het Rijk door BBL. TBO’s, Staatsbosbeheer en particulieren krijgen dezelfde mogelijkheden om natuur te beheren.

Dat betekent dat in de toekomst de huidige wijze van doorlevering door het Rijk – ook aan Staatsbosbeheer – niet meer plaats vindt. In plaats daarvan zullen Rijksgronden door BBL altijd openbaar worden verkocht. Zowel TBO’s, Staatsbosbeheer als particulieren, evenals andere potentiële kopers zoals boeren, kunnen bieden op deze gronden. De Regeling subsidies particuliere terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties (PNB-regeling), waarmee particuliere TBO’s subsidie konden krijgen voor het pachtvrij maken en de aankoop van grond, is daarnaast stopgezet. In de plaats hiervan heeft het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie de Modelsubsidieregeling grondaankopen EHS (hierna: Modelsubsidieregeling) opgesteld, die voor iedereen openstaat. Van deze regeling kunnen dus zowel TBO’s (inclusief Staatsbosbeheer) als particulieren gebruik maken en subsidie (tot maximaal de taxatiewaarde) aanvragen ten behoeve van grondaankopen voor natuur. De Modelsubsidieregeling is door het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie gemeld bij de Europese Commissie en is goedgekeurd.

De provincies heroverwegen momenteel evenals het Rijk de doorlevering van grond aan natuurbeheerders. Alle provincies hebben de provinciale PNB-regelingen inmiddels ingetrokken of zullen dit op korte termijn doen. Er worden daarnaast door verschillende provincies voorbereidingen getroffen om de door de Europese Commissie goedgekeurde Subsidieregeling vast te stellen. In hoeverre de provincies de goedgekeurde Subsidieregeling in gebruik zullen nemen hangt mede af van de wijze waarop de provincies de resterende middelen voor de realisatie van de herijkte EHS willen inzetten. Uiteraard zullen de provincies bij de keuze voor de instrumenten om de restopgave te realiseren de Europese staatssteunregels naleven.

Grondposities RODS en OVW

Uw Kamer heeft mij gevraagd naar de grondposities met betrekking tot de beleidscategorie «recreatie om de stad» (RODS). In het decentralisatieakkoord natuur is opgenomen dat maximaal 1200 hectare van de 14 000 hectare BBL-ruilgronden mogen worden aangewend voor de afronding van RODS. RODS komt alleen voor in Noord- en Zuid-Holland, Utrecht en Gelderland.

Tenslotte heeft uw Kamer mij gevraagd naar de grondposities die betrekking hebben op het Oostvaarderswold. Het oorspronkelijke plangebied Oostvaarderswold besloeg 1850 hectare. Met Staatsbosbeheer en Rijkswaterstaat zijn afspraken gemaakt over natuurcompensatie van totaal 365,6 hectare. Momenteel is 3 hectare in het oorspronkelijke plangebied in bezit bij BBL, 171,5 hectare (waarvan 54 hectare reeds is ingericht) bij Staatsbosbeheer, 450 hectare bij Stichting Flevolandschap en 272 hectare bij het Rijksvastgoed en Ontwikkelingsbedrijf. Van de 1850 hectare plangebied was 1434 hectare begrensd als EHS. Met de vernietiging van het Provinciaal Inpassingsplan door de Raad van State is deze EHS-begrenzing vervallen.

De staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, H. Bleker


X Noot
1

De Verklaring van Linschoten is op 12 juni 2009 door de voormalige Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangeboden aan de Kamer (Tweede Kamer, vergaderjaar 2008–2009, 30 825, nr. 31).

Naar boven