30 601
Wijziging van de Waterschapswet en de Wet verontreiniging oppervlaktewateren in verband met de modernisering en vereenvoudiging van de bestuurlijke structuur en de financieringsstructuur van waterschappen (Wet modernisering waterschapsbestel)

nr. 8
AMENDEMENT VAN HET LID VAN DER STAAIJ

Ontvangen 27 september 2006

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel I, onderdeel F, wordt aan punt 1 toegevoegd:

Aan dit lid wordt een volzin toegevoegd, luidende: Het vereiste van ingezetenschap geldt niet voor de vertegenwoordigers van de categorie belanghebbenden, bedoeld in artikel 12, tweede lid, onderdeel c.

Toelichting

Het belang van betrokkenheid van de bestuurders van een waterschap bij dat desbetreffende waterschap is evident. In de wijziging van de Waterschapswet wordt deze betrokkenheid mede gewaarborgd door de eis dat een bestuurder ingezetene is. Daarnaast bestaat in dat verband, voor wat betreft de specifieke categorieën, de eis van eigendom, bezit of beperkt recht binnen dat waterschap om een bestuurslid te mogen voordragen.

De eerstgenoemde eis stelt beheerders van natuurterreinen voor problemen. Het zal immers met regelmaat voorkomen dat hetzij de rechthebbende een natuurlijk persoon is die geen ingezetene is, hetzij een rechtspersoon is die een medewerker als bestuurslid wil afvaardigen die geen ingezetene is. Dit amendement maakt het daarom mogelijk om in het geval van de specifieke categorie natuurterreineigenaren de eerste eis van ingezetene-zijn te laten vervallen. De betrokkenheid wordt afdoende gewaarborgd door het feit dat de desbetreffende natuurterreinen in het betreffende waterschap zijn gelegen.

Van der Staaij