nr. 25
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 6 september 2007
Op 16 oktober 2006 heeft het wetgevingsoverleg met uw Kamer plaatsgevonden
over de Wet modernisering waterschapsbestel (Kamerstuk 30 601, nr. 24).
Daarbij is door mevrouw Gerkens (SP) aan minister Peijs gevraagd om aan te
geven op welke wijze zij de burger wil informeren over het werk van de waterschappen
met het oog op de komende verkiezingen. De minister heeft toegezegd hier in
aanvulling op het debat nog op terug te komen.
Inmiddels is de wet op 15 mei 2007 door de Eerste Kamer aanvaard,
en is het waterschapsbesluit door de Ministerraad vastgesteld en aan de Raad
van State voorgelegd ter advisering. De procedure rond de verkiezingen is
daarmee uitgewerkt, de voorbereidingen voor de verkiezingen 2008 zijn begonnen
en de mogelijkheden om de burger te betrekken zijn nu dan ook concreter aan
te geven dan destijds tijdens het debat.
De Kamer heeft gevraagd naar de activiteiten van de minister. De publiciteit
rond het werk van het waterschap en het onder de aandacht brengen van het
belang van de verkiezingen is primair een verantwoordelijkheid van de waterschappen
zelf. De rol van het ministerie in de voorbereiding van de verkiezingen en
de publiciteitscampagne in dat kader is dan ook beperkt tot het faciliteren
waar dat nodig is.
De belangrijkste activiteit vanuit het Rijk betreft de gezamenlijke campagne «Nederland
leeft met water». Dit is een lange termijn campagne, waarin diverse
wateronderwerpen een plaats krijgen. Doel is vergroting van de betrokkenheid
van de burger bij het waterbeheer. Momenteel is onder de vlag van deze campagne
een serie tv-spots in voorbereiding, die bekendheid moet geven aan de waterschapsverkiezingen
en de burger zal oproepen om te gaan stemmen.
Deze campagne wordt door het ministerie samen met de waterschappen voorbereid
en is afgestemd met het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Er is voor deze campagne een apart logo ontwikkeld, aansluitend bij het logo
van «Nederland leeft met water». Er zal als onderdeel
van de campagne ook landelijk geadverteerd worden. Daarnaast hebben de waterschappen
ook hun eigen regionale campagne rond de verkiezingen in voorbereiding. Onderdeel
daarvan zijn afspraken met regionale tv-zenders om de kijkers te laten zien
wat het waterschap in hun buurt doet. Er zijn plannen voor de organisatie
van open dagen en voor huis aan huis verspreiding van verkiezingskranten.
Tot slot is te verwachten dat ook de verkiezingscampagne van de kandidaten
deze keer uitgebreider zal zijn dan tot op heden. Immers, bij het personenstelsel
moest iedere kandidaat voor zichzelf campagne voeren. Nu het lijstenstelsel
ingevoerd wordt, hebben de kandidaten een organisatie achter zich staan en
wordt er campagne gevoerd per lijst of groepering. Het is niet onredelijk
om te veronderstellen dat daardoor meer mensen bereikt worden dan in de huidige
situatie.
Daarnaast, zo is in het wetgevingsoverleg ook ter sprake gekomen, ondernemen
de waterschappen ook andere activiteiten om burgers meer in algemene zin te
informeren over en te betrekken bij hun taken. De websites van de waterschappen
worden momenteel vernieuwd en verder geprofessionaliseerd sinds de waterschappen
op dit gebied samenwerken in het project Waterschapsnet. Dit is een van de
projecten van het Waterschapshuis, het samenwerkingsverband van de waterschappen
op het gebied van ICT.
Diverse waterschappen trachten met burgerpanels of jongerenpanels de inwoners
van hun gebied meer te betrekken bij het waterbeleid. Het in standhouden van
een dijkleger, een groep vrijwilligers die assisteert bij de dijkbewaking,
is ook een manier om burgers betrokken te houden. Voorts bieden de waterschappen
educatief materiaal (lespakketten) aan scholen, en hebben zij wel wandel-
en fietsroutes uitgezet in hun gebied om ook de recreant kennis te laten maken
met het waterschapsgebied en de beheersobjecten.
De verantwoordelijkheid voor de publieke bekendheid bij het waterbeheer
kan niet eenzijdig bij de overheid gelegd worden. Van de burger mag verwacht
worden dat hij zich actief verdiept in de aangeboden informatie en gebruik
maakt van de beschikbare kanalen, indien hij meent onvoldoende op de hoogte
te zijn van de taken van het waterschap. Alles overziend wordt naar mijn idee
voldoende ondernomen om de waterschapsverkiezingen en de taak van het waterschap
in meer algemene zin onder de aandacht van de burger te brengen.
De staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,
J. C. Huizinga-Heringa