30 601
Wijziging van de Waterschapswet en de Wet verontreiniging oppervlaktewateren in verband met de modernisering en vereenvoudiging van de bestuurlijke structuur en de financieringsstructuur van waterschappen (Wet modernisering waterschapsbestel)

nr. 15
AMENDEMENT VAN DE LEDEN VAN LITH EN LENARDS

Ontvangen 12 oktober 2006

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

In artikel I, onderdeel AF, wordt artikel 122 als volgt gewijzigd:

I

In het eerste lid wordt na «onroerende zaken» ingevoegd: en voor onroerende zaken die blijkens de legger, bedoeld in artikel 78, tweede lid, als waterberging worden gebruikt.

II

In het derde lid wordt na «Gemeentewet» ingevoegd: en voor verharde openbare wegen.

III

Het vierde lid komt te luiden:

4. De afwijkingen als bedoeld in het eerste, tweede en derde lid kunnen naast elkaar worden toegepast.

Toelichting

In artikel 122 van de Waterschapswet is een beperkte mogelijkheid tot tariefdifferentiatie opgenomen. Vanuit de praktijk bestaat de behoefte deze mogelijkheid enigszins te verruimen tot zogenaamde bergingsgebieden en verharde openbare wegen. Het amendement voorziet hierin.

Bergingsgebieden voor de opvang van overtollig water hebben minder belang bij de waterhuishouding, waardoor het minder gewenst is dat zij het «volle fiscale pond» zouden moeten opbrengen.

Bij wegen is, net als bij glasopstanden, sprake van verharde oppervlakten, die een hogere piekafvoeren kunnen veroorzaken, waardoor een relatief grote capaciteit van het watersysteem wordt gevraagd. Voor wegen geldt dat mogelijk nog in versterkte mate, omdat bij glasopstanden sprake is van een waterbuffer voor de eigen watervoorziening, die een matigend effect kan hebben op de te verwachten piekafvoer. Bovendien is de watersysteemheffing mede bedoeld voor de waterkwaliteitszorg. Wegen vormen één van de belangrijkste diffuse verontreinigingsbronnen. De bestrijding van diffuse bronnen en de aanpak van de verontreinigingen uit diffuse bronnen vormen thans reeds een belangrijke waterschapstaak. Deze taak zal in de toekomst op grond van de Europese Kaderrichtlijn Water nog aanzienlijk in belang toenemen.

Het betreft in beide gevallen overigens nadrukkelijk facultatieve bepalingen.

Van Lith

Lenards

Naar boven