nr. 24
AMENDEMENT VAN HET LID GRIFFITH
Ontvangen 29 januari 2009
Ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In artikel I, onderdeel A, wordt artikel 2 als volgt gewijzigd:
A. In het tweede lid vervalt «of afdelingen».
B. Het derde lid wordt als volgt gewijzigd:
1. In de eerste volzin vervalt «, dan wel in beide afdelingen».
2. De tweede volzin vervalt.
3. In de derde volzin wordt «De benoeming» vervangen
door: Deze benoeming.
II
In artikel I, onderdeel A, wordt in artikel 8, derde lid, de zinsnede «Voor
zover zij niet met rechtspraak worden belast» vervangen door «Indien
zij niet met rechtspraak worden belast» en vervalt «of afdelingen».
III
In artikel XIV, tweede lid, wordt «onverminderd de derde volzin
van artikel 2, derde lid» vervangen door: onverminderd de tweede volzin
van artikel 2, derde lid.
Toelichting
In een structuur met twee zelfstandige afdelingen worden de beide hoofdtaken
van de Raad van State veel duidelijker gescheiden en onderscheiden. Dat wordt
op goede gronden voorgesteld, omdat in het Jaarverslag 2005 van de Raad terecht
wordt overwogen dat de eigen onafhankelijkheid en onpartijdigheid in de uitoefening
van beide functies voorop moet staan, ook ten opzichte van elkaar. Daarbij
wordt de uiterlijke schijn steeds belangrijker. Het is daarom ongewenst dat
de heldere en zuivere scheiding die in het wetsvoorstel wordt aangebracht
tussen de beide afdelingen als gevolg van het benoemingenbeleid feitelijk
in belangrijke mate «in de persoon» weer ongedaan kan worden gemaakt. Dit amendement beoogt die scheiding duidelijker in te voeren door benoeming
in twee afdelingen uit te sluiten. Omdat een combinatie van de rechtsprekende
en adviserende functies in z’n algemeenheid zuiver formeel niet in strijd
is met het onpartijdigheidsvereiste, hoeft deze scheiding niet met onmiddellijk
ingang gevolgen te hebben voor de zittende leden. Nieuw te benoemen leden
worden wel benoemd in een van beide afdelingen.
Griffith