nr. 15
AMENDEMENT VAN DE LEDEN GRIFFITH EN WOLFSEN
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
In artikel I, onderdeel A, wordt aan artikel 2 een zesde lid toegevoegd,
luidende:
6. In bijzondere gevallen kan van het vierde lid worden afgeweken.
II
In artikel I, onderdeel A, wordt artikel 41 gewijzigd als volgt:
A. In het eerste lid wordt «de leden van de Afdeling bestuursrechtspraak»
vervangen door: de leden van de Afdeling bestuursrechtspraak die voldoen aan
het vereiste, gesteld in artikel 2, vierde lid,.
B. In het derde lid wordt «een ander lid van de Afdeling bestuursrechtspraak»
vervangen door: een ander lid van de Afdeling bestuursrechtspraak dat voldoet
aan het vereiste, gesteld in artikel 2, vierde lid.
III
In artikel I, onderdeel A, wordt, onder vernummering van het derde lid
tot vierde lid, na artikel 42, tweede lid, een lid tussengevoegd, luidende:
3. Leden van de Afdeling bestuursrechtspraak die niet voldoen aan
het vereiste, gesteld in artikel 2, vierde lid, kunnen:
a. geen zitting hebben in een enkelvoudige kamer en
b. niet de meerderheid vormen van de leden van de meervoudige kamer.
Toelichting
Dit amendent beoogt de mogelijkheid om in bijzondere gevallen af te wijken
van de regel dat slechts juridisch geschoolde staatsraden deelnemen aan de
rechtsprekende taak van de Raad van State te herstellen. In de
nota van wijziging van het Kabinet (stuk nr. 7) is deze mogelijkheid ten onrechte
zonder nadere motivering geschrapt.
Griffith
Wolfsen