30 573 Migratiebeleid

Nr. 120 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 september 2013

Tijdens het Algemeen Overleg inzake de JBZ-Raad van 6 maart jl. (Kamerstuk 32 317, nr. 171) heb ik toegezegd u te informeren over toelatingsregelingen voor vermogende vreemdelingen c.q. investeerders in andere landen. In de bijlage bij deze brief ontvangt u deze informatie. Onderstaand informeer ik u ook over de toelatingsregeling voor vermogende vreemdelingen die ik voornemens ben in te voeren.

De toelatingsregeling voor vermogende vreemdelingen is een uitwerking van art. 3.29a van het Vreemdelingenbesluit Modern Migratiebeleid, waarin is neergelegd dat een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd kan worden afgegeven aan vermogende vreemdelingen onder nader door de Minister te bepalen regels. Conform de memorie van toelichting bij dit Besluit kunnen vreemdelingen die beschikken over een vermogen van ten minste € 1.250.000 een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd ontvangen.

De enkele voorwaarde dat de vreemdeling dient te beschikken over een vermogen van ten minste € 1.250.000 is mijns inziens te mager voor het afgeven van een verblijfsvergunning. De ervaring in het buitenland leert dat veel vermogende vreemdelingen met een dergelijke verblijfsvergunning toch een groot deel van het jaar in het land van herkomst verblijven. Daarmee wordt het destijds veronderstelde belang voor de Nederlandse economie – met name via consumptieve bestedingen – navenant kleiner. Ik wil daarom in aanvulling op deze voorwaarde als eis stellen dat de vermogende vreemdeling dit bedrag investeert in het Nederlandse bedrijfsleven. Het Agentschap NL, onderdeel van het ministerie van Economische Zaken, zal daarbij beoordelen of het gaat om een bedrijf dat een toegevoegde waarde heeft voor de Nederlandse economie. De bedoeling van deze voorwaarde is dat vreemdelingen direct betrokken worden bij de Nederlandse economie. Het desbetreffende bedrijf maakt mogelijk gebruik van de kennis c.q. het netwerk van de vermogende vreemdeling, hetgeen extra economisch voordeel kan opleveren. Een belangrijk punt in de regeling is de toets op de herkomst van het vermogen van de vreemdeling. Het kabinet wil niet dat de regeling gebruikt wordt voor het witwassen van crimineel verkregen vermogen. Ik heb derhalve gezocht naar mogelijkheden om dit risico zoveel mogelijk te beperken. Daarbij merk ik uitdrukkelijk op dat er geen 100% garantie te verkrijgen is dat de regeling niet verkeerd gebruikt zal worden. Ik wil de toets op de vermogende vreemdeling op de volgende wijze vorm geven:

  • 1. De IND voert de standaardtoets uit inzake de vraag of de vreemdeling een gevaar is voor de openbare orde/nationale veiligheid. Een van de organisaties bij wie de IND daarvoor informatie kan inwinnen, is de Financial Intelligence Unit (FIU)-Nederland, die is belast met de uitvoering van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme. De FIU kan in dat verband gebruik maken van haar internationale netwerk.

  • 2. De vermogende vreemdeling dient te beschikken over een door een internationaal opererend Nederlands accountantsbureau afgegeven accountantsverklaring, waarin staat dat niet is gebleken dat het vermogen waarmee wordt geïnvesteerd een malafide herkomst heeft. Een accountantsverklaring waarin staat dat het vermogen bonafide is verkregen, zou wenselijker zijn. Echter, uit overleg met de sector blijkt dat deze verklaring in de landen waaruit naar verwachting de meeste vermogende vreemdelingen afkomstig zullen zijn (Aziatische landen), niet vaak zal worden afgegeven. Door het stellen van dit vereiste zou de regeling in de praktijk nauwelijks kunnen worden toegepast.

De verblijfsvergunning regulier zal in eerste instantie voor de duur van één jaar aan de vermogende vreemdeling worden afgegeven, zodat de IND na dat jaar opnieuw kan toetsen of nog steeds aan de voorwaarden van de regeling wordt voldaan. Indien dit het geval is, zal de nieuwe verblijfsvergunning regulier conform het modern migratiebeleid worden afgegeven.

Bovendien zal ik één jaar na inwerkingtreding de toelatingsregeling vermogende vreemdelingen evalueren.

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, F. Teeven

Bijlage: Toelatingsregelingen voor vermogende vreemdelingen/ investeerders in andere landen

In een aantal landen bestaat er ook een toelatingsregeling voor vreemdelingen met meer dan gebruikelijk vermogen. Daarbij is er wel de voorwaarde dat zij ook daadwerkelijk geld investeren.

Canada

Canada heeft een regeling waarbij vreemdelingen moeten beschikken over ten minste CAN $ 1,6 mln. waarvan zij voor een periode van 5 jaar CAN $ 800.000 moeten investeren tegen 0% rente (was tot voor kort 800.000 CAN $ resp. 400.000 CAN $).

Dit geld is bestemd voor regionale economische ontwikkeling en werkgelegenheidsprojecten. Na 5 jaar krijgen de vreemdelingen hun geld terug. Bovendien dienen de vreemdelingen ondernemerservaring te hebben. Zij komen direct in aanmerking voor een permanente verblijfsvergunning.

In 2011 kregen 10.586 personen een permanente verblijfsvergunning onder deze regeling (2.980 aanvragers en 7.606 gezinsleden). De meesten kwamen uit China, Taiwan, Zuid-Korea, Iran en de VAE.

De Verenigde Staten

De VS heeft een regeling (EB-5-programma) waarbij investeerders US $ 1 mln. moeten investeren in de VS, wat moet leiden tot 10 nieuwe banen binnen twee jaar. In achterstandsgebieden is een investering van US $ 500.000 voldoende. Indien de investeerder voldoet aan de voorwaarden, krijgt hij permanent verblijf.

In 2011 werden 2.764 vreemdelingen onder dit programma toegelaten, voornamelijk uit China, Zuid Korea, Taiwan en Japan.

Australië

In Australië trad in november 2012 een investeerderregeling in werking, waarbij vreemdelingen die 5 mln. AUS $ investeren (of in staatsobligaties of in een Australisch bedrijf), een permanente verblijfsvergunning.

Daarnaast bestaat er al de mogelijkheid voor investeerders om via een puntensysteem toegang te krijgen. Naast een investering (AUS $ 1,5 mln.; was tot voor kort 750.000 AUS $) geldt voor deze categorie ook een opleidingsvereiste en taalvereiste. Na vier jaar kan deze categorie een permanente verblijfsvergunning krijgen.

Het Verenigd Koninkrijk

Het VK heeft een investeerdersregeling in twee varianten.

  • 1. De vreemdeling dient ten minste BP 200.000 te investeren in een nieuw bedrijf. Het moet gaan om eigen kapitaal, niet om geleend geld. De investering vormt een onderdeel van een puntensysteem waarbij ook wordt getoetst of het bedrijf een toegevoegde waarde heeft (o.a. schepping van ten minste 2 nieuwe arbeidsplaatsen). De vreemdeling mag alleen in dit bedrijf werken.

    Deze regeling lijkt veel op de toelatingsregeling voor zelfstandigen in Nederland, hoewel daarin niet een bepaalde investering is vereist.

  • 2. De vreemdeling dient ten minste BP 1 mln. te investeren in het UK. BP 750.000 daarvan moet geïnvesteerd worden in private ondernemingen of investeringsmaatschappijen. Die investering mag niet worden gedaan in onroerend goed, offshore bedrijven of (hypotheek)banken. Daarnaast mag de vreemdeling de overige BP 250.000 naar eigen inzicht te investeren. Zij komen in aanmerking voor een verblijfsvergunning van drie jaar, die verlengd kan worden met twee jaar, waarna permanent verblijf mogelijk is. Wanneer meer dan 5 mln. Pond wordt geïnvesteerd, kan al na drie jaar permanent verblijf worden verkregen en wanneer die bedrag meer dan 10 mln. Pond is, al na twee jaar.

Frankrijk

Frankrijk heeft een toelatingsregeling voor vreemdelingen die een bijzondere economische bijdrage leveren. Deze bijdrage kan bestaan uit het bezit van ten minste 30%van het kapitaal van een onderneming die,

ten minste 50 arbeidsplaatsen in Frankrijk schept of behoudt, of

ten minste € 10 mln. investeert in Frans roerend of onroerend goed.

Spanje

In de pers waren er berichten dat wie voor ten minste € 164.000 onroerend goed in Spanje kocht, een verblijfsvergunning kon krijgen. Dit blijkt echter voorbarig. Een dergelijke regeling is er nog niet in Spanje; de regering is wel bezig om te bezien of een regeling voor investeerders wenselijk is.

Portugal

Een verblijfsvergunning kan worden verkregen indien de vreemdeling en investering doet, die tot het volgende leidt:

Een transfer van kapitaal van ten minste € 1.000.000; of

Het scheppen van 30 arbeidsplaatsen; of

Een investering in onroerend goed van ten minste € 500.000.

De investering dient een looptijd te hebben van ten minste vijf jaar.

Hongarije

Een vreemdeling kan in Hongarije een permanente verblijfsvergunning krijgen indien hij ten minste € 250.000 investeert in overheidsobligaties.

Cyprus

Een vreemdeling kan in Cyprus een verblijfsvergunning krijgen indien hij voor te minste € 300.000 investeert in onroerend goed.

De Cypriotische nationaliteit kan verkregen worden indien de vreemdeling ten minste € 5 mln. investeert in onroerend goed of € 3 mln. in bankdeposito’s.

Ierland

In Ierland kan een investeerder een verblijfsvergunning krijgen indien hij ten minste: € 500.000 schenkt ten behoeve van een openbaar project in de kunst, sport, gezondheidszorg, cultuur of onderwijs; of € 1.000.000 investeert in een nieuwe of bestaande Ierse onderneming voor ten minste 3 jaar; of € 2.000.000 investeert in speciale obligaties voor immigranten voor ten minste 5 jaar tegen een jaarlijkse rente van 1%; of € 500.000 investeert in onroerend goed en € 500.000 in de speciale obligaties voor immigranten.

De vreemdelingen kunnen een verblijfsvergunning krijgen voor twee jaar. Na twee jaar wordt getoetst of de vreemdeling nog aan de voorwaarden voldoet. Als dat zo is, kan hij een vervolgvergunning voor drie jaar krijgen. Daarna is de vergunning vijfjaarlijks verlengbaar.

De vreemdeling dient ten minste één keer per jaar in Ierland te komen.

Naar boven