30 420 Emancipatiebeleid

Nr. 338 MOTIE VAN HET LID BERGKAMP C.S.

Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 2 november 2020

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat naar aanleiding van de motie-Bergkamp c.s. (28 345, nr. 219) onderzoek is gedaan naar de mate waarin jongeren en kwetsbare personen in Nederland worden blootgesteld aan homogenezings- of conversietherapie;

overwegende dat de Kamer zich middels de motie-Yeşilgöz-Zegerius (30 420, nr. 311) heeft uitgesproken voor bestraffing van homogenezings- of conversietherapie;

constaterende dat het eerste deel van het onderzoek is opgeleverd en concluderende dat homogenezings- of conversietherapie in Nederland voorkomt, met ernstige psychische en/of fysieke schade als gevolg;

constaterende dat eind juni 2020 het tweede deel van het onderzoek met daarin mogelijke richtingen voor beleidsmaatregelen opgeleverd zou worden;

verzoekt de regering, uiterlijk eind 2020 met een reactie te komen op het onderzoek waarin:

  • het verlenen van homogenezings- of conversietherapie aan minderjarigen en andere kwetsbare personen en het werven of openlijk aanbieden van homogenezings- of conversietherapie strafbaar wordt gesteld;

  • duidelijk wordt gemaakt waar personen die het slachtoffer zijn geworden van homogenezings- of conversietherapie dit kunnen melden, waardoor hulp kan worden gegeven;

en gaat over tot de orde van de dag.

Bergkamp

El Yassini

Van den Hul

Özütok

Naar boven