nr. 54
AMENDEMENT VAN HET LID VERGEER
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
Artikel 6 wordt vervangen door:
Artikel 6
1. De inburgeringsplichtige verwerft mondelinge en schriftelijke
vaardigheden in de Nederlandse taal en kennis van de Nederlandse samenleving.
2. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels
gesteld omtrent het niveau van de kennis en vaardigheden, bedoeld in het eerste
lid, waarbij voor verschillende categorieën inburgeringsplichtigen verschillende
niveaus kunnen worden vastgesteld.
II
Artikel 24 wordt vervangen door:
Artikel 24
Het college bepaalt voor de oudkomer de dag waarop de in artikel 16, eerste
lid, bedoelde termijn aanvangt.
III
Artikel 29 vervalt.
IV
Artikel 30 vervalt.
V
Artikel 31 vervalt.
VI
Artikel 32, onderdeel d, vervalt.
De puntkomma aan het slot van onderdeel c wordt gewijzigd in een punt.
VII
In artikel 39, eerste lid, aanhef, wordt «de artikelen 28, 29 en
31» vervangen door: artikel 28.
VIII
In artikel 40, eerste lid, wordt «de artikelen 28, 29 en 31»
vervangen door: artikel 28.
IX
In artikel 41, vierde lid, aanhef, wordt «de artikelen 28, 29 en
31» vervangen door: artikel 28.
Toelichting
Dit amendement beoogt de verplichting om te slagen te laten vervallen;
wel blijft de verplichting bestaan om te leren (in te burgeren). Leerplicht
in plaats van slaagplicht is als positieve discriminatie niet in strijd met
internationale bepalingen. Leerplicht bevordert het behalen van een hoger
niveau. Het zeer lage verplicht te behalen niveau – ingegeven door de
wens om de drempel bij een slaagplicht niet te hoog te maken – strookt
niet met het doel van de inburgering: voldoende kennis van de Nederlandse
taal en samenleving om volwaardige participatie mogelijk te maken. In dit
amendement is de plicht om het inburgeringsexamen te behalen geschrapt uit
artikel 6; de wijziging in artikel 24 hangt hiermee samen.
De boete op niet slagen is niet functioneel. Gemeenten kunnen ontheffingen
verlenen en het nakomen van de deelname-eisen die de cursussen stellen waardoor
de slaagplicht in de praktijk nauwelijks via boetes gehandhaafd zal worden.
Dit amendement laat de bestuurlijke boete wegens het niet behalen van het
examen vervallen (artikelen 29, 30 en 31).
Vergeer