30 308
Regels inzake inburgering in de Nederlandse samenleving (Wet inburgering)

nr. 114
MOTIE VAN HET LID KARIMI C.S.

Voorgesteld 26 oktober 2006

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat een zo hoog mogelijk taalniveau van groot belang is op de arbeidsmarkt en in onze samenleving;

overwegende, dat er breed draagvlak is om inburgeraars te faciliteren in het behalen van een zo hoog mogelijk taalniveau;

overwegende, dat er vooralsnog weinig bekendheid gegeven wordt aan de mogelijkheden binnen de Wet inburgering om de lening- en vergoedingsfaciliteiten aan te wenden voor het behalen van andere examens dan het reguliere inburgeringsexamen;

verzoekt de regering expliciet in de regeling op te nemen dat er de mogelijkheid is om gebruik te maken van de lening- en vergoedingsfaciliteiten binnen de Wet inburgering voor het behalen van staatsexamen NT2 I en II;

verzoekt de regering te zorgen voor actieve voorlichting op toegankelijke en laagdrempelige wijze aan inburgeringsplichtigen over de mogelijkheid gebruik te maken van de lening- en vergoedingsfaciliteiten binnen de Wet inburgering voor staatsexamen NT2 I en II,

en gaat over tot de orde van de dag.

Karimi

Azough

Vergeer

Dijsselbloem

Naar boven