Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 maart 2021
Via deze brief wil ik reageren op het verzoek van de commissie IenW om een reactie
op het Orangegas position paper.
Ik heb het position paper van Orangegas met veel interesse gelezen, waarbij ik opmerk
dat de eerste aanbevelingen veelal fiscaal van aard waren. Ik zal deze dan ook onder
de aandacht brengen van de Staatssecretaris van Financiën.
Het huidige fiscale klimaat voor CNG voertuigen is al aantrekkelijk zoals het position
paper ook aangeeft. Door de beleidsprikkels is bio-CNG al een zeer goed concurrerende
energiedrager. Een CNG-voertuig is in gebruik goedkoper dan een benzine- of dieselvoertuig
en ook de aanschafprijs is voor een groot deel van de samenleving betaalbaar. Verder
wordt er door de overheid op (bio)CNG alleen energiebelasting geheven (€ 0,16982 per
kubieke meter) en geen Opslag Duurzame Energie (ODE). In de accijns wordt CNG gelijkgesteld
aan methaan, daarvoor is het tarief € 0. Door deze kostenefficiëntie is het rijden
op bio-CNG een interessante optie in vergelijking met andere energiedragers. Dit geldt
zeker voor de veelrijder.
Graag deel ik met uw Kamer hoe bio-CNG past in de verduurzaming van transport, waar
mijn ministerie voor aan de lat staat.
In het Duurzaamheidskader van het kabinet is gesteld dat biobrandstoffen zoveel mogelijk
daar ingezet moeten worden waar nog geen alternatieven zijn: zwaar wegvervoer, scheepvaart,
luchtvaart. BioCNG is een brandstof die met name voor licht wegvervoer ingezet wordt.
Bij deze categorie is zero emissie door middel van elektrificatie al een serieus alternatief
en daar zet ik dan ook op in. De fiscale ondersteuning is gericht op zero emissie,
maar niet alle lichte voertuigen zullen per direct al zero emissie zijn. BioCNG is
daarom, samen met de verduurzaming van benzine (zoals met E10), een belangrijke brandstof
in de transitieperiode naar zero emissie en het einddoel van CO2-neutrale mobiliteit. Door de hoge CO2 besparing in de keten van bio-CNG zal de inzet hiervan een belangrijke bijdrage leveren
aan de verduurzaming in de transitieperiode. Daarnaast kan er tot 100% probleemloos
worden bijgemengd. Zoals aangegeven in het position paper is bio-CNG schoon, voordelig
en is de tankinfrastructuur dekkend. Wij denken dat de sector daarmee een goede uitgangspositie
heeft.
Een van de aanbevelingen van het position paper is om de bijmengverplichting voor
conventionele brandstoffen te verhogen. De inzet van biobrandstoffen voor wegvervoer,
zoals bio-CNG, wordt middels de jaarverplichting geregeld. Met de implementatie van
de RED2 zet ik, conform het Klimaatakkoord, in op een toenemend aandeel hernieuwbare
energie. Dit wordt gerealiseerd middels een jaarlijkse verplichting aan brandstofleveranciers
op het aandeel aan hernieuwbare energie in brandstoffen die zij aan de Nederlandse
markt voor vervoer leveren. Dit wordt vastgelegd in de jaarverplichtingen in het Besluit
energie vervoer. Afgezien van een aantal begrenzingen op bepaalde grondstoffen zijn
de brandstofleveranciers vrij in de keuze met welke energievorm zij aan deze verplichting
voldoen, mits deze aan de duurzaamheidseisen uit de richtlijn voldoen. Op dit moment
voer ik geen beleid op specifieke brandstofsoorten. Voor bio-CNG geldt dat deze brandstof
wordt geproduceerd uit grondstoffen die in de RED II (bijlage IX lijst A) als geavanceerd
worden aangemerkt. Juist uit deze categorie grondstoffen zal een groot gedeelte van
de groeiende verplichting gerealiseerd moeten worden. Deze inzet kan daarom stimulerend
werken voor de vraag naar bio-CNG.
Nederland kent, conform de normen uit de Richtlijn alternatieve brandstoffen en tank-
en laadinfrastructuur (AFID) een dekkend netwerk voor CNG vulpunten. Wat betreft de
aanbeveling om de prijsvergelijking tussen de verschillende energiedragers duidelijk
zichtbaar te maken bij tankstations kan ik bevestigen dat ik erop toe zie dat dit
volgens de AFID verplichting gebeurt. CNG is een van de standaardonderdelen van de
prijsvergelijking.
In het position paper van Orangegas wordt voornamelijk gepleit voor verdere fiscale
voordelen voor de inzet van CNG-voertuigen. Zoals echter is aangegeven zet het kabinet
actief in op zero emissie voor licht wegvervoer maar worden de transitiebrandstoffen
zoals bio-CNG in deze periode wel ondersteund.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
S. van Veldhoven-van der Meer