30 196 Duurzame ontwikkeling en beleid

Nr. 369 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 december 2015

Tijdens de behandeling van de begroting Economische Zaken (XIII) op 15 oktober jl. heb ik uw Kamer gemeld dat ik onderzoek zal laten doen naar de toekomstige invulling van het energieonderzoek dat binnen ECN plaatsvindt en – lopende het onderzoek – een financieel arrangement wil treffen met ECN om te voorkomen dat er in 2016 cruciale kennis op het gebied van energie verloren gaat. Hierbij informeer ik uw Kamer over de stand van zaken.1

Begroting ECN 2016

In september 2015 heeft ECN mij gemeld een onoverbrugbaar tekort voor de begroting 2016 te voorzien. Het gaat hierbij niet om de nucleaire activiteiten van ECN-dochter NRG en het nucleaire afval, maar om de onderdelen die onderzoek naar duurzame energie uitvoeren (hierna: ECN Duurzaam). Aan dit tekort ligt onder meer ten grondslag dat ECN de teruglopende rijksbijdrage onvoldoende heeft weten te compenseren met private financiering en resultaten uit publiek-private onderzoeksprogramma’s. ECN is niet in staat het voorziene tekort bij ECN Duurzaam komend jaar zelfstandig op te vangen vanwege een te lage eigenvermogenspositie. Het eigen vermogen is nagenoeg uitgeput als een gevolg van de problematiek bij ECN-dochter NRG en de kosten van het opruimen van het historische nucleaire afval. Een niet-sluitende begroting voor ECN Duurzaam over 2016 raakt op zijn beurt ook weer aan de financiële positie van NRG, die daardoor negatief wordt beïnvloed.

Bij de begrotingsbehandeling van Economische Zaken op 15 oktober jl. heb ik benadrukt dat ECN moet voldoen aan de taakstellingen die bij alle TO2-instellingen worden doorgevoerd. ECN moet het onderzoek efficiënter uitvoeren en meer externe financiering aantrekken. Tegelijk is het van belang om cruciale kennis die ECN heeft, te behouden. ECN is op dit moment echter niet in staat hier in 2016 zelf voor te zorgen.

Zoals ik uw Kamer heb gemeld, ben ik voornemens een onderzoek uit te voeren naar de toekomstige inrichting van het energieonderzoek dat ECN uitvoert. Dit onderzoek is gepland in het voorjaar van 2016. Ik acht het niet wenselijk ECN te forceren structurele veranderingen door te voeren die de kennisinfrastructuur op het gebied van energieonderzoek aantasten, voordat de resultaten van het onderzoek bekend zijn. Dit temeer omdat de Kamer heeft gevraagd cruciale kennis op het gebied van energie te behouden. Het laat onverlet dat ik ECN houd aan de (TO2-brede) taakstelling.

ECN heeft voor 2016 voor circa 2 miljoen euro aan aanvullende maatregelen getroffen. Deze maatregelen, die de efficiëntie moeten vergroten, betreffen o.a. de sluiting van een kantoor in Brussel, de verlaging van personeelskosten en beperking van de secundaire arbeidsvoorwaarden. Met deze besparing van de kant van ECN draagt het instituut bij aan de afgesproken taakstelling waaraan het moet voldoen en financiert het de herstructurering van ondersteunende diensten.

Arrangement

Omdat ECN in 2016 niet in staat is het tekort zelfstandig te dichten, heb ik, gelet op voorgaande uitgangspunten en mede op verzoek van uw Kamer, een arrangement getroffen waarin de Rijksbijdrage aan ECN over 2016 eenmalig met 2,5 miljoen euro wordt verhoogd. Deze aanvulling op de rijksbijdrage is bestemd voor onderzoek dat past binnen de onderzoeksplannen die zijn afgestemd met de Topsector Energie en mijn ministerie. Hiermee voorkom ik dat in 2016 cruciale kennis op het gebied van energie verloren gaat. De dekking wordt gevonden binnen het kasbudget 2015 op artikel 14 door minder uit te geven aan subsidies voor energie-innovatie.

Strategie 2017 en verder

In het voorjaar van 2016 wordt een onderzoek uitgevoerd naar hoe het energieonderzoek van ECN toekomstbestendig kan worden ingericht. Inhoudelijk richt het onderzoek zich op de kracht en toegevoegde waarde van het onderzoek bij ECN Duurzaam. Voor wat betreft de nucleaire functie wordt onderzocht hoe deze zich verhoudt tot het onderzoek bij ECN Duurzaam en of ontvlechting en/of herstructurering van de activiteiten nodig is.

Het onderzoek wordt uitgevoerd in opdracht van mijn ministerie en begeleid door ECN en publiek-private partners. Met de uitkomst van het onderzoek wordt vervolgens bezien hoe het energieonderzoek optimaal met partners uit de wetenschap, TO2 en bedrijfsleven kan worden georganiseerd. Het begin van het onderzoek is voorzien in januari 2016 en ik zal uw Kamer voor het zomerreces informeren over de uitkomsten. Belangrijk uitgangspunt is het behoud van een duurzame en toekomstbestendige energieonderzoek-infrastructuur. Eventuele te nemen maatregelen zullen hun effect hebben vanaf het onderzoeksjaar 2017.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp


X Noot
1

Met deze brief geef ik tevens invulling aan de motie Vos-Van Veldhoven, Kamerstuk 34 300-XIII, nr. 74.

Naar boven