30 175 Luchtkwaliteit

Nr. 325 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 december 2018

Hierbij bied ik u de negende monitoringsrapportage NSL aan. De monitorings-rapportage NSL wordt jaarlijks opgesteld en geeft inzicht in de ontwikkeling van de luchtkwaliteit in Nederland en de voortgang van het Nationaal Samenwerkings-programma Luchtkwaliteit (verder: NSL). De monitoringsrapportage NSL 2018 gaat over het jaar 2017 en de prognose voor 2020 en 2030. Deze rapportage treft u in de bijlage bij deze brief1. Hieronder treft u mijn beleidsreactie op de bevindingen.

Monitoringsrapportage NSL

Het NSL is het samenwerkingsprogramma van de rijksoverheid met decentrale overheden om onder andere overschrijdingen van de wettelijk vastgelegde Europese normen voor stikstofdioxide (verder: NO2) en fijnstof2 (verder: PM10) op te lossen ten behoeve van het verbeteren van de luchtkwaliteit. De effecten van de maatregelen die met de Aanpassing NSL 20183 aan het NSL zijn toegevoegd zijn nog niet meegenomen in deze rapportage. In de huidige prognoses voor 2020 en 2030 is met deze effecten dus nog geen rekening gehouden. Dat zal zichtbaar worden in de monitoringsrapportage NSL 2019 en verder.

Beperkt aantal overschrijdingen Europese normen NO2en PM10

Gedurende de looptijd van het NSL is de luchtkwaliteit in ons land aanzienlijk verbeterd. De concentraties NO2 en PM10 waaraan de bevolking gemiddeld genomen wordt blootgesteld zijn sinds 2010 gedaald. In het grootste deel van Nederland liggen de concentraties NO2 en PM10 in 2017 onder de Europese grenswaarden.

De grenswaarde voor NO2 wordt nog overschreden in een aantal drukke straten in een aantal binnensteden. Het aantal locaties waar RIVM overschrijdingen voor NO2 berekent, is voor 2017 gedaald ten opzichte van 2016, van 72 toetspunten in 20164 naar 62 toetspunten in 2017. Nadere analyse van het aantal door RIVM berekende overschrijdingen in 2017 leidt tot een aantal correcties waardoor totaal 53 binnenstedelijke NO2-overschrijdingen resteren.

De grenswaarde voor PM10 wordt lokaal overschreden op enkele plaatsen in gebieden met intensieve veehouderij. Het aantal door RIVM berekende veehouderij-gerelateerde overschrijdingen van de PM10-etmaalnorm is iets toegenomen ten opzichte van vorig jaar, van 35 locaties door concentratie-bijdragen van 29 omliggende veehouderijen voor 20165, naar 44 locaties door concentratie-bijdragen van 36 omliggende veehouderijen voor 2017. Daarnaast is er voor 2017 sprake van twee toetspunten met overschrijdingen van de PM10-jaarnorm. Deze monitoringsronde zijn veel meer veehouderijen nauwkeurig in beeld gebracht om de kwaliteit van de monitoringstool ten aanzien van veehouderijen te verbeteren. Dit heeft geleid tot een beperkte toename van veehouderij-gerelateerde PM10-overschrijdingen. Nadere analyse leidt tot een aantal correcties van het aantal berekende PM10-overschrijdingen voor 2017, waardoor er sprake is van 31 veehouderij-gerelateerde PM10-overschrijdingen rond 24 veehouderijen. Momenteel werk ik aan de modernisering van het NSL monitoringssysteem en streef er naar dat dergelijke correcties met het nieuwe systeem minder noodzakelijk zijn.

Net als in 2016 is er in 2017 voor PM2,5 geen sprake van een overschrijding van de grenswaarde.

Aanpak van overschrijdingen EU-grenswaarden

Op 28 september 2018 heeft uw Kamer de Aanpassing NSL 2018 ontvangen (Kamerstuk 30 175, nr. 311). De Aanpassing NSL 2018 is een aanvulling op het NSL en heeft tot doel de resterende overschrijdingen van de EU-grenswaarden versneld teniet te doen. Daartoe is een knelpuntanalyse en een set passende maatregelen voor de aanpak van de binnenstedelijke NO2-overschrijdingen en de veehouderij-gerelateerde PM10-overschrijdingen toegevoegd aan het NSL. De resultaten van de aanpak van de Aanpassing NSL 2018, worden zoals eerder aangegeven, zichtbaar in de Monitoringsrapportage NSL 2019 en verder.

Binnenstedelijke NO2-overschrijdingen

In lijn met de TNO doorrekening6 bij de Aanpassing NSL 2018 zijn de overschrijdingen van Den Haag, Den Bosch en Utrecht in deze monitoringsrapportage opgelost. De resterende 53 NO2-overschrijdingen bevinden zich in Amsterdam, Rotterdam, Eindhoven en Arnhem. De gemeenten streven er samen met mij naar om de overschrijdingen op de kortst mogelijke termijn op te lossen. De inzichten van deze nieuwe monitoringsrapportage zullen onderdeel zijn van de aanpak.

Veehouderij-gerelateerde PM10-overschrijdingen

De betrokken gemeente- en provinciebesturen voeren samen met mij de maatregelen van de Aanpassing NSL 2018 uit, om de PM10-overschrijdingen rond veehouderijen op zo kort mogelijke termijn op te lossen. Ik treed op korte termijn in overleg met de gemeenten waarin zich volgens de monitoringsrapportage 2018 nieuwe veehouderij-gerelateerde PM10-overschrijdingen voordoen, om afspraken over de aanpak daarvan te maken. Hierbij maak ik een onderscheid tussen enerzijds beperkte normoverschrijdingen die door autonome ontwikkelingen of als gevolg van generiek beleid worden opgelost en anderzijds structurele overschrijdingen, die een specifieke aanpak per knelpunt vergen. Fijnstofoverschrijdingen rond veehouderijen worden conform de aanpak van de Aanpassing NSL 2018 zo snel mogelijk, doch uiterlijk in 2023 opgelost.

Monitoring en aanvullende maatregelen

Het RIVM geeft aan dat rond de prognoses onzekerheid bestaat. Ik ben mij er van bewust dat de luchtkwaliteit een dynamisch gegeven is en blijf daarom de ontwikkeling van de luchtkwaliteit nauwlettend volgen met de jaarlijkse monitoring van het NSL. Met de aanvullende maatregelen in de Aanpassing NSL 2018 blijft de termijn van overschrijding van de grenswaarden voor luchtkwaliteit zo kort mogelijk.

Permanente verbetering luchtkwaliteit met het Schone Lucht Akkoord

Schone lucht is van levensbelang en lagere concentraties stikstofdioxide en fijnstof verminderen de volksgezondheidsrisico’s. Het PBL noemt de emissies naar de lucht als grootste bijdrage aan de maatschappelijke kosten van milieuvervuiling7. Ook wanneer de EU-grenswaarden overal gehaald zijn, is verdere verbetering van de luchtkwaliteit van belang om risico’s voor de volksgezondheid verder te verlagen. Het RIVM geeft aan dat de dalende trend voor NO2 zoals die gemiddeld in de metingen tussen 2010 en 2015 is waargenomen, momenteel lijkt te stagneren. Tevens is het onzeker of de gemiddelde PM10-concentratie waar de bevolking aan wordt blootgesteld de komende jaren verder zal afnemen. Inzichten in de ontwikkeling van concentraties en blootstelling worden besproken met het RIVM en meegenomen in het Schone Lucht Akkoord.

Met het Schone Lucht Akkoord zet ik mij in voor een permanente verbetering van de luchtkwaliteit om zo te komen tot een vermindering van gezondheidsrisico’s door luchtverontreiniging, waarbij het kabinet – conform het advies van de Gezondheidsraad8 – toewerkt naar de advieswaarden van de Wereldgezondheidsorganisatie. Ik verwacht het Schone Lucht Akkoord, zoals aangekondigd in het Regeerakkoord, voor de zomer 2019 aan de Tweede Kamer toe te zenden.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S. van Veldhoven-van der Meer


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

X Noot
2

Voor fijnstof gelden twee Europese normen; een etmaalnorm en een jaarnorm.

X Noot
3

Kamerstuk 30 175, nr. 311.

X Noot
4

In de Aanpassing NSL 2018 is het aantal NO2 overschrijdingen voor het jaar 2016 geactualiseerd in een knelpuntenanalyse naar 60 NO2 overschrijdingen.

X Noot
5

In de Aanpassing NSL 2018 is het aantal PM10-overschrijdingen voor het jaar 2016 geactualiseerd op basis van analyse door bevoegd gezag naar 23 overschrijdingen rond 17 veehouderijen. De andere knelpunten over 2016 zijn reeds aangepakt of bleken onterecht.

X Noot
6

Bijlage bij Kamerstuk 30 175, nr. 311.

X Noot
7

PBL (2018) Monetaire milieuschade in Nederland. Een verkenning.

X Noot
8

Kamerstuk 30 175, nr. 292.

Naar boven