30 164
Wijziging van het Wetboek van Strafvordering, het Wetboek van Strafrecht en enige andere wetten ter verruiming van de mogelijkheden tot opsporing en vervolging van terroristische misdrijven

nr. 15
AMENDEMENT VAN HET LID EERDMANS

Ontvangen 19 april 2006

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel II wordt na onderdeel A een nieuw onderdeel ingevoegd, dat luidt:

Aa

In artikel 83, onder 1°, wordt na «174, tweede lid,» ingevoegd: 205.

Toelichting

Met dit amendement wordt het werven voor de gewapende strijd (jihad) als terroristisch misdrijf gekwalificeerd. Hiermee wordt onder andere beoogd het verzwijgen van ronselpraktijken door personen die daar kennis van hebben (bijvoorbeeld personen die het aanbod van jihad-rekruteurs afslaan) strafbaar te maken. Het amendement heeft daarnaast tot doel het werk van rekruteurs moeilijker te maken doordat het benaderen van een persoon ten behoeve van rekrutering een extra risico met zich meebrengt, omdat deze persoon, indien hij/zij weigert niet alleen moreel maar ook strafrechtelijk verplicht wordt dit te melden aan de politie. Het amendement haakt daarmee in op de bepaling in het wetsvoorstel zelf waarmee het verzwijgen van kennis van terroristische misdrijven ingevolge een aanpassing van artikel 135 strafbaar wordt gesteld.

Eerdmans

Naar boven