nr. 58
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID VAN MILTENBURG C.S. TER
VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 48
Ontvangen 23 januari 2006
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
Artikel 4 komt te luiden:
Artikel 4
1. Ter compensatie van de beperkingen die een persoon als bedoeld
in artikel 1, eerste lid, onder g, onderdeel 4 , 5 en 6, ondervindt in zijn
zelfredzaamheid en zijn maatschappelijke participatie, treft het college van
burgemeester en wethouders voorzieningen op het gebied van maatschappelijke
ondersteuning die hem in staat stellen:
a. een huishouden te voeren;
b. zich te verplaatsen in en om de woning;
c. zich lokaal te verplaatsen per vervoermiddel;
d. medemensen te ontmoeten en op basis daarvan sociale verbanden
aan te gaan.
2. Bij het bepalen van de voorzieningen houdt het college van burgemeester
en wethouders rekening met de persoonskenmerken en behoeften van de aanvrager
van de voorzieningen, alsmede met de capaciteit van de aanvrager om uit een
oogpunt van kosten zelf in maatregelen te voorzien.
Toelichting
Ter vervanging van de verplichting gedurende drie jaar om te voorzien
in met name genoemde producten en diensten strekt het nieuw geformuleerde
artikel ertoe de algemene verplichting aan gemeenten op te leggen om beperkingen
in de zelfredzaamheid op het gebied van het voeren van een huishouden, het
zich verplaatsen in en om de woning en om zich lokaal per vervoermiddel te
verplaatsen, weg te nemen. Onder zelfredzaamheid wordt in dit verband verstaan
het lichamelijke, verstandelijke, geestelijke en financiële vermogen
om zelf voorzieningen te treffen die deelname aan het normale maatschappelijke
verkeer mogelijk maken. Onder normale deelname aan het maatschappelijke verkeer
wordt in ieder geval verstaan het kunnen voeren van een huishouden; het normale gebruik van een woning; het zich in en om de woning kunnen verplaatsen;
het zich zodanig kunnen verplaatsen dat aansluiting kan worden gevonden bij
regionale, bovenregionale en landelijke vervoerssystemen; het kunnen ontmoeten
van andere mensen en het aangaan en onderhouden van sociale verbanden om op
die manier te kunnen deelnemen aan het lokale sociaal-maatschappelijk leven.
Voor de gemeentelijke uitvoeringspraktijk biedt de International Classification
of Functions, Disabilities and Impairments (ICF classificatie) een uniform
begrippenkader dat als grondslag kan dienen om de behoefte aan voorzieningen
in individuele gevallen vast te stellen.
De opdracht om compenserende voorzieningen te treffen wordt met dit artikel
bij wet gegeven. De normering ervan wordt overeenkomstig de bestuurlijke structuur
van de wet op het lokale niveau bepaald met inachtneming van alle bepalingen
over de totstandkoming van het lokale beleid en de betrokkenheid van burgers
en cliënten daarbij.
Van Miltenburg
Mosterd
Bakker
Azough
Kraneveldt
Kant
Rouvoet
Van der Vlies