nr. 42
AMENDEMENT VAN HET LID VAN DER VLIES
Ontvangen 17 januari 2006
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In artikel 5 wordt na «voorzieningen» een zinsdeel ingevoegd,
luidende: en de voorwaarden waaronder personen die aanspraak hebben op dergelijke
voorzieningen recht hebben op het ontvangen van die voorziening in natura,
het ontvangen van een financiële tegemoetkoming of een persoonsgebonden
budget.
II
Artikel 6 komt te luiden:
Artikel 6
Het college van burgemeester en wethouders biedt personen die aanspraak
hebben op een individuele voorziening de keuze tussen het ontvangen van een
voorziening in natura of het ontvangen van een hiermee vergelijkbaar persoonsgebonden
budget, tenzij hiertegen overwegende bezwaren bestaan.
Toelichting
Artikel 6 van het wetsvoorstel laat gemeenten de vrijheid om de personen
die aanspraak hebben op individuele voorzieningen die voorziening aan te bieden
in natura of financieel tegemoet te komen of een persoonsgebonden budget te
verschaffen. Hiermee is de keuzevrijheid onvoldoende gegarandeerd.
Ondergetekende stelt voor om gemeenten te verplichten om burgers de keuze
te geven tussen een voorziening in natura en een persoonsgebonden budget.
Deze keuzevrijheid moet niet alleen gelden voor rolstoelen, scootmobielen
en huishoudelijke verzorging, maar voor alle individuele voorzieningen. Van
deze regel kan alleen worden afgeweken indien er overwegende bezwaren bestaan
tegen toekenning van een persoonsgebonden budget.
In financiële zin moet deze keuze reëel zijn. Zo moet een burger
die geen gebruik wil maken van de door de gemeente gecontracteerde aanbieder
de mogelijkheid hebben om voor een andere aanbieder te kiezen. Het budget
dat zij hiervoor ontvangen moet dit mogelijk maken. Om dit te garanderen stelt
ondergetekende tevens voor om vast te leggen dat het persoonsgebonden budget
financieel gezien vergelijkbaar moet zijn met de voorziening in natura.
Als gevolg van de wijziging van artikel 5 krijgt de gemeenteraad de opdracht
om de voorwaarden vast te stellen waaronder de keuzevrijheid vorm krijgt.
Deze voorwaarden kunnen geen beperking inhouden van die keuzevrijheid. De
voorwaarden dienen betrekking te hebben op de wijze van berekening van het
budget, de wijze van verantwoording en eventuele teruggave van niet voor het
doel gebruikte middelen.
Van der Vlies